ECLI:NL:RBNHO:2019:3174
Rechtbank Noord-Holland
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de afwijzing van een aanvraag voor een maatwerkvoorziening voor opleidingskosten van een assistentiehond op basis van de Wmo 2015
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, gedateerd 18 april 2019, wordt de afwijzing van een aanvraag door eiseres voor een maatwerkvoorziening op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) besproken. Eiseres, die beperkingen ondervindt door een stoornis in het autistisch spectrum, had verzocht om financiële ondersteuning voor de opleiding van haar hond tot assistentiehond. De gemeente Velsen, als verweerder, had dit verzoek afgewezen, met de argumentatie dat de assistentiehond niet noodzakelijk was voor de zelfredzaamheid en participatie van eiseres, en dat zij al voldoende ondersteuning kreeg via individuele begeleiding.
De rechtbank oordeelt dat het onderzoek dat door de gemeente is verricht niet voldoet aan de eisen die de Wmo 2015 stelt. De rechtbank stelt vast dat de gemeente onvoldoende inzicht heeft gegeven in de totale ondersteuningsbehoefte van eiseres en dat de argumenten voor de afwijzing van het verzoek niet voldoende zijn onderbouwd. De rechtbank wijst erop dat de gemeente een gedegen onderzoek moet uitvoeren naar de specifieke behoeften van eiseres en dat het mogelijk is dat de opleiding van de assistentiehond wel degelijk een bijdrage kan leveren aan haar zelfredzaamheid en participatie.
De rechtbank geeft de gemeente de gelegenheid om het gebrek in het besluit te herstellen binnen een termijn van zes weken. Tevens wordt de gemeente opgedragen om binnen twee weken te melden of zij gebruik maakt van deze gelegenheid. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak op het beroep.