ECLI:NL:RBOBR:2013:5380
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding bij onrechtmatige daad en formele rechtskracht van milieuvergunningen
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant op 27 september 2013, hebben eisers schadevergoeding gevorderd als gevolg van onrechtmatig handelen door de gemeente Cranendonck. De rechtbank oordeelt dat de milieuvergunning, die op 18 juli 2001 onherroepelijk is geworden, rechtmatig is en dat er geen grondslag is voor schadevergoeding. De rechtbank verwijst naar vaste jurisprudentie van de Hoge Raad en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRS), die bevestigen dat de rechtmatigheid van de milieuvergunning en de handhavingsbesluiten vaststaan. De rechtbank stelt vast dat de besluiten van 28 mei 2001 en 24 oktober 2006 onherroepelijk zijn geworden, waardoor de rechtmatigheid daarvan niet meer ter discussie staat. Dit betekent dat er geen aanleiding is om schade te vergoeden voor de geweigerde bouwvergunningen en de handhavingsverzoeken. De rechtbank verklaart het beroep van eiser 1 ongegrond en het beroep van eisers 2 tot en met 5 niet-ontvankelijk, omdat zij geen bezwaar hebben gemaakt tegen het primaire besluit. De rechtbank concludeert dat de eisers niet ontvankelijk zijn in hun beroep en dat de schadeclaim van eiser 1 terecht is afgewezen, omdat de rechtmatigheid van de besluiten niet kan worden betwist. De uitspraak benadrukt het belang van formele rechtskracht in bestuursrechtelijke procedures en de noodzaak om bezwaar te maken voordat beroep kan worden ingesteld.