Uitspraak
Rechtbank noord-holland
uitspraak van de meervoudige kamer van 8 december 2017 in de zaken tussen
[X] B.V., gevestigd te [Z] , eiseres
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Zaandam, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
- of de crisisheffing in strijd is met de wettelijke bepalingen van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB);
- of de crisisheffing in strijd is met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EP EVRM);
- of de crisisheffing in strijd is met het verdragsrechtelijke gelijkheidsbeginsel van artikel 26 van het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (hierna: IVBPR) en artikel 14 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM).
De crisisheffing kan, volgens eiseres, ook niet worden geheven over het loon van een aanmerkelijk belanghouder van een inhoudingsplichtige die op basis van artikel 12a van de Wet LB een loon geniet dat hoger is dan € 150.000.
crisisheffing is niet van toepassing op loon uit vroegere dienstbetrekking. De crisisheffing is niet van toepassing bij werknemers die bij meer inhoudingsplichtigen binnen hetzelfde kalenderjaar een loon genieten en op deze wijze onder de € 150.000-grens per inhoudingsplichtige blijven.
In hetgeen eiseres naar voren heeft gebracht, ziet de rechtbank geen aanleiding voor een ander oordeel.