Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.Feiten
Not open to receive feedback, no timely escalation to Team Lead, not following procedure’.
‘(…). [werknemer] mailde mij op 3 maart dat ik betrokken zou zijn bij een procesdeviatie. Ik ben meteen die dag bij hem binnen gelopen om dat te bespreken. Toen zei hij mij dat hij het deviatierapport zo zou opstellen dat ik erbuiten zou blijven (geen fout gemaakt zou hebben). Maar dan zou ik hem moeten helpen met zijn her-kwalificatie voor de verifier rol. Hij zei mij dat [voornaam 1] en [voornaam 2] hem namelijk nooit zouden laten slagen. Ik zou het script voor de verifier simulatie kwalificatie uit kunnen printen en onder de tafel aan hem kunnen geven of ik zou kunnen zorgen dat ik als support ingedeeld zou staan, zodat ik hem kon inseinen als hij iets zou missen in zijn kwalificatietest. Ik vond het heel naar en voelde me door [werknemer] onder druk gezet, terwijl ik zeker wist dat ik in dat proces geen fouten had gemaakt (en zelfs als dat zo was, sloeg het ook nergens op, dan hadden we die fout gewoon moeten melden in het rapport en opvolgen. (…)’.
3.Het verzoek
Subsidiair wordt ontbinding verzocht vanwege een verstoorde arbeidsverhouding (g-grond), die is ontstaan door het gedrag en de houding van [werknemer] richting zijn collega’s en leidinggevenden, door de integriteit en professionaliteit van collega’s steeds in twijfel te trekken, door onnodig op zoek te gaan naar escalaties en niet in te zien wat hij zelf fout doet maar enkel ernstige verwijten aan het adres van zijn collega’s te maken .
Meer subsidiair wordt verzocht om ontbinding vanwege andere omstandigheden (h-grond), bestaande uit het structureel weigeren van het doen van de verplichte herkwalificatie voor het Certificaat, zonder valide gronden.
Uiterst subsidiair wordt ontbinding verzocht op de combinatie-grond (i-grond), omdat de combinatie van voornoemde ontbindingsgronden zodanig is dat van Kite in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren.
Voor het geval geen ernstige verwijtbaarheid wordt aangenomen, is de transitievergoeding volgens Kite € 4.799,96 bruto bij een einddatum op 1 augustus 2021.
Voor het geval de arbeidsovereenkomst op de i-grond wordt ontbonden, verzoekt Kite om de transitievergoeding niet, althans met maximaal 10%, te verhogen, aangezien geen sprake is van enig tekortschieten door Kite.
4.Het verweer
Er is ook geen sprake van een duurzaam en ernstig verstoorde arbeidsrelatie (g-grond). [werknemer] wordt door veel collega’s gewaardeerd en kan goed met hen samenwerken. [werknemer] wordt een gebrek aan zelfreflectie verweten, maar hij kan niet reflecteren op gedragingen die hij niet heeft gedaan. Hij heeft bovendien het recht zich te verweren tegen onterechte aantijgingen en dat heeft hij op een constructieve, respectvolle wijze gedaan. Kite daarentegen heeft de verhoudingen onnodig op scherp gezet en heeft geen reële pogingen gedaan om de verstoring in de relatie te herstellen.
Ontbinding op de h-grond is ook niet aan de orde. Deze grond is niet bedoeld voor het repareren van een onvoldragen ontslaggrond en bovendien is niet juist dat [werknemer] hertraining heeft geweigerd en dat hij door de ingetrokken Certificaat niet volledig inzetbaar is in zijn functie. Ook ontbinding op de i-grond is om voornoemde redenen niet aan de orde.
[werknemer] erkent dat het opzegverbod tijdens ziekte niet van toepassing is.
5.De beoordeling
De aard van deze procedure verzet zich niet tegen toepasselijkheid van het bewijsrecht als geregeld in de artikel 149 tot en met 207 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en het bewijsrecht uit de dagvaardingsprocedure is op grond van artikel 284 Rv ook van toepassing op de verzoekschriftprocedure. Daarom zal Kite, ten behoeve van de waarheidsvinding, in lijn met haar bewijsaanbod in de gelegenheid worden gesteld de door haar gestelde verwijtbare gedragingen van [werknemer] in het kader van het Derde incident (3 maart 2021) aannemelijk te maken door alle middelen rechtens, maar in ieder geval door het horen van [collega] als getuige.
6.De beslissing
19 oktober 2021;
19 oktober 2021het aantal en de personalia van de getuigen worden opgegeven evenals de verhinderdata van beide partijen, de gemachtigden en - voor zover mogelijk - van de getuigen. Daarna zal een tijdstip voor het verhoor worden bepaald;
binnen vier wekenna de roldatum waarop Kite schriftelijke bewijsstukken heeft aangedragen, een schriftelijke reactie op die bewijsstukken te geven;