Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding;
- de mondelinge behandeling en de ten behoeve daarvan op voorhand overgelegde stukken;
- de pleitnota van Heliventure;
- de pleitnota van RAV Fryslân.
2.De feiten
2. Optimale patiëntenzorg tijdens transport (vergelijkbaar met rijdende
3. Optimale logistiek rondom de patiënt (zoals belading, cabine indeling, brancardsysteem)
5. Optimale ergonomische werkomgeving voor medical passengers, medische crew en begeleider.
2. De helikoptervoorziening moet:
6 Inmiddels onderkent RAV Fryslân dat de Voorzieningenrechter (met Heliventure) gelijk heeft: inschrijvingen die niet aan de gestelde eisen en randvoorwaarden voldoen dienen conform paragraaf 6.2 van het Beschrijvend Document als ongeldig terzijde te worden gelegd. (…)
7 In lijn daarmee heeft RAV Fryslân ook moeten constateren dat de inschrijving van Heliventure evenmin aan de gestelde eisen voldoet en daarmee (net als die van ANWB) alsnog als ongeldig terzijde dient te worden gelegd.
9 Blijkens haar productie 15 in vorenbedoeld kort geding stelt Heliventure met de door haar aangeboden helikopter van het type EC135 ruimte beschikbaar voor de cockpit crew, 1 patiënt op een brancard en 2 andere personen. Heliventure stelt daarmee ruimte beschikbaar voor 5 personen terwijl conform paragraaf 2.3 “Opdracht” is vereist dat opdrachtnemer ruimte beschikbaar stelt voor minimaal 6 personen. Daarmee kan Heliventure niet aan paragraaf 2.3 “Opdracht” voldoen. (…)
12 Ten overvloede zij opgemerkt dat ook indien de inschrijving van Heliventure niet als ongeldig zou kwalificeren, RAV Fryslân tot intrekking van de aanbesteding overgaat Alsdan moet RAV Fryslân immers concluderen dat het concurrentieniveau te laag is geweest: van de in totaal 6 inschrijvers resteert uitsluitend Heliventure omdat de andere inschrijvers ongeldig hebben ingeschreven.
13 Het spreekt voor zich dat RAV Fryslân wenst te gunnen op basis van meerdere kwalitatief goede aanbiedingen. Daarvan is helaas geen sprake. Ook in dat verband ligt intrekking van de aanbesteding voor de hand.
3.Het geschil
4.De beoordeling
primair"en "
zowel primair als subsidiair"in het petitum zinledig zijn, nu in het petitum geen subsidiaire vorderingen zijn ingesteld. De voorzieningenrechter gaat er derhalve vanuit dat de vermelding van deze aanduidingen op een vergissing berust.
in de helikopterruimte beschikbaar is voor 1 patiënt op brancard plus minimaal 3 personen kan dit vereiste - in het geval van een type helikopter als de EC135 die bestuurd wordt door één piloot - volgens haar niet anders worden uitgelegd dan dat de helikopter ruimte moet bieden aan (minimaal) 5 personen (de helikopterpiloot + (minimaal) 3 personen + patiënt op brancard). Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft RAV Fryslân in het licht van deze onderbouwde stelling de door haar voorgestane uitleg van het in paragraaf 2.3 van het Beschrijvend Document 2015 geformuleerde vereiste onvoldoende onderbouwd. De voorzieningenrechter gaat er daarom voorshands vanuit dat de door Heliventure aangeboden helikoptervoorziening, ook indien ervan uitgaan wordt dat daarin slechts ruimte beschikbaar wordt gesteld voor 5 personen, voldoet aan voormeld vereiste. Dit rechtvaardigt echter niet de conclusie dat het besluit van RAV Fryslân tot intrekking van de aanbestedingsprocedure geen stand kan houden. Nu de in de brief van 23 juli 2015 vermelde tweede grond voor intrekking, te weten het lage concurrentieniveau, door het Hof van Justitie van de Europese Unie in voormeld arrest expliciet wordt genoemd als gegronde reden voor intrekking van een aanbestedingsprocedure, is de intrekking op die grond geoorloofd. Hierop stuiten de vorderingen 1b, 2a en 2b af.
une offre autre que celle initialement retenue"respectievelijk
"a tender other than the one initially accepted".
nietals ongeldig terzijde dienden te worden gelegd. Deze late onderkenning kan verklaren waarom RAV Fryslân eerst na het vonnis tot de conclusie kwam dat de inschrijving van Heliventure als ongeldig terzijde diende te worden gelegd. Gelet op deze late onderkenning door RAV Fryslân is ook aannemelijk dat de andere grond die RAV Fryslân aan de intrekking van de aanbestedingsprocedure ten grondslag heeft gelegd, het resteren van slechts één geldige inschrijving, pas na het vonnis bij RAV Fryslân is opgekomen. Het feit dat eerst na het vonnis is besloten tot intrekking en heraanbesteding hoeft derhalve niet te duiden op een aversie van RAV Fryslân tegen Heliventure maar kan ook verklaard worden doordat de gronden voor intrekking eerst na het vonnis bij RAV Fryslân zijn opgekomen. Zoals hiervoor is overwogen, vormt het feit dat slechts één geldige inschrijving resteerde een gegronde reden voor intrekking.
816,00