ECLI:NL:RBMNE:2024:7315
Rechtbank Midden-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet en rechtsgeldigheid van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 18 november 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoekster] en [verweerster] B.V. over de rechtsgeldigheid van een ontslag op staande voet. [Verzoekster], die sinds 11 januari 2024 in dienst was bij [verweerster], werd op 14 augustus 2024 ontslagen wegens agressief gedrag op de werkvloer. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig was, omdat [verzoekster] zich onacceptabel heeft gedragen door haar leidinggevende te bedreigen en niet te voldoen aan een verzoek om haar telefoon weg te leggen tijdens werktijd. De kantonrechter oordeelde dat de dringende reden voor het ontslag voldoende was onderbouwd door getuigenverklaringen en WhatsApp-berichten. Het verzoek van [verzoekster] om het ontslag te vernietigen werd afgewezen, en zij werd veroordeeld tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding van € 3.664,44 aan [verweerster]. Daarnaast moest [verzoekster] de proceskosten van [verweerster] betalen, die op € 949,00 werden begroot. De kantonrechter benadrukte dat de persoonlijke omstandigheden van [verzoekster] niet in de weg stonden aan de rechtsgeldigheid van het ontslag, en dat de werkgever het recht had om andere werknemers te beschermen tegen agressief gedrag.