ECLI:NL:RBNHO:2017:2928
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen en bijdrage Zorgverzekeringswet
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 4 mei 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, [X], en de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Hoofddorp, over navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (ib/pvv) en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) voor de jaren 2007, 2008 en 2009. Eiser heeft in zijn aangiften over deze jaren geen inkomsten uit verhuur van onroerend goed en uit de verkoop van tweedehands auto’s vermeld. De inspecteur heeft navorderingsaanslagen opgelegd, waarbij hij de inkomsten heeft geschat op basis van een boekenonderzoek en eigen aantekeningen van eiser. Eiser heeft de hoogte van de schattingen betwist en gesteld dat de werkelijke inkomsten lager waren, maar heeft geen bewijs geleverd voor zijn stellingen.
De rechtbank oordeelt dat de inspecteur de navorderingsaanslagen terecht heeft opgelegd, omdat eiser in zijn aangiften geen juiste en volledige informatie heeft verstrekt. De rechtbank stelt vast dat eiser opzettelijk onjuiste aangiften heeft gedaan, wat leidt tot omkering en verzwaring van de bewijslast. De rechtbank volgt de inspecteur in zijn schatting van de inkomsten uit verhuur en autohandel en acht deze niet onredelijk. De opgelegde vergrijpboetes zijn echter gematigd tot nihil, gezien de financiële situatie van eiser. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt de uitspraken op bezwaar voor zover deze betrekking hebben op de boetes, en draagt de inspecteur op het betaalde griffierecht aan eiser te vergoeden.