2.1.De voorzieningenrechter beoordeelt bij de vraag of zij een voorlopige voorziening zal treffen of het bezwaar een redelijke kans van slagen heeft. Dat kan een reden zijn om het bestreden besluit te schorsen. Ook de betrokken belangen en de onverwijlde spoed kunnen aanleiding zijn om het bestreden besluit te schorsen. De voorzieningenrechter zal dit beoordelen aan de hand van de gronden van verzoeker.
Is er sprake van spoedeisend belang?
3. De voorzieningenrechter is van oordeel dat verzoeker een spoedeisend belang heeft bij het verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker heeft met stukken en op de zitting voldoende onderbouwd dat door de sluiting zijn onderneming in financieel zwaar weer verkeert.
Had de burgemeester verzoeker om een zienswijze moeten vragen?
4. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de burgemeester voorafgaand aan de sluiting het vragen van een zienswijze achterwege heeft mogen laten. De burgemeester kan de gelegenheid tot het geven van een zienswijze achterwege laten voor zover de vereiste spoed zich daartegen verzet.De dag na ontvangst van de bestuurlijke rapportage heeft de burgemeester de loods direct gesloten. De burgemeester heeft toegelicht dat hij verzoeker niet in de gelegenheid heeft gesteld om een zienswijze naar voren te brengen, omdat hij na het ontvangen van de informatie uit de bestuurlijke rapportage vond dat hij acuut moest optreden. Vanwege de aangetroffen situatie heeft de burgemeester zich op dit standpunt mogen stellen. Daar komt bij dat verzoeker tijdens de hoorzitting bij de bezwaarschriftencommissie en tijdens de zitting alsnog zijn verhaal heeft kunnen doen.
Is de burgemeester bevoegd de loods te sluiten?
5. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de burgemeester de bevoegdheid heeft om de loods te sluiten. Door verzoeker wordt niet betwist dat er 43 kilo cocaïne in de loods is aangetroffen. Het is vaste rechtspraak dat als uitgangspunt kan worden aanvaard dat bij aanwezigheid van meer dan 0,5 gram harddrugs de aangetroffen hoeveelheid drugs in beginsel bestemd wordt geacht voor de verkoop, aflevering of verstrekking. Het ligt in dat geval op de weg van verzoeker om het tegendeel aannemelijk te maken.Dat is niet gelukt. De enkele stelling dat niet is gebleken dat er handel vanuit de loods heeft plaatsgevonden óf dat twijfel bestaat dat de aangetroffen drugs bestemd was voor de handel, is daarvoor onvoldoende. Dit wordt immers afgezet tegen de enorme hoeveelheid in de loods aangetroffen harddrugs die de gebruikershoeveelheid vele malen overschrijdt, nog daargelaten dat uit de bestuurlijke rapportage volgt dat de eigenaar (derde-partij) van de loods personen heeft gestoord op het moment dat deze pakketten cocaïne aan het uitladen waren, als gevolg waarvan nog eens 192 kilo cocaïne in de vrachtwagen is blijven liggen. Dat verzoeker stelt dat hem geen enkel verwijt kan worden gemaakt van de aanwezigheid van de aangetroffen drugs, speelt geen rol bij de vraag of de burgemeester bevoegd is om de loods te sluiten. De verwijtbaar kan een rol spelen bij de vraag of de burgemeester gebruik heeft mogen maken van zijn sluitingsbevoegdheid. De burgemeester heeft zich dan ook op het standpunt kunnen stellen dat de drugs bestemd waren voor de verkoop, aflevering of verstrekking. Daarmee is hij op grond van artikel 13b, eerste lid, aanhef en onder a, van de Opiumwet bevoegd om de loods te sluiten.
Heeft de burgemeester op deze wijze gebruik mogen maken van de sluitingsbevoegdheid?
6. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de burgemeester ten tijde van het bestreden besluit op de door hem ingezette wijze gebruik heeft mogen maken van zijn sluitingsbevoegdheid. De burgemeester heeft de sluiting van de loods noodzakelijk mogen vinden. Verder is de sluiting van de loods evenwichtig. Dat wordt hieronder uitgelegd.
Waarom is de sluiting van de loods noodzakelijk?
7. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de burgemeester gelet op de ernst en de omvang van de overtreding heeft mogen vinden dat sluiting van de loods noodzakelijk is.