ECLI:NL:RBNHO:2023:11592

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
22 november 2023
Publicatiedatum
16 november 2023
Zaaknummer
10661451 AO 23-95
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenbeschikking over de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en de gefixeerde schadevergoeding

In deze tussenbeschikking van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, is er een geschil tussen Expats Amsterdam B.V. en een werknemer, aangeduid als [verweerder]. De werkgever, Expats Amsterdam, heeft de werknemer op staande voet ontslagen en verzoekt de kantonrechter om de werknemer te veroordelen tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding van € 3.958,26 op grond van artikel 7:677 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) en een bedrag van € 2.349,31 wegens onrechtmatig handelen. De werknemer betwist dat de arbeidsovereenkomst is geëindigd door ontslag op staande voet en stelt dat er een vaststellingsovereenkomst is gesloten waarin de beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden is vastgelegd. De kantonrechter heeft op 20 september 2023 een mondelinge behandeling gehouden, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er onvoldoende informatie is om een definitieve beslissing te nemen en heeft partijen bevolen om nadere stukken in het geding te brengen. De kantonrechter heeft de zaak aangehouden en zal na ontvangst van de aanvullende stukken een rolbeslissing nemen over het vervolg van de procedure.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 10661451 AO 23-95
Uitspraakdatum: 22 november 2023
Tussenbeschikking in de zaak van:
Expats Amsterdam B.V.
gevestigd te Haarlem
verzoeker
verder te noemen: Expats Amsterdam
gemachtigde: mr. M. Schildwacht
tegen
[verweerder]
wonende te [plaats 1]
verweerder
verder te noemen: [verweerder]
verschenen in persoon
De zaak in het kort
Werkgever verzoekt de kantonrechter om werknemer te veroordelen tot betaling van de gefixeerde schadevergoeding van artikel 7:677 lid 2 BW en tot betaling van een schadevergoeding op grond van onrechtmatig handelen. Werknemer betwist dat zij gehouden is tot betaling van deze bedragen, omdat de arbeidsovereenkomst niet – zoals werkgever stelt - is geëindigd door ontslag op staande voet, maar met wederzijds goedvinden door een vaststellingsovereenkomst. De (correspondentie omtrent) de vaststellingsovereenkomst ontbreekt echter. Omdat de kantonrechter op grond van het verhandelde ter zitting (nog) geen eindbeslissing kan nemen, beveelt zij partijen op grond van artikel 22 Rv om over en weer nadere op de zaak betrekking hebbende stukken in het geding te brengen.

1.Het procesverloop

1.1.
Expats Amsterdam heeft een verzoek gedaan om [verweerder] te veroordelen tot betaling van de gefixeerde schadevergoeding krachtens artikel 7:677 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) en tot betaling van schadevergoeding op grond van onrechtmatig handelen. [verweerder] heeft in persoon schriftelijk verweer gevoerd.
1.2.
Op 20 september 2023 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Daar is namens Expats Amsterdam verschenen [betrokkene 1], bijgestaan door mr. Schildwacht. [verweerder] heeft de zitting samen met haar zus online bijgewoond via Teams. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de mondelinge behandeling heeft Expats Amsterdam bij brieven van 18 september 2023 en 6 oktober 2023 nog aanvullende producties toegezonden.

2.De feiten

2.1.
Expats Amsterdam is een makelaarskantoor dat zich bezighoudt met de huur, verhuur, koop en verkoop van onroerend goed.
2.2.
[verweerder], geboren op [geboortedatum], is op 1 juli 2017 in dienst getreden bij Expats Amsterdam. De functie die [verweerder] vervulde is die van assistent hypotheekadviseur, met een salaris van € 2.771,14 bruto exclusief 8% vakantietoeslag.
2.3.
Expats Amsterdam heeft [verweerder] op 22 mei 2023 op staande voet ontslagen. Dit ontslag is per brief van eveneens 22 mei 2023 door Expats Amsterdam schriftelijk aan [verweerder] bevestigd. In deze ontslagbrief staat (onder meer):
“(..) Wij hebben vorige week aangegeven dat er een aantal onjuistheden zijn ontdekt in onze administratie, zoals (ver)huur- en (ver)koop diensten waar geen dossiers voor zijn aangemaakt terwijl daar wel advertenties voor zijn geplaatst op bijvoorbeeld Funda en Pararius. Daarnaast hebben wij ontdekt dat hier geen facturen voor zijn gemaakt, maar dat jij voor de diensten één en/of meerdere Tikkies hebt gestuurd naar de klanten. Daarmee heb je dus de klant laten betalen voor onze diensten, maar heb je de verdiensten naar je privé bankrekening laten overmaken. Dat zijn echter gelden/betalingen die aan ons moeten toekomen.
(..)
Ik som gemakshalve de voorlopige uitkomst van het onderzoek puntsgewijs op:
  • Over de verkoop van de woning aan de [adres 1] in [plaats 1] was niets in de dossiers/administratie aangetroffen. Je hebt de klanten in dit kader verteld dat er een afwijkende courtage zou kunnen worden afgesproken. Alles hierover ontbreekt in de dossiers. Door een belletje naar kantoor is dit bij mij terechtgekomen. Ik ben er toen van uit gegaan dat de klant het bij het verkeerde eind had en ik heb toen een courtage afspraak gemaakt, waarna aan ons is betaald. Ik wist toen nog niets over de navolgende zaken.
  • Over de verhuur van de woning aan de [adres 2] in [plaats 2] zijn wij vorige week gebeld door de huurder dat die de huurovereenkomst wil verlengen. De verhuurder (onze klant [betrokkene 2]) was akkoord met de verlening, maar heeft aangegeven dat hij vorig jaar een bedrag van
€ 1.750,00 heeft betaald en dat verlenging kosteloos zou zijn. Ook hiervan is niets te vinden in de dossiers/administratie. De klant heeft inmiddels een bewijs van zij betaling gestuurd, namelijk het betalen van een door jou gestuurd Tikkie van € 1.750,00. Dit is naar je privé bankrekening gegaan.
  • Over de verhuur van de woning aan de [adres 3] in [plaats 2] was ook niets in de dossiers/administratie te vinden. De verhuurder (onze klant [betrokkene 3] en [betrokkene 4]) hebben ook een Tikkie van jou gekregen en wel van € 1.600,00. Ook dit is naar je privé bankrekening gegaan.
  • Over de verhuur van de woning aan de [adres 4] in [plaats 2] was ook niets bekend. Ook deze verhuurder (klant [betrokkene 5]) heeft ook een Tikkie van jou gekregen en wel van € 2.500,00. Ook dit is naar je privé bankrekening gegaan.
(..)
Wij hebben over deze zaak nagedacht en zijn van mening dat van ons, gelet op al het voorgaande, in redelijkheid niet kan worden verwacht dat wij de arbeidsovereenkomst nog langer laten voortduren. In verband daarmee hebben wij besloten om op grond van het bepaalde in artikel 7:677 en 7:678 van het Burgerlijk Wetboek je dienstverband met onmiddellijke ingang op te zetten en je aldus op staande voet te ontslaan. (..)”
2.4.
In een eindafrekening van 22 mei 2023 heeft Expats Amsterdam onder de noemer ‘inhouding schade’ een bedrag van € 6.242,63 ingehouden op het salaris van [verweerder] over de maand mei 2023 en de uitbetaling van het door haar opgebouwde vakantiegeld. Daardoor staat op de eindafrekening een door [verweerder] aan Expats Amsterdam te betalen bedrag van
€ 2.349,31 opgenomen.
2.5.
In zijn e-mail van 2 juni 2023 heeft de gemachtigde van Expats Amsterdam het volgende geschreven aan de voormalig gemachtigde van [verweerder]:
“(..) Bijgaand zend ik u de eindafrekening en de onderbouwing van de verrekening.
Uw cliënte wordt hierbij verzocht om binnen 14 dagen na heden tot betaling over te gaan van € 2.349,31.
(..)
Ik heb voorts geen reactie ontvangen op de voorgestelde VSO.
Ik ga er dus van uit dat uw cliënte dat voorstel niet heeft aanvaard.
Ik verzoek u mij aan te geven wat het vervolg in de zaak zal worden. (..)”

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
Expats Amsterdam verzoekt de kantonrechter om [verweerder] te veroordelen tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding van € 3.958,26 op grond van artikel 7:677 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW) en betaling van een overige schadevergoeding van € 2.349,31, beide te vermeerderen met de wettelijke rente en met veroordeling van [verweerder] in de (na)kosten.
3.2.
Aan dit verzoek legt Expats Amsterdam ten grondslag dat het aan [verweerder] verleende ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven. [verweerder] heeft namelijk de opbrengsten van bepaalde (ver)huur- en (ver)koop diensten in haar eigen zak gestoken. Niet [verweerder] in privé, maar Expats Amsterdam was gerechtigd deze betalingen te ontvangen. [verweerder] is op grond van artikel 7:677 lid 2 BW een gefixeerde schadevergoeding verschuldigd aan Expats Amsterdam. [verweerder] heeft ook onrechtmatig gehandeld ten opzichte van Expats Amsterdam. Zij moet daarom de door Expats Amsterdam geleden schade vergoeden. Deze schade bestaat uit de optelsom van de bedragen die [verweerder] door middel van ‘Tikkies’ bij klanten van Expats Amsterdam in rekening heeft gebracht en de advertentiekosten voor de betreffende panden. Een deel van het totaalbedrag is al ingehouden op de eindafrekening, maar [verweerder] moet nog een restantbedrag van € 2.349,31 aan Expats Amsterdam betalen.
3.3.
[verweerder] voert gemotiveerd verweer. [verweerder] erkent dat zij gedurende haar dienstverband bij Expats Amsterdam drie keer (ver)huur- en (ver)koop diensten in rekening heeft gebracht bij klanten van Expats Amsterdam door aan die klanten een tikkie te sturen vanaf haar privébankrekening. Zij betwist echter dat zij de door Expats Amsterdam verzochte bedragen is verschuldigd, omdat de arbeidsovereenkomst niet is geëindigd door het ontslag op staande voet. [verweerder] stelt dat Expats Amsterdam na het ontslag op staande voet een vaststellingsovereenkomst heeft aangeboden waarin als einddatum 31 augustus 2023 is opgenomen. [verweerder] stelt dat zij deze vaststellingsovereenkomst begin juli 2023 heeft ondertekend en naar [betrokkene 1] heeft gestuurd, waarna [betrokkene 1] tweemaal per WhatsApp aan [verweerder] heeft toegezegd dat hij de vaststellingsovereenkomst ook zal ondertekenen. Met deze vaststellingsovereenkomst heeft het UWV per 31 augustus 2023 een WW-uitkering toegekend aan [verweerder], die inmiddels is omgezet naar een Ziektewetuitkering. [verweerder] stelt voorts dat Expats Amsterdam de gestelde schade al vergoed heeft gekregen, omdat het salaris van [verweerder] over de maand mei 2023 en het vakantiegeld al zijn ingehouden op de eindafrekening en de maand juni 2023, anders dan overeengekomen in de vaststellingsovereenkomst, niet is uitbetaald. Bovendien heeft Expats Amsterdam bij de eindafrekening de door [verweerder] opgebouwde vrije dagen, door [verweerder] geschat op ongeveer vijf weken, ten onrechte niet uitgekeerd, aldus [verweerder].

4.De beoordeling

4.1.
Het gaat in deze zaak om de vraag of [verweerder] moet worden veroordeeld tot betaling aan Expats Amsterdam van 1) de gefixeerde schadevergoeding van € 3.958,26 op grond van artikel 7:677 lid 2 BW en 2) een bedrag van € 2.349,31 op grond van onrechtmatig handelen door [verweerder].
4.2.
Om te bepalen of [verweerder] de gefixeerde schadevergoeding aan Expats Amsterdam is verschuldigd, moet eerst de vraag beantwoord worden of de arbeidsovereenkomst is geëindigd door het ontslag op staande voet zoals Expats Amsterdam heeft gesteld of door een beëindiging met wederzijds goedvinden, zoals [verweerder] heeft aangevoerd.
4.3.
Expats Amsterdam betwist dat sprake is van een beëindiging met wederzijds goedvinden. Zij stelt dat partijen wel hebben onderhandeld over de door Expats Amsterdam aangeboden vaststellingsovereenkomst, maar daarover geen akkoord hebben bereikt. Daar komt volgens Expats Amsterdam bij dat het door Expats Amsterdam gedane voorstel, ook na de ondertekening door [verweerder], nog door haar kon worden ingetrokken. Het ontslag stond op het moment dat [verweerder] tot ondertekening van de vaststellingsovereenkomst overging namelijk al in rechte vast omdat de vervaltermijn was verstreken, aldus Expats Amsterdam.
(algemeen kader) totstandkoming (vaststellings-)overeenkomst
4.4.
De kantonrechter stelt voorop dat een overeenkomst op grond van artikel 6:217 lid 1 BW tot stand komt door een aanbod en de aanvaarding daarvan. Zowel een aanbod als een aanvaarding kan in iedere vorm geschieden. Of een wilsverklaring of een feitelijk handelen als een aanbod respectievelijk aanvaarding daarvan heeft te gelden, is een kwestie van uitleg. Het komt daarbij aan op wat partijen hebben verklaard en wat zij uit elkaars verklaringen en gedragingen, overeenkomstig de zin die zij daaraan in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs mochten toekennen, hebben afgeleid en mochten afleiden.
4.5.
Artikel 7:670b BW schrijft voor dat een overeenkomst waarmee een arbeidsovereenkomst wordt beëindigd schriftelijk moet zijn aangegaan. Aan dit schriftelijkheidsvereiste kan ook zijn voldaan als de op schrift gestelde overeenkomst nog niet door (een van beide) partijen is ondertekend (vgl. ECLI:NL:RBAMS:2017:3432). Anders dan Expats Amsterdam (kennelijk) meent kan een overeenkomst dus ook tot stand zijn gekomen als [verweerder] de door Expats Amsterdam aangeboden vaststellingsovereenkomst heeft ondertekend, ondanks dat Expats Amsterdam de overeenkomst zelf niet heeft ondertekend. Of een overeenkomst al dan niet tot stand is gekomen, zal beoordeeld moeten worden aan de hand van de omstandigheden van het geval. Daarbij is onder meer van belang of er, zoals Expats Amsterdam stelt en [verweerder] gemotiveerd betwist, sprake is van een (verval)termijn voor ondertekening.
bevel in het geding brengen van stukken
4.6.
Omdat de kantonrechter niet beschikt over zowel de vaststellingsovereenkomst als alle e-mail- en WhatsApp-correspondentie over de vaststellingsovereenkomst, kan zij niet vaststellen of er inderdaad door aanbod en aanvaarding een vaststellingsovereenkomst tussen partijen tot stand is gekomen. De kantonrechter zal [verweerder] daarom op grond van artikel 22 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bevelen om op uiterlijk de onder 5.3 genoemde datum van
20 december 2023alsnog naar de rechtbank toe te sturen:
1. de vaststellingsovereenkomst,
2. alle e-mails tussen (de (voormalig) gemachtigden van) partijen waarin de vaststellingsovereenkomst wordt besproken, inclusief de e-mail waarmee Expats Amsterdam de vaststellingsovereenkomst naar [verweerder] heeft toegestuurd, en
3. screenshots van de WhatsApp-correspondentie tussen [verweerder] en [betrokkene 1] die gaan over de vaststellingsovereenkomst.
4.7.
Voor de beantwoording van de vraag of [verweerder] (nog) een bedrag van € 2.349,31 aan schadevergoeding aan Expats Amsterdam is verschuldigd uit hoofde van onrechtmatig handelen, is verder van belang dat Expats Amsterdam erkent dat in de vaststellingsovereenkomst staat opgenomen dat [verweerder] haar salaris over de maanden mei en juni 2023 nog betaald zou krijgen en zij over de maanden juli en augustus 2023 onbetaald verlof zou opnemen. Het verzochte bedrag zou, indien zou blijken dat inderdaad sprake is van een beëindiging met wederzijds goedvinden, daarmee grotendeels wegvallen tegen het loon dat Expats Amsterdam kennelijk nog aan Expats Amsterdam verschuldigd zou zijn over de maand juni 2023. Daar komt bij dat [verweerder] stelt dat Expats Amsterdam bij de ‘eindafrekening’ niet is overgegaan tot betaling van de openstaande verlofdagen, door [verweerder] geschat op ongeveer vijf weken. Expats Amsterdam betwist dit weliswaar, maar op haar rust als werkgever de verplichting om een deugdelijke verlofadministratie bij te houden. Op grond van artikel 7:641 lid 2 BW is Expats Amsterdam verplicht aan de werknemer een verklaring uit te reiken waaruit blijkt over welk tijdvak [verweerder] bij het einde van de arbeidsovereenkomst nog aanspraak op vakantie heeft. De kantonrechter zal Expats Amsterdam daarom op grond van artikel 22 Rv bevelen om op uiterlijk de onder 5.3 genoemde datum van
20 december 2023alsnog naar de rechtbank toe te sturen de verlofadministratie waaruit het openstaande verlofsaldo van [verweerder] blijkt.
4.8.
Na ontvangst van de door Expats Amsterdam en [verweerder] over te leggen stukken zal de kantonrechter een rolbeslissing nemen over het vervolg in deze zaak.
4.9.
De kantonrechter houdt iedere verdere beslissing aan.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
beveelt [verweerder] om de onder 4.6 genoemde stukken in het geding te brengen,
5.2.
beveelt Expats Amsterdam om de onder 4.7 genoemde stukken in het geding te brengen,
5.3.
verwijst deze zaak naar de rol van
20 december 2023voor het inbrengen van de onder 5.1 en 5.2 genoemde stukken door [verweerder] en Expats Amsterdam,
5.4.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. W. Aardenburg, kantonrechter en op 22 november 2023 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter