3.1.Na vermindering van eis (ter comparitie heeft de stichting de door haar bij dagvaarding onder 1a, 1b en 3 ingestelde vorderingen ingetrokken) vordert de stichting naar de rechtbank begrijpt, dat de rechtbank, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, [B] voor het geheel der vorderingen, dan wel de VOF en [C] ten aanzien van (thans nog) de vorderingen 5 en 6:
[B] veroordeelt aan de Stichting de schade wegens het laten bouwen van een nieuwe website ten behoeve van de stichting, te weten een bedrag groot € 2.555,01 en een bedrag geschat groot € 1.800,00 vanwege het mislopen van cursisten, te betalen binnen drie werkdagen na de dagtekening van het vonnis en - zo hij die schade niet binnen die termijn voldoen - te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn;
[B] veroordeelt de inhoud van de 'dropbox', zijnde de volledige administratie van de stichting te vernietigen, onder levering van behoorlijk bewijs, te weten een schriftelijke ondertekende verklaring met daarin de toezegging dat de administratie van de stichting vernietigd is, en voor zover er toch nog (een deel van de) administratie bij [B] voorhanden is, de toezegging dat [B] deze niet zal gebruiken, één en ander op straffe van een onmiddellijk aan de stichting te verbeuren opeisbare boete ad € 3.000,00 per overtreding binnen drie werkdagen na de dagtekening van het vonnis, zulks zo mogelijk op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 3.000,00 voor elke dag dat [B] daarmee in gebreke blijft;
[B] verbiedt de door hem aangetroffen (leden)gegevens in de Dropbox voor persoonlijk, dan wel voor zakelijk gebruik, te gebruiken en/of aan derden beschikbaar te stellen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 3.000,00 vanaf de dag dat [B] daarmee in gebreke blijft;
[B] gebiedt de bij hem in bezit zijnde sleutels en kledij van de stichting onbeschadigd aan de stichting te retourneren, binnen drie werkdagen na dagtekening van dit vonnis, en dat bij gebreke daarvan de rechtbank [B] veroordeelt om aan de stichting aan vervangende schadevergoeding bedragen van € 171,15 en € 1.000,00 te betalen binnen drie werkdagen na dagtekening van dit vonnis en - zo [B] die vervangende schadevergoeding niet binnen die termijn voldoet - te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn;
[B], de VOF en [C] veroordeelt in de kosten van deze procedure;
[B], de VOF en [C] veroordeelt in de nakosten van € 131,00 zonder betekening of € 199,00 indien sprake is van betekening, te voldoen binnen tien dagen na betekening van dit vonnis en - zo zij die proceskosten niet binnen die termijn voldoen - te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten gerekend vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn.