Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
“voor de levering van diverse materialen voor het werk: [projectnaam]”. Diezelfde dag heeft
Rechtbank Noord-Holland
In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 14 maart 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen BMN Bouwmaterialen B.V. (eiseres) en Styx Group B.V. (gedaagde). BMN heeft Styx Group facturen gestuurd voor geleverde bouwmaterialen, maar Styx Group heeft de betaling betwist. De kern van het geschil draait om de vraag of Styx Group gehouden is de facturen te voldoen, gezien de schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid die door een derde, [betrokkene 3], is gewekt. De kantonrechter oordeelt dat BMN gerechtvaardigd heeft vertrouwd op de schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid, omdat de bestellingen zijn gedaan vanuit een e-mailadres dat aan Styx Group was gekoppeld en er geen protest is gekomen van Styx Group na ontvangst van de facturen. De kantonrechter concludeert dat Styx Group de rechtshandeling heeft bekrachtigd door een betalingsregeling te treffen en dat zij de facturen moet voldoen. Styx Group wordt veroordeeld tot betaling van € 11.817,29, vermeerderd met wettelijke handelsrente en proceskosten.