ECLI:NL:RBMNE:2024:2943
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van zorgprofiel in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz) voor een eiser met een vermeende zwaardere zorgbehoefte
In deze zaak heeft eiser, die zorg op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz) heeft aangevraagd, bezwaar gemaakt tegen het door verweerder geïndiceerde zorgprofiel ‘VG Wonen met begeleiding en verzorging’ (VG3). Eiser is van mening dat zijn zorgbehoefte zwaarder is dan het toegekende profiel en dat hij recht heeft op een zwaarder zorgprofiel (VG4 of VG5). Verweerder heeft het bezwaar ongegrond verklaard, stellende dat de situatie van eiser niet van een dusdanige aard en ernst is dat een zwaarder zorgprofiel gerechtvaardigd is. De rechtbank heeft het beroep van eiser behandeld en vastgesteld dat de adviezen van medisch deskundigen zijn gevolgd, die concludeerden dat de grondslag voor een verstandelijke beperking niet kan worden vastgesteld. Eiser heeft niet voldoende medische stukken overgelegd om de adviezen van de deskundigen te weerleggen. De rechtbank oordeelt dat verweerder zich terecht heeft gebaseerd op de adviezen van de medisch deskundigen en dat het zorgprofiel VG3 passend is voor eiser. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.