Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Kamer van Koophandel
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, op 2 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen de Kamer van Koophandel en een werknemer over de berekening van de transitievergoeding. De werknemer, die in dienst was bij de Kamer van Koophandel Amsterdam, had eerder gewerkt bij de Kamer van Koophandel Noordwest-Holland. De centrale vraag was welke dienstjaren meetellen voor de transitievergoeding en of harmonisatietoelagen hierin meegenomen moeten worden. De kantonrechter oordeelde dat alleen de dienstjaren bij de Kamer van Koophandel Amsterdam meetellen, omdat de Kamer van Koophandel Noordwest-Holland en de Kamer van Koophandel Amsterdam niet als opvolgend werkgevers kunnen worden aangemerkt. Dit betekent dat de dienstjaren bij de Noordwest-Holland niet meetellen voor de transitievergoeding. Daarnaast oordeelde de kantonrechter dat de harmonisatietoelagen, die de werknemer ontving ter compensatie van het wegvallen van bepaalde arbeidsvoorwaarden, niet meetellen bij de berekening van de transitievergoeding. De kantonrechter concludeerde dat de aanvangsdatum voor de transitievergoeding de datum van indiensttreding bij de Kamer van Koophandel Amsterdam is, en dat de harmonisatietoelagen niet meegenomen dienen te worden in de berekening van de transitievergoeding. De proceskosten werden door beide partijen gedragen, zoals afgesproken.