Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het verdere verloop van de procedure
2.De feiten
3.De verdere beoordeling
4.De beslissing
[de minderjarige]in een gezinshuis van 21 april 2024 tot 21 januari 2025;
Rechtbank Noord-Holland
Op 28 maart 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [de minderjarige]. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders van [de minderjarige] niet in staat zijn om een veilige opvoedomgeving te bieden, mede door hun verslavingsproblematiek. De minderjarige verblijft sinds 28 oktober 2021 in een gezinshuis en de GI (Jeugd- & Gezinsbeschermers) heeft aangegeven dat het perspectief van [de minderjarige] niet meer bij de ouders ligt. De ouders hebben onvoldoende stappen ondernomen om de situatie te verbeteren, ondanks intensieve hulp. De rechtbank heeft de belangen van [de minderjarige] vooropgesteld en besloten dat de machtiging tot uithuisplaatsing wordt verlengd tot 21 januari 2025. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat het van groot belang is dat [de minderjarige] verder kan opgroeien in het gezinshuis waar zij zich goed heeft gehecht en zich verder kan ontwikkelen. De ouders hebben aangegeven dat zij het belang van [de minderjarige] vooropstellen, ook al doet het hen pijn dat zij niet voor haar kunnen zorgen. De rechtbank heeft de hoop uitgesproken dat er op termijn ruimte zal ontstaan voor contact tussen [de minderjarige] en haar ouders, maar dat de behoefte van [de minderjarige] leidend zal zijn in dit proces.