Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.Feiten
Oké [betrokkene 1] , zodra je terugkomt, als God het wil, vragen wij een uitkering aan bij het UWV. Daarna volgt binnen een week ontslag. Opdat God het zal accepteren, als Hij dat wil.’
{afbeelding 1}
{afbeelding 2}
(…) Hij vertelde mij dat hij op 1 december 2023 naar het werk is gekomen en dat u hem die dag kenbaar heeft gemaakt, dat hij op staande voet is ontslagen en niet meer welkom is. (…) de ontslagmelding op 1 december 2023 niet rechtsgeldig is (…). De heer [verzoeker] is bereid zijn werkzaamheden op eerste oproep weer te hervatten. (…)’
(…) [verzoeker] is op 01-12-2023 naar ons kantoor toegekomen, om hulp te krijgen voor het aanvragen van een WW-uitkering. Wij hebben hem die hulp geboden, de uitkomst van de aanvraag beviel hem niet waarna hij tegen mij zei dat ik het weg moest klikken en uit moest loggen. Dit heb ik ook gedaan, daarna heeft hij ook nog om een kopie van zijn eindafrekening gevraagd, deze heb ik hem gelijk gemaild waar hij bij stond. Vervolgens is hij boos weggegaan en hebben wij hem niet meer gesproken of gezien. (…) [verzoeker] absoluut niet op staande voet ontslagen. Hij heeft zelf ontslag genomen bij ons met als uitdiensttreding datum 31-10-2023, met de reden dat hij naar het buitenland zou vertrekken omdat hij hier in Nederland geen woonvestiging meer had. (…) Om een of andere reden is hij weer teruggekomen naar Nederland, en dat is prima. Maar dat betekent niet dat je automatisch weer bij ons werkzaam bent. Hij heeft ook zijn ontslagbrief getekend. (…)’
3.Het verzoek
4.Het verweer
subsidiairaan dat de arbeidsovereenkomst (conform het in de arbeidsovereenkomst opgenomen tussentijds opzegbeding) per 31 januari 2024 is geëindigd door de mededeling op 1 december 2023.
5.De beoordeling
(…) zodra je terugkomt, als God het wil, vragen wij een uitkering aan bij het UWV. Daarna volgt binnen een week ontslag. Opdat God het zal accepteren, als Hij dat wil.’
‘(…) [verzoeker] heeft zijn ontslag bij [betrokkene 1] ingediend en ik heb dit verder behandeld met hem. Hij wenste geen gebruik te maken van de maand opzegtermijn omdat hij aangaf te willen vertrekken. Hier ben ik mee in zee gegaan, omdat ik zoiets heb van als iemand weg wil dan houdt je dat niet tegen. Dus per 31-10-2023 is hij officieel uit dienst. (…)’ Verder heeft [betrokkene 3] op de zitting verklaard dat [betrokkene 2] de beëindigingsovereenkomst op 27 oktober 2023 heeft opgesteld, waarna [betrokkene 3] erbij werd gehaald om zijn handtekening te zetten. De kantonrechter heeft [betrokkene 3] ter zitting meerdere keren gevraagd of hij heeft gezien dat [verzoeker] de beëindigingsovereenkomst ondertekende. [betrokkene 3] heeft dat uitdrukkelijk bevestigd en desgevraagd herhaaldelijk verklaard dat hij bereid is om deze verklaring ook onder ede af te leggen, waaraan hij desgevraagd eveneens heeft bevestigd dat hij ermee bekend is dat meineed strafbaar is.
Een van de voorwaarden voor een WW-uitkering is dat u in minstens 26 weken loon moet hebben ontvangen. (…) Deze 26 weken moeten liggen in een periode van 36 weken voor 1 november 2023. Dat is de datum waarop u werkloos bent geworden. Wij hebben vastgesteld dat u in deze periode in 24 weken loon heeft ontvangen. (…)’ Ook deze brief impliceert dat de arbeidsovereenkomst per 31 oktober 2023 is geëindigd.
‘(…) Op vrijdag 01-12-2023 tussen 10:00 en 12:00 uur was de heer [verzoeker] bij ons op kantoor (…). (…) [verzoeker] was toen al uitdienst, maar (…) was net terug van zijn ‘weg geweest’. Dit verbaasde ons al omdat de heer [verzoeker] aangaf definitief te zou vertrekken. [betrokkene 1] was er ook bij, hij heeft (…) [verzoeker] in ontvangst genomen en eerst apart genomen en te drinken aangeboden. Daarna kwamen zij samen naar mij toe met de vraag of ik (…) [verzoeker] kan helpen met de UWV aanvraag. (…) [verzoeker] heeft om 10:22 een kopie van zijn eindafrekening ontvangen, deze wou hij hebben voor zijn eigen administratie. Daarna wilde (…) [verzoeker] een WW uitkering aanvragen bij het UWV, omdat hij de Nederlandse taal niet goed machtig is er gevraagd of ik (…) [verzoeker] hier mee kon helpen. (…) Tijdens de aanvraag heeft (…) [verzoeker] een berekening gemaakt op zijn telefoon of hij afgelopen 36 weken minimaal 26 weken gewerkt zou hebben, dit is een gedeeltelijke eis van de UWV. (…) Volgens de berekening van (…) [verzoeker] kwam hij niet aan de 26 weken en (…) [verzoeker] gaf aan dat ik uit moest loggen van zijn digid account dit heb ik gelijk gedaan, zonder de aanvraag te annuleren ik heb de aanvraag als een concept open laten staan. Wij waren al over meer dan helft met het aanvragen van de uitkering. (…) [verzoeker] reageerde best wel gepikeerd richting mij op dat moment omdat hij er van uit ging dat hij de aanvraag 100% goed gekeurd zou worden (…). [betrokkene 3] bedrijfsleider, heeft alles gezien en gehoord want hij kan mijn werkplek zien vanaf zijn werkplek.’
(…) heb ik hele lang tijd niets meer van hem vernomen, totdat ik hem zag aan komen rijden door mijn raam op 01-12-2023. (…) Rond ca. 10:00 uur is hij door [betrokkene 1] naar de administratie begeleidt, doordat mijn kantoor directe toegang tot de administratie heeft en er slechts een raam en deur tussen zit heb ik alles kunnen zien en horen. [verzoeker] had hulp nodig met het aanvragen van een WW-uitkering en de dame van de administratie heeft hem hier mee geholpen dit heeft ca. een half uur a 3 kwartier geduurd. [verzoeker] stond daarna nog al luidruchtig op en pakte zijn jas van de kapstok en stormde naar buiten. Hij reedt toen hard weg. (…) [betrokkene 2] gaf aan dat hij boos was geworden omdat er tijdens het aanvragen van de uitkering naar voren kwam dat [verzoeker] niet genoeg weken had gewerkt. En dat [verzoeker] er eerder geen kennis van had dat er een bepaald aantal weken gewerkt moesten zijn. (…)’
6.De beslissing
vóór of uiterlijk op 1 mei 2024;
uiterlijk op 1 mei 2024het aantal en de personalia van de getuigen worden opgegeven evenals de verhinderdata van
beidepartijen, de gemachtigden en - voor zover mogelijk - van de getuigen. Daarna zal een tijdstip voor het verhoor worden bepaald;
binnen vier wekenna de datum waarop Multiservice IJmond schriftelijke bewijsstukken heeft aangedragen, een schriftelijke reactie op die bewijsstukken te geven;