Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 14 april 2022 in de zaak tussen
Polder Hofje Vastgoed B.V., uit Breezand, eiseres
Als derde-partij neemt aan het geding deel: [derde partij] , te [woonplaats] .
Procesverloop
Overwegingen
€ 420.000,00. De waardedaling als gevolg van het nieuwe bestemmingsplan betreft
€ 45.000,00. De taxatie is mede gebaseerd op verkoopcijfers van referentieobjecten. Omdat de op zich in beginsel als normaal maatschappelijke ontwikkeling te kwalificeren transformatie van de onderhavige locatie van bedrijventerrein naar woongebied slechts ten dele in de lijn der verwachtingen lag omdat de toevoeging van kwetsbare objecten op zeer korte afstand van bestaande bedrijfsbebouwing voor directe beperkingen zorgt, heeft [bedrijf 1] , onder verwijzing naar de uitspraak van de Afdeling van 12 juni 2019 [1] een percentage van 3% als normaal maatschappelijk risico redelijk en gerechtvaardigd geacht. De ontstane schade zou mogelijke (deels) kunnen worden gecompenseerd in natura, middels een nieuw te nemen planologisch besluit, waarbij het plangebied als gemengd gebied wordt aangewezen en richtafstanden tot gevoelige objecten worden gehalveerd en/of een wijzigingsbevoegdheid tot wonen wordt opgenomen, waarbij medewerking wordt verleend aan een te voren afgestemd plan. Bij het primaire besluit heeft verweerder op basis van het advies van [bedrijf 1] aan derde-partij een tegemoetkoming in planschade van € 31.050,- toegekend.
€ 420.000,00.