Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 13 februari 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan een betrokkene, die als (snor)fietser de rijbaan gebruikte terwijl er geen verplicht fietspad of fiets/bromfietspad aanwezig was. De betrokkene had tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 13 februari 2023 heeft de vertegenwoordiger van de officier van justitie zijn standpunt gewijzigd en verzocht om het beroep gedeeltelijk gegrond te verklaren.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging van de betrokkene, namelijk het niet gebruiken van de rijbaan als bromfietser bij het ontbreken van een fietspad, niet wordt betwist. De gemachtigde van de betrokkene heeft aangevoerd dat de feitcode die door de verbalisant was gebruikt onjuist was, en dat de feitcode R311, die hoort bij de gedraging van een bromfietser, toegepast moest worden. De kantonrechter heeft de beslissing van de officier van justitie vernietigd en het beroep gedeeltelijk gegrond verklaard. Tevens is de feitcode en omschrijving van de gedraging gewijzigd.
De kantonrechter heeft de officier van justitie veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de betrokkene, die zijn vastgesteld op € 1.284,75. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. M.P. de Valk, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen 6 weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.