4.19.De rechtbank zal geen ambtshalve beslissing nemen over het ouderlijk gezag. De rechtbank vindt het niet in het belang van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] dat het gezag van de vader wordt beëindigd en de moeder alleen het ouderlijk gezag wordt belast. De vader is een betrokken vader die graag een (grotere) rol in het leven van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] wil spelen. Voor een goede uitoefening van de zorgregeling is het van belang dat de vader betrokken blijft bij de belangrijke gebeurtenissen in het leven van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] en zelfstandig informatie kan opvragen bij bijvoorbeeld de school van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] . Daarnaast is niet gebleken dat de vader bij het nemen van gezagsbeslissingen niet in het belang van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] handelt of dat hij die tegenhoudt.
Zorgregeling4.20. Gelet op de overwegingen hierboven over de zorgregeling zal de rechtbank geen ambtshalve beslissing nemen over de zorgregeling zoals [minderjarige 1] en [minderjarige 2] dat aan de rechter hebben gevraagd.
Brief [minderjarige 1] en [minderjarige 2]4.21. De rechtbank heeft [minderjarige 1] en [minderjarige 2] op 16 april 2024 een e-mail gestuurd om hen te informeren over de uitspraak. In de e-mails aan hen is het volgende opgenomen:
[minderjarige 1]‘’Beste [minderjarige 1] ,
Zoals je weet zijn jouw ouders vrijdag weer bij de rechtbank geweest voor een zitting. Jouw moeder heeft de brief die je aan mij schreef aan mij gegeven. Dankjewel daarvoor. Tijdens de zitting hebben we de wensen die [minderjarige 2] en jij alweer een hele tijd geleden aan mij schreven besproken. Daarnaast hebben we ook verzoeken van je vader en je moeder besproken.
Jij wil graag dat alleen je moeder gezag over jou zal hebben. En je wil graag alleen naar je vader toe als je dat zelf wil, maar je wil niet gedwongen worden om hem te zien. De beslissingen die ik heb genomen zijn (heel) anders dan wat jij graag wilde. Ik heb besloten dat jouw vader het gezag samen met je moeder houdt over [minderjarige 2] en jou. En ik heb besloten dat jij je vader weer moet gaan zien. Dat is voor jou even schrikken denk ik. En juist niet wat jij wilde. Maar ik vind het heel belangrijk dat het wel gebeurt. Zo belangrijk, dat ik er een dwangsom aan heb verbonden. Dat betekent dat jouw moeder een flink bedrag aan je vader moet betalen als zij mijn uitspraak over de omgang niet nakomt. Dat is natuurlijk niet niks. Ik heb die beslissing dan ook niet ‘zomaar’ genomen.
In alle stukken die ik over [minderjarige 2] en jou heb gelezen, en de gesprekken die ik met jullie ouders heb gevoerd, wordt mij duidelijk dat jullie in een heel lastige positie zitten. Je ouders zijn al een aantal jaren uit elkaar, en al die tijd is het tussen hen moeilijk geweest. Het gedoe over het huis, het feit dat je vader snel een nieuwe vriendin had – het is voor iedereen heel veel geweest. Tijdens ons gesprek een hele tijd geleden vertelde je mij dat je je bij je vader niet veilig voelt en dat je daarom niet naar hem toe wil. Ik heb je toen gezegd dat het voor mij lastig was om goed te begrijpen waar die angst nu precies in zit. Ik ken jullie allemaal natuurlijk niet goed. Maar met alles wat ik inmiddels wel over jullie weet, zie ik geen reden waarom je vader en jij elkaar niet weer kunnen zien. Sterker: ik vind het zoals ik al zei heel erg belangrijk dat je je vader weer gaat zien. Kinderen hebben nou eenmaal twee ouders, en van allebei je ouders heb je iets. Dat je vader helemaal geen deel is van jouw leven vind ik niet goed voor jouw ontwikkeling naar volwassenheid. Ik denk dat je je vader juist in deze fase van je leven hard nodig hebt.
Ik realiseer me dat je in je examenjaar zit en dat het centrale eindexamen binnenkort begint. Je moet je nu daarop concentreren. Daarom vind ik het verstandig dat je pas daarna, in juni, voor het eerst je vader weer ziet. Omdat jullie elkaar heel lang niet hebben gezien heb ik een opbouw bepaald. In die opbouw zien je vader en jij elkaar eerst drie keer om de week op zaterdag van 15.00 tot 17.00 uur met zijn tweeën, dus zonder [minderjarige 2] erbij. Daarna ga je samen met [minderjarige 2] , eerst een dag, daarna steeds wat langer. De definitieve regeling is dat [minderjarige 2] en jij uiteindelijk om de week van donderdag na school tot maandag naar school bij je vader verblijven. Je vader realiseert zich dat dat van iedereen veel zal vragen in het begin. Ook omdat jullie zijn vriendin, met wie hij samenwoont, niet kennen en tot nu toe ook niet willen leren kennen. Ik heb er vertrouwen in dat jullie het contact op een goede manier gaan opbouwen.
Ik kan me goed voorstellen dat je denkt: wat heb ik aan een rechter als die precies het tegenovergestelde beslist van wat ik heb gevraagd? Misschien denk je dat ik niet goed naar je heb geluisterd. Dat heb ik wel. Maar als ouders er samen niet uitkomen wat het beste is voor de kinderen, is de kinderrechter er om knopen door te hakken. En daarbij moet de kinderrechter, ik in dit geval, altijd kijken naar wat voor het kind, jou in dit geval, het beste is. Wat ik voor jou het beste vind is in dit geval iets anders dan wat jij het liefste wil. Ik hoop dat je dat begrijpt. De procedure bij de rechtbank is nu afgelopen. Je ouders kunnen wel in hoger beroep als ze het niet eens zijn met mijn beslissing. Dat moeten ze dan binnen drie maanden doen.
Van je moeder begreep ik dat je toegepaste psychologie wil gaan studeren na je eindexamen. Wat een mooie studie. Ik wens je veel succes met je eindexamen en met alles dat daarna komt!’’
[minderjarige 2]‘’Beste [minderjarige 2] ,
Zoals je weet zijn jouw ouders vrijdag weer bij de rechtbank geweest voor een zitting. Tijdens de zitting hebben we de wensen die [minderjarige 1] en jij alweer een hele tijd geleden aan mij schreven besproken. Daarnaast hebben we ook verzoeken van je vader en je moeder besproken.
Jij wil graag dat alleen je moeder gezag over jou zal hebben. En je wil graag de regeling met je vader houden zoals die nu is, maar je wil niet vaker naar hem toe en ook niet bij hem slapen. De beslissingen die ik heb genomen zijn (heel) anders dan wat jij graag wilde. Ik heb besloten dat jouw vader het gezag samen met je moeder houdt over [minderjarige 1] en jou. En ik heb besloten dat jij je vader meer moet gaan zien, en dat je daar ook zal gaan slapen. Dat is voor jou even schrikken denk ik. En juist niet wat jij wilde. Maar ik vind het heel belangrijk dat het wel gebeurt. Zo belangrijk, dat ik er een dwangsom aan heb verbonden. Dat betekent dat jouw moeder een flink bedrag aan je vader moet betalen als zij mijn uitspraak over de omgang niet nakomt. Dat is natuurlijk niet niks. Ik heb die beslissing dan ook niet ‘zomaar’ genomen.
In alle stukken die ik over [minderjarige 1] en jou heb gelezen, en de gesprekken die ik met jullie ouders heb gevoerd, wordt mij duidelijk dat jullie in een heel lastige positie zitten. Je ouders zijn al een aantal jaren uit elkaar, en al die tijd is het tussen hen moeilijk geweest. Het gedoe over het huis, het feit dat je vader snel een nieuwe vriendin had – het is voor iedereen heel veel geweest. Je ziet je vader nu om de week een aantal uur op zaterdag. Je komt niet vaak bij je vader thuis en alleen als zijn vriendin er niet is. Je vader vertelde op de zitting dat jullie vaak naar de bioscoop gaan en wat gaan eten. Hoewel ik het fijn vind dat dat goed loopt, vind ik de omgang nu te weinig om echt een band met je vader te kunnen hebben. Dat, terwijl ik denk dat je je vader juist in deze fase van je leven hard nodig hebt.
In mijn beslissing heb ik een opbouw gemaakt. In die opbouw ga je, vanaf juni, eerst drie keer één nacht slapen bij je vader. Daarna wordt dat twee nachten. De definitieve regeling is dat je samen met [minderjarige 1] om de week op donderdag uit school tot maandag naar school bij je vader bent. Je vader realiseert zich dat dat niet niks is voor jullie. Ook omdat jullie zijn vriendin, met wie hij samenwoont, niet kennen en tot nu toe ook niet willen leren kennen. Ik heb er vertrouwen in dat jullie het contact op een goede manier gaan opbouwen.
Ik kan me goed voorstellen dat je denkt: wat heb ik aan een rechter als die precies het tegenovergestelde beslist van wat ik heb gevraagd? Misschien denk je dat ik niet goed naar je heb geluisterd naar wat je hebt geschreven. Dat heb ik wel. Maar als ouders er samen niet uitkomen wat het beste is voor de kinderen, is de kinderrechter er om knopen door te hakken. En daarbij moet de kinderrechter, ik in dit geval, altijd kijken naar wat voor het kind, jou in dit geval, het beste is. Wat ik voor jou het beste vind is in dit geval iets anders dan wat jij het liefste wil. Ik hoop dat je dat begrijpt. De procedure bij de rechtbank is nu afgelopen. Je ouders kunnen wel in hoger beroep als ze het niet eens zijn met mijn beslissing. Dat moeten ze dan binnen drie maanden doen.
Ik wens je veel succes op het gymnasium en alvast een fijne meivakantie!’’
Hierna volgt de beslissing.De rechtbank gebruikt hier de begrippen uit de wet.