ECLI:NL:RBNNE:2025:1604

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
29 april 2025
Publicatiedatum
29 april 2025
Zaaknummer
18.008368.22
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van het voorhanden hebben van vuurwapens en ontslag van rechtsvervolging voor witwassen, maar veroordeling voor drugshandel en wapenhandel

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 29 april 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van meerdere strafbare feiten, waaronder drugshandel, wapenhandel, gewoontewitwassen en het voorhanden hebben van valse documenten. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het voorhanden hebben van vuurwapens en heeft hem ontslagen van alle rechtsvervolging voor het witwassen van een geldbedrag uit eigen misdrijf. Echter, de verdachte is wel schuldig bevonden aan het veelvuldig en langdurig verhandelen van cocaïne, MDMA en amfetamine via het versleutelde communicatieplatform SkyECC. Daarnaast heeft hij zich schuldig gemaakt aan het verhandelen van (automatische) vuurwapens en gewoontewitwassen. De rechtbank heeft een gevangenisstraf van zes jaren opgelegd, met aftrek van de tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. De schorsing van de voorlopige hechtenis is niet opgeheven, en er zijn beslissingen genomen ten aanzien van het beslag. De rechtbank heeft de ernst van de feiten benadrukt, waarbij de verdachte een aanzienlijke bijdrage heeft geleverd aan de drugshandel en het ongecontroleerd bezit van vuurwapens, wat een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van de samenleving met zich meebrengt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/008368-22
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 29 april 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboorte datum] 1986 te [geboorte plaats] ,
wonende te [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 15 april 2025.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. D.C. Vlielander, advocaat te Utrecht. Het Openbaar Ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. R. Janssens

Tenlastelegging

Omwille van de leesbaarheid van het vonnis wordt voor wat betreft de volledige tekst van de tenlastelegging verwezen naar de inhoud daarvan zoals opgenomen in de bijlage. De inhoud van die bijlage dient als hier ingelast te worden beschouwd.
De verdenking komt er, na nadere omschrijving en wijziging van de tenlastelegging, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1: in de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 in Nederland en/of Tunesië, al dan niet samen met anderen, meermalen, hoeveelheden cocaïne en/of heroïne en/of MDMA en/of amfetamine heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad;
Feit 2: in de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 in Nederland en/of Tunesië, al dan niet samen met anderen, meermalen, wapens te weten een AK-47 machinegeweer en/of een pistool ter beschikking heeft gesteld en/of heeft verhandeld, dan wel een Kalasjnikov voorhanden heeft gehad;
Feit 3: in de periode van 6 juli 2020 tot en met 10 januari 2022 in Nederland en/of Tunesië, horloges, merkkleding, schoenen en een geldbedrag van € 1.000,- heeft witgewassen en hij hiervan een gewoonte heeft gemaakt;
Feit 4: in de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 in Nederland en/of Tunesië, al dan niet samen met anderen, meermalen, hoeveelheden amfetamine heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of vervaardigd en/of aanwezig gehad;
Feit 5: in de periode van 2 januari 2020 tot en met 3 januari 2020 te [plaatsnaam] , 64 kogelpatronen en/of onderdelen van wapens voorhanden heeft gehad;
Feit 6: in de periode van 6 juli 2020 tot en met 10 januari 2022 te Groningen, een vals of vervalst reisdocument en/of identiteitsbewijs voorhanden heeft gehad.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het onder 1, 2 primair, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde. Met betrekking tot het onder 5 ten laste gelegde heeft hij het volgende aangevoerd. In de nacht van 2 op 3 januari 2020 is er geschoten naast de woning van de vader van verdachte door [medeverdachte] - die in die woning verbleef - op agenten die na een melding naar de woning waren gekomen. De woning is doorzocht en er werden zeven vuurwapensledes aangetroffen, als ook munitie. Gelet op de verklaringen van getuigen [getuige] , [getuige] , [getuige] en [getuige] is op te maken dat verdachte ook in de woning verbleef en daar zeer regelmatig aanwezig was in de periode voorafgaand aan de schietpartij. Gelet op het voorgaande, mede in het licht van alles wat vanuit de SkyECC communicatie is gevolgd, waaruit een beeld ontstaat dat past bij hetgeen in de woning is aangetroffen, heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte deze wapenonderdelen en munitie voorhanden heeft gehad.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van feiten 1, 2, 3, 4 en 5.
De identificatie van Sky-ID [link]
Ten aanzien van de feiten 1, 2 en 4 heeft de raadsman zich ten eerste op het standpunt gesteld dat verdachte niet de gebruiker is van het Sky-ID [link] . Hij heeft daartoe onder andere aangevoerd dat er bij verdachte geen drugs, wapens en grote geldbedragen of vermogensbestanddelen zijn aangetroffen en ook geen encryptietelefoon met daarop het aan hem gekoppelde Sky-ID. Ook zijn er geen andere (mede)verdachten en/of tegencontacten geïdentificeerd. Bovendien zijn de andere omstandigheden die door de politie worden gebruikt als ondersteuning voor de identificatie van het Sky-ID veel te algemeen. Het gaat daarbij onder andere over dat de gebruiker zendmasten heeft aangestraald in de wijk [adres] te Groningen, in Tunesië is geweest en dat hij kinderen heeft. Verder is de koppeling van voornoemd account aan verdachte gebaseerd op een doorgestuurde foto van [naam] aan de gebruiker van het Sky-ID. Anders dan verdachte kende de gebruiker van het account [naam] kennelijk al vanaf dat zij twee jaar oud was. Daarnaast is er geen onderzoek gedaan naar de biologische vader van [naam] , enkel en alleen omdat hij een Antiliaan is en het in de visie van de politie mede daarom niet aannemelijk is dat hij de gebruiker is van Sky-ID [link] . Voorts heeft de officier van justitie in zijn mail van 27 november 2023 gewezen op een afbeelding die zou zijn verzonden door deze gebruiker, waarop volgens hem het balkon aan de [adres] te zien zou zijn. Deze afbeelding is niet nader onderzocht en de officier van justitie heeft via Google Maps en zijn eigen herkenning door zijn aanwezigheid bij de doorzoeking geconcludeerd dat dit de woning aan de [adres] moet zijn waar verdachte zou verblijven. Gelet op het ontbrekende nader onderzoek naar de afbeelding is dit onvoldoende om mee te nemen als bewijsmiddel.
Meerdere gebruikers
De raadsman is voorts van mening dat als wordt aangenomen dat verdachte de gebruiker is geweest van betreffend account, hij niet gedurende de hele periode de gebruiker is geweest van het Sky-ID [link] . Dit blijkt bijvoorbeeld uit een chatgesprek waarin de gebruiker het heeft over ‘broers’, terwijl verdachte slechts één broer heeft. Dit moet leiden tot de conclusie dat enige betrokkenheid van verdachte bij de onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde feiten niet kan worden vastgesteld.
Bewijsminimum
De raadsman heeft meer subsidiair - onder verwijzing naar een uitspraak van de rechtbank Overijssel (ECLI:NL:RBOVE:2024:3539) - gesteld dat niet is voldaan aan het bewijsminimum, omdat het onder 1, 2 en 4 ten laste gelegde enkel is gebaseerd op de inhoud van de SkyECC berichten en dit één bron betreft.
Nadere verweren met betrekking tot de verweten gedragingen
De raadsman heeft met betrekking tot het onder 1 en 4 ten laste gelegde aangevoerd dat bij verdachte geen verdovende middelen zijn aangetroffen. De afbeeldingen van verdovende middelen in de chats brengt bovendien niet met zich mee dat sprake is geweest van beschikkingsmacht en ook staat niet vast dat deze drugs zijn verkocht, afgeleverd, vervoerd of verstrekt. De raadsman heeft gelet op het vorenstaande bepleit dat geen wettig en overtuigend bewijs aanwezig is dat de gebruiker van Sky-ID [link] zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 en 4 ten laste gelegde.
De raadsman heeft ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde voorts aangevoerd dat de twee afbeeldingen van een vuurwapen die zijn verzonden vanaf het account met Sky-ID [link] niet betekent dat deze persoon daar de beschikkingsmacht over heeft gehad. Ook blijkt uit deze chatgesprekken niet dat de wapens daadwerkelijk ter beschikking zijn gesteld dan wel zijn verhandeld. De gebruiker van het Sky-ID [link] zal daarom moeten worden vrijgesproken van zowel het primair als subsidiair ten laste gelegde.
Voorts heeft de raadsman aangevoerd dat geen sprake is geweest van witwassen zoals onder 3 ten laste gelegd. Verdachte had werk in Tunesië en dus een legaal inkomen. Verdachte heeft een concrete verifieerbare, niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring voor de inbeslaggenomen goederen gegeven. Gelet daarop dient verdachte vrijgesproken te worden van het onder 3 ten laste gelegde witwassen.
Voor wat betreft het onder 5 ten laste gelegde heeft de raadsman betoogd dat verdachte geen beschikkingsmacht heeft gehad over de vuurwapensledes en de munitie. Tevens verbleven er op het moment dat de deze goederen zijn aangetroffen andere mensen in deze woning.
De raadsman heeft zich ten aanzien van het onder 6 ten laste gelegde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Oordeel van de rechtbank [1]

Vrijspraak feit 5

Naar aanleiding van een schietpartij in de nacht van 2 op 3 januari 2020 in de nabijheid van de woning aan de [adres] heeft een doorzoeking van deze woning plaatsgevonden. Bij deze doorzoeking zijn vuurwapensledes en kogelpatronen aangetroffen.
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling wegens het voorhanden hebben van een vuurwapen en munitie vereist is dat in ieder geval sprake is geweest van een meerdere of mindere mate van bewustheid bij verdachte omtrent de aanwezigheid daarvan. Verdachte heeft verklaard dat destijds twee andere personen tijdelijk in de woning van zijn vader verbleven. Verder blijkt uit het dossier dat één van die personen [medeverdachte] is geweest en hij heeft verklaard dat hij in de nacht van 3 januari 2020 heeft geschoten met een vuurwapen. De rechtbank overweegt op basis van het voorgaande dat niet buiten redelijke twijfel vast te stellen is dat verdachte de persoon is geweest die de vuurwapensledes en munitie in het huis van zijn vader heeft neergelegd. Het is ook niet uit te sluiten dat de vuurwapensledes en kogelpatronen nog niet in de woning lagen op het moment dat verdachte voor het laatst in de woning was. Gelet op deze feiten en omstandigheden is naar het oordeel van de rechtbank niet komen vast te staan dat verdachte zich bewust is geweest van de aanwezigheid van de vuurwapensledes en de munitie in de woning van zijn vader. De rechtbank acht daarom het onder 5 ten laste gelegde niet bewezen en zal verdachte daarvan vrijspreken.

Ten aanzien van feiten 1, 2 en 4

De gebruiker van Sky-ID [link]
De rechtbank stelt vast dat verdachte de gebruiker is geweest van het Sky-ID [link] . Uit het proces-verbaal van identificatie blijken de volgende feiten en omstandigheden die tot dit oordeel leiden. [2]
De IMEI-nummers [nummer] en [nummer] behoren bij de telefoon die gekoppeld was aan Sky-ID [link] . Met het IMEI nummer eindigend op 51 zijn mastgegevens gegenereerd en hieruit blijkt dat het Sky-toestel 's nachts voornamelijk masten heeft aangestraald in de wijk [adres] te Groningen. Uit de mastgegevens blijkt tevens dat de gebruiker van voornoemd Sky-ID voor een langere periode in Tunesië is geweest. De verbalisant heeft op basis van politiesystemen vastgesteld dat in de nabijheid en de zendrichting van het meest gebruikte cell-id een persoon gekoppeld was die de Tunesische nationaliteit had, namelijk verdachte [verdachte] . Daarnaast is het adres [adres] te Groningen aan verdachte gekoppeld als verblijfsadres. Deze straat ligt in de nabijheid en de zendrichting van de genoemde cell-id. Voorts worden door de gebruiker op 4 en 26 december 2020 afspraken gemaakt met tegencontacten in de wijk [adres] . Ook blijkt uit de inhoud van de chats dat de gebruiker mogelijk nog een strafrechtelijke zaak tegen zich heeft lopen waarvoor hij wordt gezocht en die wordt behandeld door een vrouwelijke officier van justitie. In de politiesystemen is naar voren gekomen dat in januari 2020 de woning op het adres [adres] te Groningen is betreden om verdachte buiten heterdaad aan te houden. Dit naar aanleiding van een verdenking van aangetroffen verdovende middelen en onderdelen van vuurwapens en munitie in het onderzoek genaamd Cadillac. Het bevel voor aanhouding is gegeven door een vrouwelijke officier van justitie. Verder blijkt uit een chatgesprek op 5 maart 2021 dat de gebruiker een foto ontvangt met daarbij de tekst ‘Kijk je dochter’ ‘ [naam] ’. Naar de foto is onderzoek gedaan via de zoekmachine Google en daaruit blijkt dat de profielfoto van de Facebook-pagina van [naam] overeenkomsten vertoonde met de aan de gebruiker van Sky-ID [link] verstuurde foto. Uit een politieregistratie uit 2010 volgt dat verdachte werd genoemd als de vriend van [naam] . Laatstgenoemde heeft een dochter genaamd [naam] . Gezien het feit dat de vader van [naam] iemand is van Antilliaanse afkomst en woonachtig is in Hoogezand is het niet aannemelijk dat hij de gebruiker is van deze Sky-ID.
De raadsman heeft de identificatie op diverse onderdelen bestreden. De rechtbank is van oordeel dat de hiervoor opgesomde feiten en omstandigheden ieder op zichzelf bezien ruimte zouden kunnen laten voor de mogelijkheid dat een ander dan verdachte de gebruiker was van het Sky-ID [link] . Maar al deze feiten en omstandigheden bij elkaar genomen en in onderlinge samenhang bezien, acht de rechtbank dat niet aannemelijk. De rechtbank wijst in aanvulling op het eerder vermelde proces-verbaal van identificatie nog op de bij het dossier behorende dataset bevattende de berichten van het Sky-ID [link] vanaf 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021. [3] Hieruit blijkt dat op 2 december 2020 een foto wordt gedeeld vanaf het account over de berechting van een schietpartij in [plaatsnaam] , betreffende het onderzoek Cadillac. [4] De gebruiker zegt vervolgens ‘ik kan me wel melden’ en maakt nog enkele inhoudelijke opmerkingen over die zaak. Op 3 december 2020 stuurt de gebruiker een afbeelding vanaf een balkon. De afbeelding van deze locatie komt overeen met het straatbeeld van de [adres] , gelet op het bijgevoegde screenshot van Google Maps. [5]
Naar het oordeel van de rechtbank is dan ook komen vast te staan dat verdachte de gebruiker was van Sky-ID [link] . Nu verdachte is geïdentificeerd als de gebruiker van dit Sky-ID, zal de rechtbank daar, bij de verdere bespreking en beoordeling van de aan verdachte tenlastegelegde feiten, ook van uitgaan.
Meerdere gebruikers Sky account
Identificerende gegevens die wijzen op het gebruik van het account door een ander dan verdachte zijn niet uit de chatgesprekken af te leiden. In de chatberichten van Sky-ID [link] zijn ook geen aanwijzingen aangetroffen op grond waarvan aannemelijk is dat het account door een of meer personen anders dan verdachte werd gebruikt. Zo wijst de inhoud van de berichten ook niet op een wisseling van de gebruiker. Daarnaast werd gedurende een groot deel van de ten laste gelegde periode dezelfde mast aangestraald in Groningen, welke mast in de buurt van de woningen ligt waar verdachte verbleef. De rechtbank acht het daarom niet aannemelijk geworden dat er buiten verdachte anderen gebruik hebben gemaakt van het account [link] . Zij gaat er daarom van uit dat verdachte gedurende de gehele ten laste gelegde periode de enige gebruiker van het account is geweest.
Bewijsminimum
Anders dan de verdediging heeft betoogd kan ten aanzien van alle in het dossier aanwezige chatgesprekken via SkyECC niet worden gesteld dat sprake is van één bron. Er is immers sprake van verschillende, afzonderlijke chatgesprekken, gevoerd door verschillende ID’s, op verschillende momenten. Het feit dat deze gesprekken zijn gevoerd via hetzelfde communicatienetwerk (SkyECC), maakt niet dat zij ook allemaal afkomstig zijn uit één bron. Bovendien zijn er vele afbeeldingen verstuurd die de inhoud van de tekstberichten ondersteunen. De rechtbank verwerpt daarom het verweer van de verdediging.
Feit 1: medeplegen van handel in cocaïne en/of heroïne en/of MDMA en/of amfetamine
Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde
Op 8 juli 2020 heeft verdachte een gesprek met twee tegencontacten (Sky-ID’s [link] en [link] ) waarmee wordt gesproken over spullen van Duitsland naar Nederland, ‘Collo’ en ‘boli’. In de gesprekken worden tevens afbeeldingen verzonden van witte blokken met de opdruk ‘Taxi’. Verdachte zegt vervolgens dat hij nog een topper moet hebben, het liefste ‘boli’. Het tegencontact met Sky-ID24OT09 bevestigd dat het goedkomt en vraagt of het afgeven in [plaatsnaam] lukt. [6] Uit de verzonden berichten later op de dag blijkt dat het is gelukt en verdachte zegt ‘Oke top nu nog hopen dat die 50 st aankomen’. [7] Een verbalisant heeft aan de hand van een naslagwerk opgesteld door het cluster Synthetische Drugs van de landelijke eenheid van de politie een aantal afkortingen en woorden vanuit de straattaal vertaald. Uit dit onderzoek blijkt dat met ‘Col’ vermoedelijk cocaïne uit Colombia wordt bedoeld en met ‘Bol’ cocaïne uit Bolivia. Met champagne worden MDMA kristallen met een zuivere kleur aangeduid. [8]
Op 10 juli wordt door een ander tegencontact gevraagd of verdachte 10 kilo MDMA kan regelen. Verdachte neemt contact op met de gebruikers van Sky-ID’s [link] en [link] en geeft aan dat hij 10 kilo MDMA nog heeft. Laatstgenoemde gebruiker geeft aan dat het hun 725 kost en stuurt kort daarop een afbeelding. Verdachte vraagt of het gaat om ‘champagne’ en het tegencontact bevestigd dit. [9] Een dag later blijkt dat de pillen worden vervoerd vanuit Landgraaf naar Arnhem. Vervolgens vertelt Sky-ID [link] ‘Ja hij heb 1 kilo mee’ en ‘Want die dacht 3 kilo voor 6000 mee te krijgen’. [10]
Op 14 augustus 2020 ontvangt verdachte een afbeelding van een wit blok met de opdruk ‘Gucci’ van de Sky-ID gebruiker [link] . Deze gebruiker geeft daarbij aan dat hij ‘boli’ net aan heeft gepakt en dat er snel moet worden geschakeld. Verdachte vraagt wanneer, het tijdstip en de prijs van de ‘boli’. Aangegeven wordt dat het wel ‘35’ is. In de chats gaan de prijsonderhandelingen verder en door verdachte wordt aangegeven dat de eerste twee al onderweg zijn. [11]
Op 8 oktober 2020 ontvangt verdachte een opnieuw een afbeelding van een wit blok van de Sky-ID gebruiker [link] . Deze gebruiker geeft daarbij aan dat het gaat om B klasse ’29.850 bezorgt’. Verdachte zegt ‘Ja moet even kijken wanneer ze willen bro als gied is moet munchen ik ga even berichten’ en geeft aan dat hij wacht op antwoord. Hij geeft aan dat hij aan het pushen is maar hij niet wil laten merken dat hij te graag wil. Vervolgens zegt hij ‘ik denk wel dat we wat met ze kunnen’. [12]
De volgende dag krijgt verdachte de vraag of hij ‘ice’ kan regelen. Verdachte informeert bij verschillende tegencontacten of zij aan ‘ice’ kunnen komen. Verdachte ontvangt vervolgens een afbeelding van kristalvormige substanties en stuurt deze afbeelding door aan een ander tegencontact. Ook vindt er overleg plaats over de prijs, namelijk € 14.750,-. [13] Op 11 oktober ontvangt verdachte een afbeelding van een plastic tas met daarin contant geld en wordt er gesproken over het adres waar de ‘pap’ kan worden afgegeven. [14]
Verdachte vraagt op 3 december 2020 aan het account [link] ‘En welke col heb je voor me’ en kort daarop ‘heb colo nodig man of b klasse’. Hij geeft daarbij aan dat hij het voor zichzelf nodig heeft. Het hiervoor genoemde tegencontact stuurt vervolgens een afbeelding van een wit blok. Gesproken wordt over de prijs en het tegencontact geeft aan 31.5. Verdachte geeft aan dat hij laatst nog voor 29 kreeg. Uiteindelijk wordt een prijs overeengekomen van 29,5 en verdachte zegt ‘breng morgen eentje dan’. [15] Op 5 december 2020 wordt een afspraak gemaakt op het adres [adres] om 10:30 uur en wordt er door de gebruiker [link] gevraagd of de ‘pap’ klaar ligt. Vervolgens geeft verdachte aan dat de persoon naar de kerk moet rijden omdat daar geen huizen zijn en dus niemand je ziet. Verdachte stuurt vervolgens een afbeelding van een plastic tas. Het gesprek gaat verder over ‘scor’, ‘b klas’ en ‘boli’ en verdachte stuurt een afbeelding van een wit blok aan het tegencontact [link] en overlegt met deze gebruiker over de prijs. [16]
Op 7 januari 2021 worden afbeeldingen gewisseld tussen tegencontact [link] en verdachte van witte blokken met opdrukken. Verdachte zegt dat het 30,5 is en hij zal vragen of hij iets met de prijs kan doen. Op een later moment wordt door verdachte gevraagd hoe laat die ‘snelle’ in Assen kan zijn vandaag. Vervolgens wordt aangegeven dat hij op die ‘pap’ zit te wachten. Het maximale was 30,5 volgens verdachte en hij geeft kort daarop aan dat ‘colo’ moeilijk weggaat.
Op 12 januari 2021 verstuurt verdachte een afbeelding van een wit blok met een opdruk, waarbij hij aangeeft dat hij het net wilde breken. Vervolgens zegt hij: ‘ook 29 gekregen’, ‘aantallen 28,5’ en ‘heb 33’. Hij stuurt daarna een afbeelding van twee gebroken delen van een wit blok. [17]
Op 1 maart 2021 heeft verdachte contact met Sky-ID gebruiker [link] en vraagt laatstgenoemde tegencontact aan verdachte ‘Colo, liggen die er, 15 a 20 stuks’. Verdachte antwoordt ‘Ja als goed is wel’ en stuurt later afbeeldingen van een witte substantie, een verpakking met daarop ‘Burberry’ en een wit blok met opdruk. [18]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij in de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 zowel in Tunesië als Nederland verbleef. [19]
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde
Met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het onder 1 ten laste gelegde overweegt de rechtbank als volgt.
Bij de beoordeling rijst allereerst de vraag of kan worden vastgesteld dat in de chatgesprekken wordt gesproken over cocaïne, MDMA en amfetamine. In de chatgesprekken worden afbeeldingen gestuurd van witte blokken en verdachte heeft contact over de aan- en verkoop van onder andere ‘colo’ en ‘boli’. Dit zijn in het criminele circuit bekende en gangbare benamingen voor Colombiaanse en Boliviaanse cocaïne. Ook worden in de gesprekken prijzen van blokken genoemd die overeenkomen met de marktprijs voor een kilo cocaïne. Tevens wordt in de chatgesprekken gesproken over MDMA, pillen en ‘champagne’, een in het criminele circuit gangbare benaming voor MDMA kristallen met een zuivere kleur aangeduid. Verder vindt er overleg plaats over het regelen van ‘ice’, waarbij afbeeldingen worden verzonden van kristalvormige substanties. Dit is een in het criminele circuit bekende en gangbare benaming voor 100% zuivere metamfetamine. Daarnaast is voor het versturen van de hiervoor vermelde chatberichten gebruik gemaakt van het heimelijke communicatiemiddel van SkyECC. Gelet op het vorenstaande en hetgeen onder feit 4 wordt overwogen stelt de rechtbank vast dat het daadwerkelijk om cocaïne, MDMA en (met)amfetamine gaat.
Op basis van de inhoud van de chatgesprekken zoals hiervoor en hierna onder feit 4 weergegeven kan worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren van hoeveelheden cocaïne, MDMA en amfetamine. Verdachte heeft in de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 veelvuldig contact met een aantal vaste tegencontacten met wie hij heeft gesproken over de handel in harddrugs. In deze chats gaat het onder andere over aantallen, prijzen, vervoeren en betalingen. In deze chatberichten wordt eveneens bevestigd dat de harddrugs ofwel de geldbedragen zijn ontvangen. De rechtbank is bovendien van oordeel dat de inhoud van de grote hoeveelheid beschikbare chatberichten een grote mate van continuïteit laten zien en dat de inhoud van de berichten duidelijk, consistent en belastend zijn voor verdachte.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het onder 1 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard, met uitzondering van de ten laste gelegde heroïne. Ook acht de rechtbank bewezen dat sprake is geweest van medeplegen. Uit de chatberichten blijkt van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking met andere Sky gebruikers.

Feit 2: medeplegen van de handel in vuurwapens

Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde
Uit de chatsessies tussen verdachte en verschillende tegencontacten blijkt het volgende.
Op 23 augustus 2020 vraagt de gebruiker met Sky-ID [link] ‘heb je ak’s?’. Verdachte antwoordt daarop dat hij het niet heeft maar wel kan kijken en vraagt ‘hoeveel heb je nodig’. De gebruiker met Sky-ID [link] vraagt of verdachte het vandaag kan regelen. Verdachte antwoordt dat hij het even moet vragen. [20] Vervolgens neemt verdachte contact op met Sky-ID [link] en vraagt hij aan deze gebruiker of hij een ‘ak’ kan regelen voor vandaag. Een aantal uren later geeft deze gebruiker aan dat hij een ‘ak’ heeft gevonden met een korte loop. Verdachte neemt daaropvolgend contact op met Sky-ID [link] en zegt dat hij een ‘ak’ met korte loop heeft voor 5000. Ook wordt er een afbeelding van het wapen gedeeld en de prijs wordt met beide partijen besproken. [21] De gebruiker met Sky-ID [link] vraagt later die avond/nacht waar hij het kan ophalen. Verdachte neemt opnieuw contact op een vraagt aan Sky-ID [link] waar het kan worden opgehaald. [22] Omdat het account [link] geen antwoordt krijgt op de vraag waar hij het moet ophalen vraagt hij een dag later op 23 augustus opnieuw aan verdachte waar hij het kan ophalen. Verdachte bericht de gebruiker met Sky-ID [link] en geeft aan dat ‘die jongen wacht nog op waar die het op kan halen’. Daarop wordt geantwoord dat deze gebruiker het zal vragen. [23]
Op 2 december 2020 biedt verdachte een .45 aan bij de gebruiker van Sky-ID [link] . Verdachte geeft aan dat hij 4000 kan krijgen per stuk maar hij voornoemde gebruiker allebei geeft voor 7500. Deze gebruiker heeft aan dat hij ‘7’ wil betalen voor alle twee. [24] Op 16 december 2020 heeft verdachte opnieuw contact met het account [link] . Verdachte geeft hij aan dat hij er nog twee heeft en hij ze toen wilde kopen. Op de vraag welke hij heeft antwoord verdachte dat het gaat om een ‘Sig n sawer met red dot’ en een ‘kimber 1911 .45’. Hij merkt daarbij op dat het om dure dingen gaat. Vervolgens deelt verdachte meerdere afbeeldingen van een tweetal vuurwapens. [25] Verdachte heeft op 17 december 2020 opnieuw contact met het eerder genoemde account en komt via hem in contact met de gebruiker met Sky-ID [link] . Hij vraagt aan deze gebruiker of ‘hij nog belang heeft bij’ en stuurt daarbij een emoticon. Kort daarop stuurt verdachte deze gebruiker dezelfde afbeeldingen als een dag daarvoor van een tweetal vuurwapens. [26]
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde
Met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het onder 2 ten laste gelegde overweegt de rechtbank als volgt.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat de verdachte in de periode van 22 augustus 2020 tot en met 17 december 2020 chatgesprekken heeft gevoerd over - kortgezegd - de handel in vuurwapens. De verdachte heeft foto’s van vuurwapens gedeeld en gesprekken gevoerd over verschillende soorten (automatische) vuurwapens, waaronder ‘AK’s’, ‘Sig n sawer met red dot’ en een ‘kimber 1911 .45’. In de chatgesprekken heeft de verdachte zijn tegencontacten laten weten dat hij vuurwapens kan regelen en wat de prijzen zijn. Ook wordt er gesproken over de levering van de wapens. Hieruit blijkt dat de verdachte als tussenpersoon gesprekken over de aan- en verkoop van wapens heeft gevoerd en daarmee heeft gehandeld als wapenmakelaar. Tevens heeft verdachte geen erkenning om wapens te verhandelen.
De rechtbank overweegt ten aanzien van het door de verdediging gevoerde verweer over de beschikkingsmacht en het verhandelen het volgende. Voor wapenmakelaardij is van ondergeschikt belang of tussen kopers en verkopers daadwerkelijk een koop is gesloten, dan wel of de wapens uiteindelijk van eigenaar zijn gewisseld. Immers, ook als een transactie uiteindelijk niet is doorgegaan, laat dat onverlet dat verdachte de onderhandelingen over die transactie heeft gevoerd en in die zin dus als wapenmakelaar heeft opgetreden en aldus bedrijfsmatig wapens heeft verhandeld in de zin van artikel 9, eerste lid, van de Wet Wapens en Munitie.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het onder 2 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard. Ook acht de rechtbank bewezen dat sprake is geweest van medeplegen. Uit de chatberichten blijkt van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking met andere Sky- gebruikers. Op basis van de inhoud van de chatgesprekken zal de onder 2 bewezen verklaarde periode beperkt worden tot de periode van 22 augustus 2020 tot en met 17 december 2020.

Feit 4: medeplegen van het produceren van amfetamine

Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde
Uit de chatsessies tussen verdachte en verschillende tegencontacten blijkt het volgende.
Op 13 januari 2021 stuurt verdachte verschillende afbeeldingen van een wit blok met daarop het cijfer veertien naar twee tegencontacten en zegt daarbij dat het materiaal lang niet is gebruikt, hij alles heeft moeten schoonmaken en dat het net als fietsen is: ‘dat verleer je niet’. [27] Op 20 januari zegt verdachte tegen de gebruiker van Sky-ID [link] ’80 liter olie’ en laatstgenoemde gebruiker antwoordt daarop ‘A is er nog niet bro’. Het gesprek gaat verder en verdachte vraagt of hij die droge snelle kan mixen met creatine. Het tegencontact geeft aan dat hij het kan mixen met wat hij wil en dat er nog wel een paar ‘pasta’ liggen. [28] Een verbalisant heeft aan de hand van een naslagwerk opgesteld door het cluster Synthetische Drugs van de landelijke eenheid van de politie een aantal afkortingen en woorden vanuit de straattaal vertaald. Uit dit onderzoek blijkt dat met zowel ‘A’ als ‘snelle’ amfetamine wordt bedoeld. [29] Een dag later krijgt verdachte foto’s toegestuurd van onder andere creatinepoeder en pH-meters. [30] Vervolgens stuurt verdachte op 22 januari een foto van een emmer op een weegschaal en zegt daarbij ‘1206 droog uit een liter a gehaald’ en geeft aan dat hij zo het eindproduct zal laten zien. Op 23 januari stuurt hij een foto van een wit blok met de opdruk van een ster, volgens verdachte gemaakt met behulp van een figuurtje uit de kleidoos van zijn kinderen. [31]
Op 24 januari 2021 vraagt verdachte aan een tegencontact of hij 35 liter kan krijgen, of het ‘spa’ is en wat de ‘pH’ is. [32] In een proces-verbaal heeft een verbalisant aan de hand van de politiesystemen en zijn reeds opgedane ervaring als specialist drugs aangegeven dat ‘spa’ een benaming betreft voor de kwaliteit van amfetamineolie. Spa betreft de meest zuivere, en hiermee de beste kwaliteit, amfetamineolie en is helder van kleur. [33] Verdachte geeft aan dat hij droge snelle moet maken en stuurt daarbij opnieuw de voormelde foto’s van de witte blokken met de opdruk van een ster. Hij vraagt vervolgens ‘ [naam] voor hoeveel breng je 40 ltr na gro voor me’. [34] Twee dagen later geeft verdachte opnieuw aan dat hij dringend 40 liter nodig heeft. [35]
Verdachte spreekt op 27 januari 2021 met tegencontacten over dat de olie niet goed is, het wit uitslaat, de pH-waarde 11.4 is en er een liter ontbreekt. Hij geeft aan dat gezegd moet worden dat ’39 liter eentje word helemaal melk en met kloppen word haast niet stijf’. Vervolgens stuurt verdachte een afbeelding van een mixer in een emmer met daarin een witte substantie en geeft aan dat het verbrand is. Hij stuurt daarbij een afbeelding van een mixer met daarop een roze substantie. [36] Op 28 januari stuurt verdachte afbeeldingen van witte blokken met verschillende opdrukken naar tegencontacten. Verdachte zegt dat de eerste niet super waren en dat hij even weer die slag moest hebben. De gebruiker van Sky-ID [link] zegt ‘Broer je heb ze zo ongelofelijk dit gemaakt’ en ‘Foking dokter be je’. [37]
De gebruiker van het account [link] vraagt op 29 januari aan verdachte om meer foto’s te sturen waarop verdachte antwoordt dat hij maar eentje heeft gemaakt ‘die ander was op signal in die groep maar is al weg bij mij’. Verdachte geeft niet veel later aan dat hij die ‘50’ in iets meer dan 48 uur heeft gemaakt en dat hij pas is gaan ‘bewegen’ toen zij die aanbetaling hebben gedaan. [38]
Op 4 februari 2021 stuurt verdachte aan een tegencontact dat hij 200 liter nodig heeft en dat hij alleen maar grote bestellingen van die droge snel krijgt. [39] Bijna een week later zegt verdachte dat hij van 1.2 liter olie hij 2,5 kilo haalt. [40] Op 2 maart wordt aan verdachte gevraagd door de gebruiker van Sky-ID [link] aan verdachte gevraagd hoe het is gegaan met het water. Verdachte geeft aan dat hij blij was om goeie olie te zien en dat hij 40 liter heeft geklopt. Aan het einde van de middag zou hij even een foto sturen. Rond half drie in de middag stuurt verdachte afbeeldingen van witte blokken met verschillende symbolen als opdruk. [41] Vervolgens wordt op 3 maart met de gebruiker van Sky-ID [link] gesproken over een chauffeur, de snelle service en de (aan)betaling. [42]
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde
Met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het onder 4 ten laste gelegde overweegt de rechtbank als volgt.
De rechtbank leidt uit de inhoud van voormelde chatgesprekken en de afbeeldingen van witte blokken, waarvan aannemelijk is dat het om amfetamine gaat, af dat de gesprekken die verdachte met anderen voerde waren gericht op de productie van amfetamine. Verdachte spreekt samen met anderen over ‘A’ en ‘droge snelle’. Dit zijn in het criminele circuit bekende en gangbare benamingen voor amfetamine. Verder heeft verdachte met anderen gesproken over (de aankoop van) grondstoffen en het productieproces. Tevens heeft hij op meerdere momenten aangegeven dat hij ook daadwerkelijk een eindproduct heeft geproduceerd en heeft hij afbeeldingen verstuurd van witte blokken met verschillende opdrukken aan tegencontacten. Ook wordt er op verschillende momenten gesproken over (aan)betalingen.
De rechtbank acht gelet op het voorgaande het onder 4 ten laste gelegde bewezen. Ook acht de rechtbank bewezen dat dit feit is gepleegd met andere Sky gebruikers. Uit de berichten blijkt genoegzaam van een nauwe en bewuste samenwerking. Er wordt overlegd, gehandeld en over en weer informatie gedeeld. Op basis van de inhoud van de chatgesprekken zal de onder 4 bewezen verklaarde periode beperkt worden tot de periode vanaf 1 januari 2021.

Feit 3: (gewoonte)witwassen

Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde
Op 10 januari 2022 hebben er doorzoekingen plaatsgevonden in de woningen aan de [adres] en [adres] , beiden te Groningen. [43] In deze woningen zijn onder meer horloges (Rolex en Breitling), merkkleding, schoenen en een geldbedrag van € 1.000,-, in beslag genomen. De merkkleding en schoenen vertegenwoordigen een geschatte waarde van € 17.886,-. [44] Uit nader onderzoek aan de horloges door een juwelier blijkt dat de nieuwwaarde van de Breitling op € 4.000,- ligt en de nieuwprijs van de Rolex momenteel € 10.200,- bedraagt, waarbij de juwelier heeft opgemerkt dat de huidige handelsprijs van de Rolex boven de € 20.000,- ligt. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij verbleef in de woning van zijn moeder aan de [adres] en zich ook regelmatig begaf bij aan de [adres] , het huis van de moeder van zijn kinderen. [45] Uit onderzoek naar een bankrekeningnummer - [rekeningnummer] - die bij verdachte in gebruik was blijkt dat de bankrekening werd aangevuld om betalingen te kunnen doen en er geen betalingen plaatsvonden voor onder andere woonlasten en levensonderhoud. [46] Verder blijkt uit de gegevens van iCOV dat verdachte over de gevorderde periode van vijf jaren niet over enig inkomen in Nederland beschikte en dat desondanks door hem een bedrag van € 45.712,- contant werd uitgegeven. [47]
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde
Op basis van het dossier kan geen specifiek misdrijf worden vastgesteld waaruit direct of indirect de horloges, merkkleding, schoenen en het geldbedrag afkomstig zouden kunnen zijn. Ook als niet een concreet misdrijf aan te wijzen valt, kan onder omstandigheden worden bewezen dat voorwerpen van misdrijf afkomstig zijn. Er moet dan sprake zijn van een witwasvermoeden op basis van de feiten en omstandigheden waaronder de voorwerpen zijn aangetroffen. Als dat vermoeden er is, is het aan verdachte om een verklaring te geven over de legale herkomst van in dit geval de merkkleding, schoenen, het geldbedrag en het horloge. Die verklaring moet concreet zijn, verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk.
Verdachte is in beeld gekomen in een onderzoek naar de handel in harddrugs en vuurwapens. Naar aanleiding van die verdenking is de financiële situatie van verdachte in kaart gebracht. Op de rekening van verdachte zijn contante stortingen gedaan en vanaf de rekening van verdachte worden geen betalingen gedaan die samenhangen met gebruikelijke uitgaven voor levensonderhoud. Verder is vastgesteld dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van de handel en productie van harddrugs alsook het medeplegen van het verhandelen van vuurwapens (feiten 1, 2 en 4). Deze omstandigheden rechtvaardigen een vermoeden van witwassen. Daarom mag van verdachte worden verlangd dat hij een verklaring geeft over de legale herkomst van de horloges, merkkleding, schoenen en het aangetroffen geldbedrag.
Verdachte heeft tijdens de behandeling ter zitting verklaard dat de merkkleding en schoenen niet allemaal van hem zijn en dat deze goederen zijn verzameld over een lange periode. Hij zou de goederen hebben aangekocht met contant geld dat hij heeft verdiend en meegenomen uit Tunesië. Ten aanzien van de horloges heeft hij aangevoerd dat de Breitling een oud horloge is van zijn opa en dat hij de Rolex heeft geleend van een vriend van wie hij de naam niet wil zeggen.
De verklaring van verdachte ten aanzien van de voornoemde goederen is niet concreet, niet verifieerbaar en op voorhand hoogst onwaarschijnlijk. Bij deze stand van zaken concludeert de rechtbank dat een criminele herkomst de enige aanvaardbare verklaring is, nu het witwasvermoeden niet door verdachte is weerlegd. Onder deze omstandigheden kan het niet anders zijn dan dat verdachte ook wist dat de deze goederen van misdrijf afkomstig waren. De rechtbank acht dan ook bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het witwassen.
Het witwassen had een zodanige omvang en continuïteit dat naar het oordeel van de rechtbank ook bewezen kan worden dat verdachte van het witwassen een gewoonte heeft gemaakt.

Feit 6: voorhanden hebben valse documenten

De rechtbank is van oordeel dat het onder 6 ten laste gelegde voorhanden hebben van een vals reisdocument en identiteitsbewijs wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard. Verdachte heeft ter terechtzitting bekend dat hij het rijbewijs en de ID-kaart voorhanden heeft gehad. [48] Uit het onderzoek door de Koninklijke Marechaussee blijkt ook daadwerkelijk dat het in beide gevallen gaat om valse exemplaren. [49]

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feiten 1, 2 primair, 3A, 3B, 4 en 6 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij in de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 in Nederland en in Tunesië, tezamen en in vereniging met anderen, meermalen, opzettelijk heeft verkocht, afgeleverd, verstrekt en vervoerd, hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne, hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en amfetamine, zijnde cocaïne, amfetamine en MDMA telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
2.
hij in de periode van 22 augustus 2020 tot en met 17 december 2020 in Nederland in Tunesië tezamen en in vereniging met anderen, meermalen, zonder erkenning wapens van categorie II en categorie III te weten een AK-47 machinegeweer en een pistool heeft verhandeld, hebbende hij, verdachte, gesprekken en onderhandelingen gevoerd over de vraagprijs en levering van deze wapens.
3A.
hij in de periode van 6 juli 2020 tot en met 10 januari 2022 in Nederland en in Tunesië, voorwerpen, te weten een horloge van het merk Breitling en een horloge van het merk Rolex, een grote hoeveelheid merkkleding (onder meer trainingspakken, shirts en broeken) en schoenen, heeft verworven en voorhanden gehad, terwijl hij wist dat die voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf, en hij van het plegen van dit feit een gewoonte heeft gemaakt.
3B.
hij in de periode van 6 juli 2020 tot en met 10 januari 2022, in Nederland en in Tunesië, voorwerpen, te weten een geldbedrag van 1.000 euro, heeft verworven en voorhanden gehad, terwijl hij wist dat dit voorwerp - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf.
4.
hij in de periode van 1 januari 2021 tot en met 8 maart 2021 in Nederland en in Tunesië, tezamen en in vereniging met anderen, meermalen, opzettelijk heeft bereid, bewerkt, verwerkt, vervaardigd en aanwezig gehad een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
6.
hij op 10 januari 2022 te Groningen een reisdocument en identiteitsbewijs als bedoeld in het eerste lid van artikel 231 van het Wetboek van Strafrecht, te weten
- een rijbewijs, land Letland, [nummer] , met als tenaamgestelde [naam] en
- een identiteitskaart, land Letland, [nummer] , met als tenaamgestelde [naam] ,
welke documenten beiden voorzien waren van een foto van verdachte, waarvan hij, verdachte, wist dat deze vals was, voorhanden heeft gehad.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Ten aanzien van het onder 3B bewezen verklaarde
Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad vloeit voort dat verdachte ten aanzien van het onder 3B bewezen verklaarde moet worden ontslagen van alle rechtsvervolging aangezien de rechtbank aannemelijk acht dat dit geldbedrag uit eigen misdrijf afkomstig is en verdachte dit bedrag enkel voorhanden heeft gehad. [50] Niet is gebleken dat verdachte gedragingen heeft verricht om de criminele herkomst van het geldbedrag te verbergen of te verhullen. Het onder 3B bewezen verklaarde kan daarom niet als witwassen worden gekwalificeerd.
De overige bewezenverklaarde feiten kunnen als volgt worden gekwalificeerd.
1. medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
2 primair. medeplegen van het handelen in strijd met artikel 9, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot vuurwapens van categorie II en III, meermalen gepleegd;
3A. van het plegen van witwassen een gewoonte maken;
4. medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B en D van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
6. een reisdocument en identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht voorhanden hebben, waarvan hij weet dat het vals is.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het onder 1, 2 primair, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van zeven jaren. Tevens heeft de officier van justitie gevorderd het bevel schorsing van de voorlopige hechtenis op te heffen.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat de eis van de officier van justitie buitensporig hoog is en dat de door hem aangehaalde jurisprudentie niet vergelijkbaar is met deze zaak. Anders dan in onderhavige zaak is in de aangehaalde jurisprudentie telkens sprake van een concrete hoeveelheid verdovende middelen. Hij heeft uiterst subsidiair bepleit dat, mocht de rechtbank komen tot een bewezenverklaring en strafoplegging voor de feiten 1, 2 en 4, een gevangenisstraf voor duur van vier jaren passend en geboden is. Tot slot heeft hij verzocht de schorsing van de voorlopige hechtenis niet op te heffen.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de rapportages van de reclassering, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging. De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere ernstige strafbare feiten. Hij heeft veelvuldig en langdurig via het Sky-ID [link] gecommuniceerd over het verhandelen van cocaïne, MDMA en amfetamine. Ook heeft hij amfetamine geproduceerd. Het is algemeen bekend dat verspreiding van harddrugs ernstige nadelige maatschappelijke gevolgen kent, waaronder gezondheidsschade voor drugsgebruikers. De verspreiding van en handel in verdovende middelen gaan daarnaast gepaard met vele andere vormen van criminaliteit. Deze zaak is een voorbeeld van de verschillende vormen van criminaliteit die verweven zijn met drugshandel. Verdachte heeft zich immers in diezelfde periode ook schuldig gemaakt aan het verhandelen van (automatische) vuurwapens. Verdachte heeft als wapenmakelaar een bijdrage geleverd aan het ongecontroleerd bezit en verspreiden van diverse vuurwapens binnen het criminele circuit. Het ongecontroleerde bezit van wapens brengt een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich en leidt tot gevoelens van onveiligheid in de samenleving. Dat vuurwapens een gevaar vormen voor de samenleving blijkt wel uit het feit dat er regelmatig vuurwapenincidenten plaatsvinden. Aan dergelijke vuurwapenincidenten ligt niet zelden een drugsconflict ten grondslag. Deze vormen van berekenende criminaliteit hebben een ontwrichtende werking op de samenleving. Verdachte heeft zich echter enkel laten leiden door zijn eigen financiële gewin. Bovendien heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan gewoontewitwassen en het voorhanden hebben van zowel een vals identiteitsbewijs als een rijbewijs. Deze strafbare feiten passen bij het hiervoor geschetste beeld van handel in harddrugs en vuurwapens.
Persoonlijke omstandigheden
Uit het reclasseringsrapport van 16 november 2023 volgt dat verdachte tot de normgroep behoort met een laag-gemiddeld algemeen risico op recidive en een laag risico op geweld. Verdachte beschikt daarnaast over een dagbesteding en over een inkomen en heeft zich sinds zijn schorsing aan de afspraken en voorwaarden gehouden. Omdat verdachte zich aan de afspraken en voorwaarden heeft gehouden en vanwege zijn zwijgende proceshouding geen delictsanalyse kan worden opgemaakt is de reclassering van mening dat toezicht met bijzondere voorwaarden niet geïndiceerd is. Geadviseerd wordt een straf zonder bijzondere voorwaarden.
De straf
Gelet op de ernst van de bewezen verklaarde feiten, kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden volstaan met het opleggen van een andere straf dan een langdurige en onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Wel zal de rechtbank een lagere straf opleggen dan door de officier van justitie is geëist. De rechtbank heeft daarbij in aanmerking genomen dat sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn en dat verdachte al sinds 22 december 2022 geschorst is onder voorwaarden, waarvan elektronische monitoring gedurende twee maanden onderdeel was, zodat langere tijd sprake is geweest van vrijheidsbeperking Alles afwegende, acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van zes jaren, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
Opheffing van de schorsing de voorlopige hechtenis
De rechtbank is van oordeel dat het opleggen van een vrijheidsbenemende sanctie op zichzelf onvoldoende is om over te gaan tot de opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis. [51] Ook bij oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf die de duur van de reeds ondergane voorlopige hechtenis overstijgt dient sprake te zijn van een omstandigheid die de opheffing van de schorsing noodzakelijk maakt. Bij dergelijke omstandigheden moet volgens de memorie van toelichting onder meer worden gedacht aan het niet naleven van de aan de schorsing verbonden voorwaarden of het ‘zeer’ toenemen van het gevaar voor vlucht of herhaling. [52]
De voorlopige hechtenis van verdachte is sinds 22 december 2022 geschorst en hij heeft zich blijkens de rapportages van de reclassering gehouden aan de afspraken en voorwaarden die in dat kader zijn gesteld. Tevens is - zoals weergegeven onder de persoonlijke omstandigheden van verdachte - sprake van een laag-gemiddeld algemene kans op recidive. Hieruit blijkt dat het in eerder stadium aangenomen recidivegevaar voldoende is ingeperkt door de schorsingsvoorwaarden. De rechtbank overweegt daarom dat geen omstandigheid aan de orde is die de opheffing van de schorsing noodzakelijk maakt en zal de door de officier van justitie gevorderde opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis niet bevelen.

Beslag

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om de inbeslaggenomen horloges, geldbedragen en de kledingstukken en schoenen verbeurd te verklaren. Daarnaast heeft hij gevorderd om de inbeslaggenomen goederen in het onderzoek Cadillac te onttrekken aan het verkeer. Het gaat om andere de volgende goederen die verband houden met het kweken, bewerken of verhandelen van drugs: jerrycans, een kweektent, een inpakmachine, een droognet, een geldtelmachine, een drukpers, vuilniszakken met lege flessen ethanol en een ventilator.
Standpunt verdediging
De raadsman heeft gelet op de door hem bepleite vrijspraak ten aanzien van het witwassen aangevoerd dat de inbeslaggenomen horloges, geldbedragen, kledingstukken en schoenen terug moeten worden gegeven aan verdachte. Voor wat betreft de inbeslaggenomen goederen in het onderzoek Cadillac heeft hij zich op het standpunt gesteld dat deze goederen niet onder verdachte in beslag zijn genomen en zich daarom gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht de in beslag genomen horloges, geldbedragen, kledingstukken en schoenen vatbaar voor verbeurdverklaring nu het voorwerpen betreffen die aan verdachte toebehoren en die geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van de strafbare feiten zijn verkregen. Het geldbedrag dat is aangetroffen in de woning van de moeder van verdachte aan de [adres] zal aan verdachte worden teruggeven omdat met onvoldoende zekerheid kan worden vastgesteld dat dit uit enig misdrijf afkomstig is.
De rechtbank overweegt ten aanzien van de in onderzoek Cadillac inbeslaggenomen goederen het volgende. Uit het procesdossier blijkt niet dat de door de officier van justitie naar voren gebrachte goederen onder verdachte in beslag zijn genomen. Ook zijn deze goederen niet vermeld op de lijst van inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerpen. De rechtbank is daarom van oordeel dat zij over deze goederen geen beslissing hoeft te nemen.
Ten overvloede merkt de rechtbank op dat uit het vonnis in de zaak tegen verdachte [medeverdachte] in het onderzoek Cadillac blijkt dat in die zaak een beslissing is genomen over deze goederen. [53]

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 47, 57, 231, 420bis en 420ter van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet en de artikelen 9 en 55 van de Wet wapens en munitie.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 5 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 3B ten laste gelegde heeft begaan. Verklaart het bewezen verklaarde niet strafbaar en ontslaat de verdachte daarvoor van alle rechtsvervolging.
Verklaart het onder 1, 2 primair, 3A, 4 en 6 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van zes jaren.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Ten aanzien van feit 3
Gelast de teruggaveaan veroordeelde van het in beslag genomen en nog niet teruggegeven geldbedrag, te weten € 1.000,- (Omschrijving: 702298).

Verklaart verbeurd de in beslag genomen voorwerpen, te weten:

1. STK Kleding maatpak (Omschrijving: 703639);
2 - 1 STK Kleding Woolrich blizzard jacket (Omschrijving: 703694, Woolrich);
3 - 1 STK Jas Winterjas met bondkraag (Omschrijving: 703695, Woolrich);
4 - 1 STK Bodywarmer Moncler bodywarmer (Omschrijving: 703696, Moncler);
5 - 1 STK Jas Moncler zomerjas (Omschrijving: 704112, Moncler);
6 - 1 STK Jas (Omschrijving: 704113, Moncler);
7 - 1 STK Jas (Omschrijving: 704114, Moncler);
8 - 1 STK Jas (Omschrijving: 704115, CP company);
9 - 1 STK Jas (Omschrijving: 704116, CP Company);
10 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704117, Nike);
11 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704118, Nike);
12 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704119, Nike);
13 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704120, The North Face);
14 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704121, Armani);
15 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704122, Adidas);
16 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704123, Adidas);
17 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704124, Adidas);
18 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704125, Nike);
19 - 1 STK Trainingspak (Omschrijving: 704126, Adidas);
20 - 1 STK Vest (Omschrijving: 704127, Adidas);
21 - 1 PR Schoenen (Omschrijving: 704128, Gucci);
22 - 1 PR Schoenen (Omschrijving: 704129, Louis Vuitton);
23 - 1 PR Schoenen (Omschrijving: 704130, Valentiono Garavani);
24 - 1 PR Schoenen (Omschrijving: 704131, Valentino);
25 - 1 STK Tas (Omschrijving: 704132, Louis Vuitton);
26 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704133, Jacob Cohen);
27 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704134, Jacob Cohen);
28 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704135, Jacob Cohen);
29- 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704136, Jacob Cohen);
30 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704137, Jacob Cohen);
31 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704138, Jacob Cohen);
32 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704139, Jacob cohen);
33 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704140, Gucci);
34 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704141, Versace);
35 - 1 STK Broek Spijkerbroek (Omschrijving: 704142, Iceberg);
36 - 1 STK Shirt lange mouwen (Omschrijving: 704143, Stone Island);
37 - 1 STK Shirt (Omschrijving: 704144, Dolce & Gabbana);
38 - 1 STK Shirt (Omschrijving: 704145, Carlo Colucci);
39 - 1 STK Shirt Trainingsshirt (Omschrijving: 704146, Adidas);
40 - 1 STK Shirt Trainingsshirt (Omschrijving: 704147, Adidas);
41 - 1 STK Sweater (Omschrijving: 704148, Versace);
42 - 1 STK Sweater (Omschrijving: 704149, Kenzo);
43 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704150, Versace);
44 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704151, Carlo Colucci);
45 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704152, Carlo Coluccia);
46 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704153, Carlo Colucci);
47 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704154, Carlo Colucci);
48 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704155, Carlo Colucci);
49 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704156, McGregor);
50 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704157, Kenzo);
51 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704158, Moncler);
52 - 1 STK Sweater (Omschrijving: 704159, DSQUARED2);
53 - 1 STK Trui (Omschrijving: 704160, The North Face);
54 - 1 STK Joggingpak (Omschrijving: 704161, CP company);
55 - 1 STK Vest (Omschrijving: 704162, Moncler);
56 - 1 STK Vest (Omschrijving: 704163, Givenchy);
57 - 1 STK Overhemd (Omschrijving: 704164, Burberry);
58 - 1 STK Joggingpak (Omschrijving: 704165, Nike);
59 - 1 STK Kleding Hoodie (Omschrijving: 704166, Nike);
60 - 1 STK Joggingpak (Omschrijving: 704167, Nike);
62 - 1000 EUR datum ibn 10-01-2022 (Omschrijving: 702365);
63 - 1 STK Horloge (Omschrijving: NNRAA21013 702366, Rolex);
64 - 1 STK Horloge (Omschrijving: NNRAA21013 702367, Breitling).
Dit vonnis is gewezen door mr. J. van Bruggen, voorzitter, mr. G. Eelsing en mr.
H.M. Lenting, rechters, bijgestaan door mr. M.W. ten Brinke, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 29 april 2025.
Mrs. J. van Bruggen en H.M. Lenting zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Bijlage: de tenlastelegging

1.
hij op in omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 te Groningen althans in de provincie Groningen en/of Drenthe, en/of elders in Nederland en/of in / te Tunesië, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,
(een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaïne en/of
(een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende heroïne en/of
(een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende MDMA en/of amfetamine en/of een meer middelen als vermeld op lijst I van de Opiumwet,
zijnde heroïne en/of cocaïne en/of amfetamine en/of MDMA (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
in of omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 te Groningen, althans in de provincie Groningen en/of Drenthe, en/of elders in Nederland en/of in / te Tunesië tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, zonder erkenning een of meer wapen(s) van categorie II en/of categorie III te weten (onder andere) een AK-47 machinegeweer en/of een pistool ter beschikking heeft gesteld en/of heeft verhandeld hebbende hij, verdachte,
- met medeverdachten afspraken gemaakt over de aankoop en/of verkoop en/of vraagprijs van deze wapens en/of
- gesprekken en/of onderhandelingen gevoerd over de vraagprijs en/of levering van deze wapens en/of onderdelen van deze wapens en/of
- bovengenoemde wapens en/of onderdelen van deze wapens verborgen en/of bewaard en/of vervoerd;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 te Groningen, althans in Nederland en/of in / te Tunesië een wapen van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een zogenaamde Kalasjnikov, zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren, voorhanden heeft gehad;
3.
hij in of omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 10 januari 2022, te Groningen, althans in Nederland en/of in / te Tunesië, voorwerpen, te weten een horloge van het merk Breitling en/of een horloge van het merk Rolex en/of een grote hoeveelheid merkkleding (ondermeer trainingspakken en/of shirts en/of broeken) en/of schoenen en/of een geldbedrag van 1000 euro, heeft verworven en/of voorhanden gehad, en/of van voorwerpen, te weten een horloge van met merk Breitling en/of een horloge van het merk Rolex en/of een grote hoeveelheid merkkleding (ondermeer trainingspakken en/of shirts en/of broeken) en/of schoenen en/of een geldbedrag van 1000 euro gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij wist dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf en/of eigen misdrijf, en hij van het plegen van dit feit een gewoonte heeft gemaakt;
4.
hij in of omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 8 maart 2021 te Groningen, althans elders in Nederland en/of in / te Tunesië, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of vervaardigd en/of aanwezig gehad (een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende amfetamine, althans een middel als vermeld op lijst I van de OW, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
5.
hij in of omstreeks de periode van 2 januari 2020 tot en met 3 januari 2020 te [plaatsnaam] , gemeente Groningen,
- munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten 64 kogelpatronen van het kaliber.40 en/of
- onderdelen van wapens van wezenlijke aard van categorie III van de Wet Wapens en munitie, te weten 7 vuurwapensledes (van gaspistolen) van het kaliber 9mm P.A.K voorhanden heeft gehad;
6.
hij in of omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 10 januari 2022 te Groningen althans in Nederland een reisdocument en/of identiteitsbewijs als bedoeld in het eerste lid van artikel 231 van het Wetboek van Strafrecht, te weten
- een rijbewijs, land Letland, [nummer] , met als tenaamgesteld [naam] en/of
- een identiteitskaart, land Letland, [nummer] , met als tenaamgestele [naam] en/of
welke documenten beiden voorzien waren van een foto van verdachte, waarvan hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze vals of vervalst was, voorhanden heeft gehad.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt tenzij anders vermeld bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit tenzij anders vermeld de pagina’s van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2021285111 d.d. 7 maart 2022 (onderzoek GERST / NNRAA21013).
2.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 11 mei 2021, opgenomen op pagina 26 e.v.
3.Een schriftelijk bescheid, te weten een Excel-bestand bevattende de dataset van Sky-ID [link] (hierna: De dataset van Sky-ID [link] ).
4.De dataset van Sky-ID [link] , regel 25106 e.v.
5.Een schriftelijk bescheid, te weten het bij het procesdossier gevoegde e-mailbericht van de officier van justitie d.d. 27 november 2023.
6.De dataset van Sky-ID [link] , regel 591 e.v.
7.De dataset van Sky-ID [link] , regel 825 e.v.
8.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 12 oktober 2021, opgenomen op pagina 50 e.v.
9.De dataset van Sky-ID [link] , regel 1080 e.v.
10.De dataset van Sky-ID [link] , regel 1612 t/m 1633 en regel 2018 e.v.
11.De dataset van Sky-ID [link] , regel 9447 e.v.
12.De dataset van Sky-ID [link] , regel 16389 e.v.
13.De dataset van Sky-ID [link] , regel 16542 e.v.
14.De dataset van Sky-ID [link] , regel 17482 e.v.
15.De dataset van Sky-ID [link] , regel 25582 e.v.
16.De dataset van Sky-ID [link] , regel 25789 e.v.
17.De dataset van Sky-ID [link] , regel 31932 e.v.
18.De dataset van Sky-ID [link] , regel 37846 e.v.
19.Verklaring van verdachte ter terechtzitting van 15 april 2025.
20.De dataset van Sky-ID [link] , regel 11060 e.v.
21.De dataset van Sky-ID [link] , regel 11111 e.v.
22.De dataset van Sky-ID [link] , regel 11136 e.v.
23.De dataset van Sky-ID [link] , regel 11390 e.v.
24.De dataset van Sky-ID [link] , regel 25327 e.v.
25.De dataset van Sky-ID [link] , regel 28044 e.v.
26.De dataset van Sky-ID [link] , regel 28155 e.v.
27.De dataset van Sky-ID [link] , regel 32173 e.v.
28.De dataset van Sky-ID [link] , regel 32612 e.v.
29.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 13 oktober 2021, opgenomen op pagina 35 e.v.
30.De dataset van Sky-ID [link] , regel 32712 e.v.
31.De dataset van Sky-ID [link] , regel 32853 e.v.
32.De dataset van Sky-ID [link] , regel 32994 e.v.
33.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 januari 2020, opgenomen op pagina 67 e.v.
34.De dataset van Sky-ID [link] , regel 33018 e.v.
35.De dataset van Sky-ID [link] , regel 33253.
36.De dataset van Sky-ID [link] , regel 33426 e.v.
37.De dataset van Sky-ID [link] , regel 33678 e.v.
38.De dataset van Sky-ID [link] , regel 33788 e.v.
39.De dataset van Sky-ID [link] , regel 34479 e.v.
40.De dataset van Sky-ID [link] , regel 35678.
41.De dataset van Sky-ID [link] , regel 37872 e.v.
42.De dataset van Sky-ID [link] , regel 38315 e.v.
43.Proces-verbaal van doorzoeking d.d. 11 januari 2022, opgenomen op pagina 211 e.v. en Proces-verbaal van doorzoeking d.d. 11 januari 2022, opgenomen op pagina 213 e.v.
44.Proces-verbaal van doorzoeking d.d. 18 januari 2022, opgenomen op pagina 258 e.v
45.Verklaring van verdachte ter terechtzitting van 15 april 2025.
46.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 januari 2022, opgenomen op pagina 476 en 477.
47.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 10 februari 2022, opgenomen op pagina 302 e.v.
48.Verklaring van verdachte ter terechtzitting van 15 april 2025.
49.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 januari 2022, opgenomen op pagina 249 e.v.
50.Zie onder meer Hoge Raad 8 januari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BX4449.
51.Zie ECLI:NLPHR:2025:267.