8.6De opbrengsten van de Maatschap komen volledig en uitsluitend toe aan de maten, niet zijnde de Managing Partner totdat de Maatschap in totaal 217.536 euro heeft ontvangen. De aan de maatschap toekomende opbrengsten boven het bedrag van 217.536 komen voor 50% toe aan de Managing Partner en voor 50% aan de maten, niet zijnde de Managing Partner. Voor het vaststellen van de drempel van 217.536 worden de opbrengsten over verschillende boekjaren bij elkaar opgeteld.”
5. Op 4 april 2017 is een overeenkomst van vennootschap onder firma gesloten tussen [bedrijf 4] B.V. en [bedrijf 1] B.V. daarbij optredend namens de maatschap. Doel van de firma is het voor gezamenlijke rekening en onder gezamenlijke naam uitoefenen van een bedrijf en de film [TITEL] te produceren en exploiteren.
6. Door [bedrijf 4] B.V. is in de vennootschap onder firma (hierna ook: VOF) ingebracht:
a. kapitaal ten bedrage van € 327.661, door haar onder meer gefinancierd uit een lening van het Nederlands Filmfonds;
b. de diensten van haar bestuurders;
c. het verworven recht tot het maken van een film naar de roman [titel] van [naam 5] en het daarop gebaseerde scenario van [naam 6] ;
d. het contract met de Belgische co-producent met een financiering van € 100.000;
e. het onderhanden werk van de film;
f. gebruik van financieringen ten bedrage van € 808.501, waarvan € 590.500 door het Nederlands Fonds voor de Film en € 218.001 door het CoBo Fonds, welke geheel voor rekening en risico blijven van [bedrijf 4] B.V.;
g. de reeds verkochte uitzendrechten, een voorschot op de opbrengsten van [bedrijf 3] B.V. en crowdfunding tezamen een bedrag van € 183.838, deze bedragen worden toegerekend aan de maatschap.
7. Door de maatschap is in de VOF ingebracht:
a. kapitaal ten bedrage van € 280.000;
b. de reeds verkochte uitzendrechten die tevens door [bedrijf 4] B.V. uit voor haar vreemd vermogen worden ingebracht en die worden toegerekend aan de maatschap.
8. Iedere vennoot heeft een kapitaalrekening in de VOF. De kapitaalrekeningen zijn niet rentedragend. Het economisch eigendom van de film komt geheel te liggen bij de maatschap.
9. Ingevolge artikel 8 van de VOF overeenkomst komen de productie- en overige kosten van de film en de afschrijvingen volledig voor rekening en risico van de maatschap. Voor zover de geaccumuleerde kosten en afschrijvingen meer bedragen dan € 671.499, komt het meerdere voor rekening van [bedrijf 4] B.V. De opbrengsten uit de vooraf verkochte rechten worden geheel aan de maatschap toegerekend. Het betreft de distributierechten ten bedrage van € 20.000, de uitzendrechten van AVRO/TROS ten bedrage van € 97.500 en de opbrengsten uit crowdfunding ten bedrage van € 66.338, tezamen € 183.838. De maatschap is gehouden deze bedragen geheel ten behoeve van de financiering van de filmproductie aan te doen wenden, en deze bedragen zullen als bate van de maatschap worden verantwoord.
10. In artikel 8.4 van de VOF overeenkomst is het volgende vermeld:
“De opbrengsten waaronder niet begrepen de opbrengsten als bedoeld in artikel 8.3 hiervoor, uit royalty’s van de film die toekomen aan de VOF (en niet aan de Belgische Coproducent), worden voor zover niet aangewend voor voldoening van kosten, verdeeld over [bedrijf 5] BV en de Maatschap. De Maatschap ontvangt uit de exploitatie opbrengsten eerst 266.000 (ter verduidelijking: de verkoop kosten van 20.000 euro, de p&a van 70.000 euro en 110% first recoupment positie volgens model B van het Nederlands Film Fonds). Daarna komt 100% toe aan [bedrijf 5] B.V (die uit haar aandeel het Nederlands Film Fonds en het CoBo fonds zal terugbetalen). Nadat het Nederlands Film Fonds en het CoBo fonds volledig zijn terugbetaald, ontvangt de Maatschap 9,49% van de exploitatieopbrengsten onder gehoudenheid van [bedrijf 5] BV om alle aanspraken van derden op die opbrengsten uit haar aandeel te voldoen.
De overige netto opbrengsten van de VOF (waaronder opbrengsten uit o,a, investeringen anders dan in de productiekosten van de film) komen volledig toe aan de Maatschap.”
11. De kosten voor de productie van de film [TITEL] zijn begroot op € 1.580.000, welke als volgt gefinancierd zullen worden:
- Kapitaalinbreng [bedrijf 5] BV € 327.661
- Financiering Belgische Co producent € 100.000
- Bijdrage NFF € 590.500
- Bijdrage CoBo fonds € 218.001
- Inbreng 3 maten van stille maatschap € 280.000
- Uitzendrechten/crowd funding etc.
€ 183.838
Totaal inbreng € 1.700.000
Af: kosten p&a, verkoop- en management
€ 120.000
Middelen voor financiering film [TITEL] € 1.580.000
12. In bijlage 3 bij de maatschapsovereenkomst is een overzicht opgenomen van verschillende scenario’s van de bezoekersaantallen, de totale opbrengsten uit diverse overige bronnen en het nettoresultaat voor de maatschap. Volgens dit overzicht zijn de bezoekersaantallen en het nettoresultaat bij verschillende scenario’s als volgt:
Scenario Flop Low Med Med High High Hit
Bezoekers 20.000 40.000 75.000 100.000 140.000 180.000
Nettoresultaat
Maatschap € 2.342 € 38.564 € 110.876 € 168.067 € 176.000 € 176.000
13. [bedrijf 3] B.V. zal de film gaan distribueren. Met deze partij is een distributieovereenkomst gesloten. In een schrijven van 19 april 2017 geeft deze partij aan dat een Med High scenario met 100.000 bezoekers redelijkerwijs haalbaar is, daarbij aangevend dat door de bijdrage van de drie stille maten veel meer kaartverkoop verwacht mag worden dan vooraf ingeschat op basis van een traditionele inbreng, omdat meer doelgroepen actief geactiveerd en gemotiveerd worden om deel te nemen aan de voorpremières op het moment dat de film uitkomt terwijl daarnaast specifieke marketing acties zullen worden opgezet.
14. De film [TITEL] is uitgebracht in oktober 2018. Volgens boxoffice.nl is de film in totaal door 39.896 bezoekers bezocht en bedragen de inkomsten uit kaartverkoop € 313.054.
15. Volgens de jaarstukken van de maatschap zijn de resultaten van de maatschap met de film [TITEL] voor de jaren 2017 tot en met 2020 als volgt (in afgeronde bedragen):
[TITEL] 2017 2018 2019 2020 Totaal
Omzet € 184.000 € 170.000 € 46.000 € 0 € 400.000
Resultaat € 342.000 - € 136.000 - € 43.000 € 3.000 - € 438.000-
Kapitaal € 62.361 - € 198.438 - € 266.678 - € 302.414 -
stille maten
16. In zijn aangifte IB/PVV 2017 heeft eiser 1/3e van het resultaat 2017 van de maatschap volgens de jaarrekening, een bedrag van € 114.120, als verlies uit zijn onderneming aangegeven (voor ondernemersaftrek).
17. Blijkens opgave van de heer [naam 2] in zijn email van 20 september 2021 aan verweerder is kasmatig het verloop van de investering in de maatschap per maat als volgt:
2017: (€ 70.000) storting op de participatie
2018: (€ 23.333) storting op de participatie (bijdrage p&a)
€ 37.000 uitkering [TITEL]
2019:
€ 10.800uitkering [TITEL]
Verlies: € 45.533.