Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 24 juli 2018 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
- persoonsgebonden formatie bestaat naast de organieke formatie;
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 24 juli 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. W.J. Dammingh, en de korpschef van politie, vertegenwoordigd door mr. H. de Wit. Eiseres was geplaatst als functievolger in een nieuwe formatie, maar betwistte de rechtmatigheid van deze plaatsing. De rechtbank oordeelde dat de korpschef de plaatsingsregels correct had toegepast en dat eiseres terecht als functievolger was aangemerkt. De rechtbank benadrukte dat bij reorganisaties het uitgangspunt is dat medewerkers zoveel mogelijk hun eigen werk volgen en dat er geen recht bestaat op plaatsing in een hogere functie. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van de korpschef, die haar had geplaatst in een functie in Amsterdam, terwijl zij had verzocht om herplaatsing in haar team in Groningen. De rechtbank oordeelde dat de korpschef gebruik had gemaakt van de mogelijkheid om een persoonsgebonden formatie toe te voegen aan het team van eiseres, waardoor haar functie wel degelijk terugkeerde in haar team. De rechtbank verwierp het beroep van eiseres op het gelijkheidsbeginsel, omdat zij geen bewijs had geleverd dat andere functievolgers anders waren behandeld. Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond en gaf geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.