ECLI:NL:RBOBR:2014:4073
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijstandsuitkering wegens niet meewerken aan huisbezoek
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 18 juli 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven. De eiser had een aanvraag voor een bijstandsuitkering ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB) ingediend, maar deze aanvraag werd afgewezen omdat hij niet had meegewerkt aan een huisbezoek dat was gepland om zijn recht op bijstand vast te stellen. De rechtbank oordeelde dat er redelijke grond was voor het huisbezoek, gezien de eerdere afwijzing van een WWB-aanvraag en de informatie die verweerder had verkregen over de activiteiten van eiser als acupuncturist. Eiser had eerder verklaard gestopt te zijn met zijn acupunctuurpraktijk, maar er waren aanwijzingen dat hij nog steeds actief was. Tijdens het huisbezoek op 16 juli 2012 weigerde eiser het formulier voor toestemming te ondertekenen, wat door de rechtbank werd geïnterpreteerd als een weigering om medewerking te verlenen aan het huisbezoek zelf. Eiser voerde aan dat hij in een emotionele gemoedstoestand verkeerde en dat hem een afkoelingsperiode had moeten worden gegund, maar de rechtbank oordeelde dat er geen bewijs was dat zijn gemoedstoestand hem belette om mee te werken. De rechtbank concludeerde dat verweerder terecht de aanvraag voor bijstand had afgewezen en dat het beroep van eiser ongegrond was.