In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 22 augustus 2025, wordt de beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) beoordeeld, waarbij aan eiseres vanaf 24 oktober 2023 geen Ziektewet (ZW) uitkering is toegekend. De ex-werkgever van eiseres, die eigenrisicodrager is voor de Ziektewet, heeft op 29 mei 2024 het Uwv verzocht om te beslissen dat eiseres geen recht heeft op een ZW-uitkering, onderbouwd met een verklaring van de bedrijfsarts. Deze verklaring stelt dat eiseres op de beoordelingsdatum arbeidsgeschikt is voor haar eigen werk. Het Uwv heeft dit verzoek gehonoreerd, wat eiseres betwistte door middel van een beroepsprocedure.
De rechtbank heeft de zaak op 28 juli 2025 behandeld en vastgesteld dat eiseres ontvankelijk is in haar beroep, ondanks de argumenten van de ex-werkgever over niet-ontvankelijkheid. De rechtbank heeft de beroepsgronden van eiseres beoordeeld, waaronder de zorgvuldigheid van het medisch onderzoek en de inhoudelijke beoordeling van haar medische klachten. De rechtbank concludeert dat het Uwv terecht heeft geoordeeld dat eiseres geen recht heeft op een ZW-uitkering, omdat de medische rapporten aan de vereisten voldoen en de klachten van eiseres niet leiden tot arbeidsongeschiktheid. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen recht heeft op terugbetaling van griffierecht of vergoeding van proceskosten.