Uitspraak
[naam 1] van Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (SAOZ).
Bovendien blijkt uit het nadere advies van SAOZ van 11 februari 2020 dat een vergelijking is gemaakt met het referentieobject De [woning] .
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 21 januari 2022 uitspraak gedaan in een geschil over planschadevergoeding. Eiser, eigenaar van een woonhuisperceel, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Uitgeest, dat hem een tegemoetkoming in planschade had toegekend van € 8.500,-. Eiser betwistte de hoogte van de waardevermindering van zijn woning als gevolg van een nieuw bestemmingsplan, dat planologisch nadeel met zich meebracht. De rechtbank oordeelde dat het verschil tussen de taxatie door de planschadeadviseur en het tegenadvies van eiser klein was en binnen aanvaardbare marges viel. De rechtbank concludeerde dat de taxatie door de onafhankelijke deskundige niet onbegrijpelijk was en dat er geen concrete aanknopingspunten waren om aan de juistheid ervan te twijfelen. Eiser voerde aan dat het normaal maatschappelijk risico ten onrechte op 3% was vastgesteld, maar de rechtbank volgde het standpunt van verweerder dat deze percentage redelijk was gezien de omstandigheden van de zaak. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en legde geen proceskostenveroordeling op.