Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 juni 2024 in de zaak tussen
[eiser] en [eiseres], uit [woonplaats], eisers
[vergunninghouder 1]uit [woonplaats], vergunninghouder
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 28 juni 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over de omgevingsvergunning voor de aanleg van een padelbaan. De vergunninghouder had een omgevingsvergunning aangevraagd voor het verdiept aanleggen van een al vergunde padelbaan. De rechtbank oordeelt dat de nieuwe aanvraag niet slechts betrekking heeft op het verdiept aanleggen, maar op het geheel van de aanleg van de padelbaan. Dit betekent dat eisers, die bezwaar hebben gemaakt tegen de tweede omgevingsvergunning, wel degelijk procesbelang hebben. De rechtbank vernietigt het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Blaricum, dat het bezwaar van eisers niet-ontvankelijk had verklaard, en draagt het college op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eisers. Tevens wordt het college veroordeeld tot betaling van proceskosten aan eisers.