Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
2.Waar gaat de zaak over?
3.De beoordeling
135,00
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak, die voor de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, vordert de eiser, [eiser], betaling van achterstallig loon van zijn werkgever, [gedaagde] B.V. De eiser is sinds 1 maart 2024 in dienst bij [gedaagde] als Teamlead Production. Op 25 juni 2024 heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen de eiser, zijn leidinggevende en een HR-medewerker, waarbij de eiser uit zijn functie is ontheven. De werkgever heeft vervolgens een vaststellingsovereenkomst aangeboden, welke de eiser heeft geweigerd te ondertekenen. De werkgever heeft daarop de loonbetaling per 10 juli 2024 stopgezet, wat de eiser als onterecht beschouwt.
De mondelinge behandeling vond plaats op 23 augustus 2024, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werkgever ten onrechte de loonbetaling heeft stopgezet, aangezien er geen geldige reden was voor de loonstop. De kantonrechter oordeelt dat de werkgever verplicht is het loon te betalen, ook als de werknemer niet kan werken door een schorsing of andere maatregelen van de werkgever. De eiser heeft recht op loon over de periode van 10 juli 2024 tot 15 juli 2024, en de kantonrechter heeft de wettelijke verhoging en rente toegewezen. De proceskosten zijn voor rekening van de werkgever, die in het ongelijk is gesteld.
Het vonnis is uitgesproken op 6 september 2024 door mr. C.J.M. Hendriks, kantonrechter, en de werkgever is veroordeeld tot betaling van het achterstallige loon, inclusief wettelijke verhoging en rente, en de proceskosten.