2.5In het tussenvonnis heeft de rechtbank voor wat betreft de nummering van de vorderingen de nummering aangehouden zoals vermeld in de akte na pleidooi van de gemeente (zie rechtsoverweging 3.4). Bij akte na tussenvonnis heeft de gemeente haar vorderingen opnieuw gewijzigd. Na eiswijziging, waarbij de rechtbank de hiervoor genoemde nummering zal blijven aanhouden (althans de hoofdnummering in romeinse cijfers), vordert de gemeente dat de rechtbank, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. ten aanzien van de opvaart:
primair:Ludinga Vastgoed zal veroordelen om de opvaart in het zuidelijke plangedeelte alsmede in het aansluitende gedeelte tot aan de (bestemmingsplan)grens van het artikel 11 WRO-uitleggebied en (binnen de bestemmingsplangrenzen van) het te gelegenertijd nog te realiseren uitleggebied, tot
20 meter op de waterlijn te verbreden dan wel aan te leggen, met dien verstande dat de opvaart ter hoogte van de (de rechtbank leest) kavel(s) gesitueerd aan de Kop van de Oostmeep, kruising Schuitenzand voor een gedeelte langszij en voorlangs deze kavel(s) over een totale lengte van circa 120 meter minder breed kan worden uitgevoerd, in dier voege dat Ludinga Vastgoed binnen vier weken na het te dezen te wijzen vonnis een aanvang dient te maken met de werkzaamheden en dat Ludinga Vastgoed die werkzaamheden binnen een termijn van twee maanden dient te hebben afgerond;
subsidiair:Ludinga Vastgoed zal veroordelen om de opvaart in het zuidelijke plangedeelte alsmede in het aansluitende gedeelte tot de (bestemmingsplan)grens van het artikel 11 WRO-uitleggebied en (binnen de bestemmingsplangrenzen van) het te gelegenertijd te realiseren uitleggebied, tot 20 meter op de waterlijn te verbreden dan wel aan te leggen, met dien verstande dat de opvaart ter hoogte van de kavel gesitueerd aan de Kop van de Oostmeep, kruising Schuitenzand voor een gedeelte langszij en voorlangs deze kavel(s) over een totale lengte van circa 120 meter minder breed kan worden uitgevoerd, in dier voege dat Ludinga Vastgoed uiterlijk bij de oplevering van fase 1 van het plangebied Ludinga de werkzaamheden dient te hebben afgerond;
II. ten aanzien van de persleiding:
Ludinga Vastgoed zal veroordelen om mee te werken aan het verlijden van de notariële akte overeenkomstig het concept van de notaris d.d. 25 augustus 2009 (conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, productie 8) en te bepalen dat bij gebreke aan tijdige voldoening aan de te dezen uit te spreken veroordeling binnen twee dagen na betekening van het te dezen te wijzen vonnis, dit vonnis in de plaats zal treden van de medewerking van Ludinga Vastgoed aan vorenbedoelde akte, met dien verstande dat de volgende, in artikel IX van de concept-notariële akte opgenomen, passage kan vervallen:
Partijen komen overeen, dat het recht van de grondeigenaar dan wel diens rechtsopvolger op (toekomst)schade als bedoeld in artikel 1 van de "Bepalingen" en artikel V lid 2 sub c en artikel VI van de "Algemene voorwaarden" voor rekening en risico van verkoper blijft. Verkoper vrijwaart koper voor iedere aanspraak terzake.
III. ten aanzien van verrekening van vorderingen over en weer:
Ludinga Vastgoed zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de gemeente te betalen een bedrag van € 73.792,40 (inclusief omzetbelasting), vermeerderd met primair de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW althans subsidiair de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf 28 juni 2008, althans vanaf de dag van de dagvaarding, althans vanaf een in goede justitie te bepalen datum, telkens tot aan de dag van de algehele voldoening;
IV. ingetrokken;
V. ingetrokken;
VI. ingetrokken;
VII. ingetrokken;
VIII. ten aanzien van het
onderhoudvan het openbaar gebied:
a. voor recht zal verklaren dat Ludinga Vastgoed, voorzover dat (delen van) het openbaar gebied in het woonplan Ludinga betreft dat (nog) niet door haar aan de gemeente in woonrijpe staat is overgedragen, gehouden is dat (deel van het) openbaar gebied te onderhouden, en wel zodanig dat er steeds sprake dient te zijn
van een veilige situatie, zowel voor het verkeer als ook daarbuiten, dit op straffe van een dwangsom voor iedere overtreding van € 5.000,00 met een voorlopig maximum van € 250.000,00. Onder "een overtreding" in vorenbedoelde zin dient te worden verstaan iedere gevaarzettende situatie, zowel op de openbare weg als daarbuiten in het openbaar gebied, waarin sprake is van het door Ludinga Vastgoed - zijnde de private partij die (op grond van de Samenwerkingsovereenkomst d.d.
8 oktober 2004) in opdracht van de gemeente het betreffende onderhoud van de openbare wegen en het openbaar gebied dient te verrichten - niet of onvoldoende in acht nemen van de zorgplicht, die een overheid als wegbeheerder op grond van de Wegenwet heeft dan wel als beheerder van openbaar gebied in acht dient te nemen;
b. Ludinga Vastgoed zal veroordelen aan de gemeente de navolgende bedragen te betalen, terzake welke de gemeente noodzakelijke kosten van onderhoud heeft gemaakt omdat Ludinga Vastgoed met dergelijk onderhoud, na sommatie, in gebreke bleef, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf navermelde data tot en met de dag van de algehele voldoening:
i. € 11.589,95 (inclusief omzetbelasting); ingangsdatum rente 7 oktober 2009 (datum conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie);
ii. € 18.525,88 (inclusief omzetbelasting); ingangsdatum rente 8 januari 2014 (datum conclusie van dupliek in conventie, conclusie van repliek en eiswijziging in reconventie);
ten aanzien van het
woonrijp makenvan het openbaar gebied:
a. Ludinga Vastgoed zal veroordelen aan de gemeente te betalen de kosten terzake het woonrijp maken van de Pollendam, totaal bedragende € 289.839,13, vermeerderd met rente, overeenkomstig de inhoud van artikel 6:119a BW (subsidiair artikel 6:119 BW), waarbij als ingangsdatum voor de verschuldigde rente steeds geldt 31 dagen na datum factuur aannemer;
b. Ludinga Vastgoed zal veroordelen aan de gemeente te betalen de kosten terzake het woonrijp maken van de "Noordelijke stadsuitleg Fase 2", totaal bedragende
€ 584.296,83, vermeerderd met rente, overeenkomstig de inhoud van artikel 6:119a BW (subsidiair artikel 6:119 BW), waarbij als ingangsdatum voor de verschuldigde rente steeds geldt 31 dagen na datum factuur aannemer, een en ander onder de verplichting voor de gemeente de facturen van de aannemer steeds binnen 14 dagen na ontvangst aan Ludinga Vastgoed toe te zenden en bij gebreke daarvan de uit deze veroordeling voortvloeiende verplichting tot betaling van de betreffende - nog niet door Ludinga Vastgoed ontvangen - factuur eerst aanvangt op de vijftiende dag na de dag dat deze factuur door Ludinga Vastgoed van de gemeente is ontvangen;
c. te verklaren voor recht (overeenkomstig artikel 3:302 BW) dat Ludinga Vastgoed met haar hiervoor sub a. en b. vermelde betalingsverplichtingen de door haar gestelde "opschortingsschade" niet mag verrekenen;
d. Ludinga Vastgoed zal veroordelen om het perceel kadastraal bekend gemeente Harlingen, sectie D, nummer 2878, voorzover dat onder de Pollendam is gesitueerd - zonodig rechtstreeks via de aan Ludinga Vastgoed gelieerde vennootschap Grondbank Harlingen B.V. - aan de gemeente in eigendom over te (doen) dragen, binnen 14 dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis, dit op straffe van een dwangsom van € 5.000,00 voor iedere dag dat Ludinga Vastgoed hiermee in gebreke blijft, dit met een voorlopig maximum van € 50.000,00;
X. Ludinga Vastgoed zal veroordelen in de proceskosten.