Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van repliek in conventie, antwoord in reconventie van 9 juli 2024 (met producties);
- de conclusie van dupliek in conventie, repliek in reconventie van 6 augustus 2024 (met een productie);
2.De feiten
‘gift voor jou’, een bijschrijving van € 4.000,- om 04:34:35 onder vermelding van
‘gift mei’, een bijschrijving van € 3.000,- om 04:35:56 onder vermelding van
‘gift 3’,en ten slotte een bijschrijving van € 4.000,- om 06:42:58 zonder enige vermelding.
3.Het geschil
4.De beoordeling
‘gift voor jou’,
‘gift mei’en
‘gift 3’. Dit strookt niet met de stelling van [Gedaagde] dat deze betalingen zijn verricht door [Eiser] vanwege nog openstaande schulden, terwijl zij ook niet heeft betwist dat, zoals [Eiser] heeft gesteld, in een dergelijke situatie ook geen nieuwe afspraken worden ingepland. Verder heeft [Gedaagde] niet uitgelegd en toegelicht waarom [Eiser] , wanneer met haar en [naam] mondeling een tarief van € 3.000,- zou zijn overeengekomen, dan voor een nacht in eerste instantie slechts bedragen van € 400,- en € 800,-/ €850,- heeft overgemaakt en waarom [Eiser] dan, uitgaande van de juistheid van de (onbetwiste) stelling van [Gedaagde] dat hij zijn daglimiet naar € 50.000,- kon verhogen, deze dan naar slechts € 4.000,- zou hebben verhoogd om vervolgens binnen een korte tijdspanne in vijf gedeelten een bedrag van € 16.000,- over te boeken. De stelling van [Gedaagde] dat zij een tarief van € 3.000,- zou hanteren, strookt ook niet met de door [Eiser] in het geding gebrachte tarieven die zijn ontleend aan haar eigen website, terwijl [Gedaagde] ook geen enkele informatie in het geding heeft gebracht waaruit blijkt dat door haar vaker een dergelijk tarief is gehanteerd en (bijvoorbeeld ook wel) door anderen is betaald. Ook haar stelling (verklaring) waarom het geld dat toekwam aan haar en [naam] juist op haar rekening is overgemaakt - dit zou vanwege het zakelijke karakter van de dienstverlening hebben gemoeten - overtuigt niet: [Eiser] heeft gesteld en aangetoond dat andere betalingen ook wel gewoon op privérekeningen - ook die van [naam] - zijn betaald. Van een Btw-afdracht is verder ook al niet gebleken. Ten slotte valt in de door [Eiser] als productie overgelegde Whatsapp-correspondentie met [Gedaagde] en [naam] van 14 juni 2023 te lezen dat [Gedaagde] daarin te kennen geeft dat de betalingen zien op 13 en 14 juni 2023 (
‘vannacht’) en
‘de afgelopen maanden’, en schrijft
‘(…) terwijl jij zelf notabene mij al dat geld hebt overgeboekt/gegeven omdat jij mij wilde helpen”en dat [naam] schrijft
‘Leugenaar!! Wij hadden een afspraak!!. Je hebt zelf aan ons geld gegeven en ik heb daarvoor maanden bij je gebleven voor niks?????”De stelling van [Gedaagde] dat de betaling van - in totaal - € 12.000,- expliciet ziet op twee eerdere duo-sessies met haar en [naam] tegen een tarief van € 3.000,- per persoon (per nacht) verdraagt zich ook hier niet mee, nu [Gedaagde] in haar WhatsApps aangeeft dat de betalingen zien op
‘helpen’en zowel zij als [naam] verwijzen naar een periode van
‘maanden’.
5.De beslissing
beide partijen: