Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, op 4 oktober 2018 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een boete ontvangen voor het rijden over de busbrug de Binding op 28 december 2016, terwijl dit niet was toegestaan. De betrokkene stelde dat de foto van de overtreding onduidelijk was en dat niet voldaan was aan de voorwaarden van Bijlage L van de Beleidsregels Buitengewoon Opsporingsambtenaar. De kantonrechter oordeelde echter dat, hoewel de foto niet voldeed aan de eisen, de boete toch geldig was opgelegd. Dit was mogelijk omdat uit aanvullend bewijs bleek dat de C-borden aanwezig waren en dat de betrokkene het bord had gepasseerd. De kantonrechter verwees naar eerdere uitspraken van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin werd vastgesteld dat de aanwezigheid van de borden op andere wijze kon worden aangetoond. De kantonrechter concludeerde dat de buitengewoon opsporingsambtenaar bevoegd was om de boete op te leggen, aangezien de handhaving gericht was op het verbeteren van de leefbaarheid in de wijk. De betrokkene had verder aangevoerd dat mistige omstandigheden hem belemmerden om de bebording tijdig te zien, maar de kantonrechter oordeelde dat dit voor zijn rekening kwam. Uiteindelijk werd het beroep ongegrond verklaard en bleef de boete in stand.