2.9.In een aanvullende (niet gedagtekende) schriftelijke verklaring van [accountmanager gedaagde] , bij antwoordakte door Quintes in het geding is gebracht, staat (voor zover van belang) het volgende geschreven:
Mijn naam is [accountmanager gedaagde] , en ik werk als accountmanager bij Quintes. Hiervoor was ik onder meer
werkzaam bij [verzekeringsmakelaar] . In die hoedanigheid ben ik destijds betrokken geweest bij de
totstandkoming van de opstalverzekering voor het pand aan de [adres] . [assurantietussenpersoon]
- in de persoon van [assurantietussenpersoon] - was de toenmalige assurantietussenpersoon van
[naam eiser] . Hij onderhield ook de contacten met [naam eiser] , en ik met de toenmalige makelaar (thans
geheten Ecclesia).
Over de totstandkoming van de verzekeringsovereenkomst heb ik al eerder een verklaring
afgelegd. Die verklaring heeft voornamelijk betrekking op de vraag of het de wens van [naam eiser]
was dat ook dekking zou worden verkregen voor schade aan de inventaris en goederen. Dat was
niet het geval. [naam eiser] stelt dat dit wel de bedoeling was, en heeft Quintes daarvan een verwijt
gemaakt. Ik begrijp dat [naam eiser] in een later stadium Quintes ook een verwijt heeft gemaakt met
betrekking tot het verhoogde eigen risico dat door verzekeraars is ingehouden op de schade
vanwege een schending van de clausule buitenopslag. Volgens [naam eiser] zou ik nagelaten hebben
om de clausule te bespreken, en te wijzen op de consequenties indien niet aan de verplichtingen
op grond van de clausule zou worden voldaan. Dat is onjuist.
Ik weet dat de clausule op tenminste drie momenten met de heer [naam eiser] besproken is. Twee
keer was dat tijdens de inspecties door Climbel. Bij die inspecties was de heer [naam eiser] aanwezig.
Tijdens de tweede inspectie is over de clausule gesproken, toen de heer [junior risk consultant] constateerde
dat balen op een kortere afstand dan 10 meter van de gevel stonden opgeslagen. Daarover is toen
gesproken, en de heer [naam eiser] is er toen op gewezen dat op grond van de clausule buitenopslag
zaken op ten minste 10 meter van de gevel moesten worden opgeslagen. Toen is ook gesproken
over de consequenties wanneer niet aan de verplichtingen op grond van de clausule zou worden
voldaan, en dat een hoger eigen risico zou worden gehanteerd. Volgens de heer [naam eiser] was de
clausule overbodig, omdat de bedrijfshal gemaakt zou zijn van brandwerend materiaal.
De clausule is medio december 2021 ook aan de orde gekomen tijdens een gesprek met onder
meer de heer [naam eiser] . Op verzoek van [naam eiser] heb ik toen de nieuwe polis besproken. Ook toen
is de clausule geadresseerd, en heb ik gewezen op de gevolgen als niet aan de verplichtingen op
grond van de clausule zou worden voldaan. Ik heb de heer [naam eiser] verteld dat dan een verhoogd
eigen risico had te gelden. Dat ik nagelaten zou hebben om [naam eiser] te wijzen op de clausule
buitenopslag en de verplichtingen die in dat verband te gelden hadden (en de consequenties
wanneer daaraan niet zou worden voldaan), is dan ook niet juist. (…)