Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Stichting ViVa! Zorggroep,
1.Het procesverloop
2.Feiten
Drie collega’s van jou hebben – onafhankelijk van elkaar – verklaard dat zij jou en [collega] op 31 december 2020 in de middag hard hoorden lachen. Toen werd gevraagd wat er te lachen viel, werd hen – in het bijzijn van de bewoonster – door jou een filmpje getoond. Op dat filmpje was een wit lijntje te zien, lijkend op een lijntje cocaïne. De bewoonster was ook op het filmpje te zien. Zij had een rietje in haar hand en hield dat in de buurt van haar gezicht. Zij werd door [collega] aangemoedigd het lijntje te snuiven (met aanmoedigende woorden als ‘ja doe maar, doe maar’ en/of ‘je moet hem in je neus’ of woorden van gelijke strekking). Jij was degene die het filmpje had gemaakt. Er werd erg lacherig over het filmpje gedaan door jou en [collega]. Na het tonen van het filmpje is de bewoonster meegenomen door collega’s. Zij was ontdaan en voelde zich voor schut gezet.’