ECLI:NL:RBNHO:2024:13733
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- C.A.M. van der Heijden
- T. van Muijden
- J.H.A.C. Everaerts
- Rechtspraak.nl
Wraking van de wrakingskamer in een civiele procedure
Op 12 november 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een wrakingszaak met zaaknummer C/15/358520. De zaak betreft een verzoek tot wraking van de wrakingskamer door verzoeker, die eerder een procedure had lopen bij de rechtbank met zaaknummer C/15/356483. Op 24 en 31 oktober 2024 zijn er uitspraken gedaan op het verschoningsverzoek en het eerste wrakingsverzoek van verzoeker. Verzoeker heeft op 2 november 2024 een verzoek ingediend tot wraking van de leden van de wrakingskamer, maar de rechtbank oordeelt dat wraking na een einduitspraak niet mogelijk is. De wrakingskamer heeft al uitspraak gedaan, waardoor de zaak niet meer in behandeling is bij de leden van wrakingskamer I. Het verzoek tot wraking is dan ook kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.
De rechtbank heeft in haar beslissing aangegeven dat de wrakingskamer geen mondelinge behandeling van het verzoek zal houden, gezien de kennelijke niet-ontvankelijkheid van het verzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak. De zaak heeft betrekking op het recht op een eerlijke behandeling in de hoofdzaak, waar verzoeker van mening is dat de eerdere beslissingen een ernstige inbreuk hierop maken. De leden van de wrakingskamer zijn de rechters die de beslissing hebben genomen, en de griffier was aanwezig tijdens de uitspraak.