2.3Ingevolge artikel 5:32, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een bestuursorgaan dat bevoegd is een last onder bestuursdwang op te leggen in plaats daarvan aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen.
Ingevolge artikel 1.10, eerste lid, van het Activiteitenbesluit meldt degene die een inrichting opricht, dit tenminste vier weken voor de oprichting aan het bevoegd gezag.
Ingevolge artikel 3 van het Activiteitenbesluit is hoofdstuk 3 van toepassing op degene die:
a. een inrichting type A of een inrichting type B drijft, of
b. een inrichting type C drijft, met uitzondering van de artikelen 3.113 tot en met 3.121.
Ingevolge artikel 3.117, eerste lid, onder b van het Activiteitenbesluit, vindt het oprichten, uitbreiden of wijzigen van een dierenverblijf met dieren zonder geuremissiefactor niet plaats, indien de afstand tussen enig binnen de inrichting gelegen dierenverblijf waar dieren zonder geuremissiefactor worden gehouden en een geurgevoelig object, na de oprichting, uitbreiding of wijziging minder dan 50 meter bedraagt, indien het geurgevoelige object buiten de bebouwde kom is gelegen.
Ingevolge artikel 3.117, tweede lid, van het Activiteitenbesluit, is het eerste lid niet van toepassing als bij de oprichting, uitbreiding of wijziging van een dierenverblijf het aantal dieren per diercategorie zonder geuremissiefactor binnen de inrichting niet toeneemt en de afstand van het dierenverblijf tot een geurgevoelig object niet afneemt, indien die kleiner is dan de afstand, bedoeld in het eerste lid.
Ingevolge artikel 3.119, eerste lid, onder b, van het Activiteitenbesluit, is onverminderd de artikelen 3.115 tot en met 3.117, het oprichten, uitbreiden of wijzigen van een dierenverblijf verboden, indien na de oprichting, uitbreiding of wijziging de afstand van de buitenzijde van een dierenverblijf tot de dichtstbijzijnde buitenzijde van een geurgevoelig object minder dan 25 meter bedraagt, indien het geurgevoelig object buiten de bebouwde kom is gelegen.
Ingevolge artikel 3.119, tweede lid, onder c van het Activiteitenbesluit is het eerste lid niet van toepassing, indien de afstand van de buitenzijde van het dierenverblijf tot de dichtstbijzijnde buitenzijde van een geurgevoelig object niet afneemt, en bij een dierenverblijf als bedoeld in artikel 3.117 het aantal dieren per diercategorie zonder geuremissiefactor niet toeneemt en de afstand tot een geurgevoelig object niet afneemt, indien die kleiner is dan de afstand, genoemd in artikel 3.117, eerste lid.
In artikel 3.119a van het Activiteitenbesluit is het volgende bepaald:
1. Totdat met betrekking tot een inrichting die een activiteit verricht als bedoeld in artikel 3.111 een wijziging waarop de artikelen 3.115 tot en met 3.119 van toepassing zijn, is gemeld, worden binnen de inrichting niet meer landbouwhuisdieren per diercategorie gehouden, is de geurbelasting niet groter en is de afstand tot een geurgevoelig object niet kleiner dan:
a. op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht mochten worden gehouden, mocht worden veroorzaakt onderscheidenlijk mocht bedragen tot het tijdstip waarop dit besluit op de inrichting van toepassing werd, of
b. op grond van de betrokken algemene maatregel van bestuur mochten worden gehouden, mocht worden veroorzaakt onderscheidenlijk mocht bedragen, tot het van toepassing worden van dit besluit op de inrichting en waarvan in geval van oprichting of wijziging van de inrichting een melding als bedoeld in artikel 8.41, eerste lid, van de Wet milieubeheer is gedaan.
2. Het eerste lid is niet van toepassing op de afstand tot een geurgevoelig object indien deze is afgenomen anders dan door wijziging van de inrichting.