ECLI:NL:RBNNE:2023:3145
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een verzoek om verkeersbesluit tot instellen van een parkeerverbod in de Stroetweg te Emmen
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedaan op 27 juli 2023, wordt het beroep van omwonenden van de Stroetweg in Emmen beoordeeld. De eisers, die allen uit Emmen komen, hebben het college van burgemeester en wethouders verzocht om een verkeersbesluit te nemen voor het instellen van een parkeerverbod in de Stroetweg. Dit verzoek is gedaan naar aanleiding van zorgen over de verkeersveiligheid en de onoverzichtelijke situaties die ontstaan door het parkeren in de berm. Het college heeft het verzoek afgewezen, maar heeft wel een eenrichtingsverkeer ingesteld voor de Stroetweg. De rechtbank oordeelt dat het college ten onrechte een deel van de bezwaarmakers niet-ontvankelijk heeft verklaard, omdat hun belangen zich in voldoende mate onderscheiden van die van andere weggebruikers. Het beroep is in dat opzicht gegrond.
De rechtbank heeft echter ook vastgesteld dat het college in redelijkheid heeft kunnen besluiten om geen parkeerverbod in te stellen. De rechtbank wijst erop dat het college beoordelingsruimte heeft bij het nemen van verkeersbesluiten en dat de belangenafweging die het college heeft gemaakt, kan doorstaan. De rechtbank concludeert dat de overlast van het parkeren in de berm niet voldoende is om een parkeerverbod te rechtvaardigen, vooral omdat het college al maatregelen heeft genomen om de verkeersveiligheid te verbeteren.
Uiteindelijk wordt het bestreden besluit vernietigd voor zover het de niet-ontvankelijkheid van de bezwaren van enkele bezwaarmakers betreft, maar het beroep van de eisers is voor het overige ongegrond. De eisers krijgen het betaalde griffierecht terug, maar er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.