Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
2.Kern van de beslissing
3.De feiten
maximaaltwee jaar bedraagt, waaruit moet worden afgeleid dat de rechtbank van oordeel was dat de wsnp eerder kan worden beëindigd als duidelijkheid zou zijn verkregen over de nalatenschap.
- i) tijdens de verlenging voldoende informatie heeft verschaft over de opengevallen nalatenschap,
- ii) de schone lei kan worden verleend mits zij tot het einde van de wsnp aan haar verplichtingen voldoet, en
- iii) zich heeft aangemeld als gedupeerde in de toeslagenaffaire, zodat de financiële afwikkeling van de wsnp nog enige tijd kan duren.
4.De beoordeling
tijdensde toepassing van de wsnp gelden. Dit geldt ook in de periode tot het moment waarop de slotuitdelingslijst als bedoeld in art. 356 Fw (het ‘formele’ einde) verbindend is geworden. [2] Dit betekent dat op de (voormalig) schuldenaar niet een informatieverplichting rust die voortvloeit uit de tweede afdeling van titel III van de Faillissementswet. De termijn van art. 349a Fw is immers verstreken en de wetgever heeft het maatschappelijk niet aanvaardbaar geacht om de schuldenaar nog langer te onderwerpen aan het regime van de wsnp.