ECLI:NL:RBNNE:2018:4064
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte wegens gebrek aan bewijs van verminderd bewustzijn van het slachtoffer tijdens seksuele handelingen
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 12 oktober 2018 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van seksuele handelingen met een slachtoffer die zich in een staat van verminderd bewustzijn zou hebben bevonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 25 augustus 2016 in Groningen samen met anderen seksuele handelingen heeft verricht met het slachtoffer, die onder invloed van alcohol en drugs verkeerde. De officier van justitie vorderde een gevangenisstraf, maar de rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat het slachtoffer in een zodanige staat van verminderd bewustzijn verkeerde dat zij niet in staat was haar wil te bepalen of weerstand te bieden tegen de seksuele handelingen. De rechtbank baseerde haar oordeel op de verklaringen van het slachtoffer, de verdachte en getuigen, alsook op camerabeelden die het gedrag van het slachtoffer documenteerden. De rechtbank concludeerde dat het slachtoffer, hoewel onder invloed, in staat was om haar wil kenbaar te maken en zelfstandig handelingen te verrichten. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van de tenlastegelegde feiten. Daarnaast werd de benadeelde partij, het slachtoffer, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, omdat het feit waaruit de schade zou zijn ontstaan niet bewezen was.