Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties;
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak gaat het om een schadestaatprocedure die voortvloeit uit een eerder arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin de werkgever is veroordeeld tot schadevergoeding aan de werknemer. De werknemer vordert een schadevergoeding van € 207.427,-- en vergoeding van expertisekosten, omdat hij schade heeft geleden door het vervallen van de mogelijkheid om pensioen in te kopen binnen een gesepareerd beleggingsdepot. Dit heeft geleid tot het niet nakomen van de voorwaardelijke toeslagregeling van het pensioenreglement. De kantonrechter heeft de incidentele vordering van de werknemer afgewezen en de vordering tot schadevergoeding voor een beperkt bedrag toegewezen. De achtergrond van de zaak betreft de pensioenregeling die de werknemer had bij de werkgever, waarbij de werkgever in 2016 een bedrag van € 3,2 miljoen uit de egalisatiereserve heeft overgeheveld naar een kostendepot. De werknemer stelt dat deze actie heeft geleid tot het missen van een toeslag over zijn opgebouwde kapitaal. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de werkgever aansprakelijk is voor de schade die de werknemer lijdt door het vervallen van de mogelijkheid om pensioen in te kopen en heeft de schade vastgesteld op € 2.870,63, te vermeerderen met wettelijke rente. Daarnaast zijn de expertisekosten deels toegewezen.