In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 31 oktober 2023, gaat het om de ontbinding van een pachtovereenkomst tussen de partijen [eiser sub 2 (voornaam)] en [eiser sub 1 (voornaam)] als pachters en [gedaagde (voornaam)] als verpachter. De pachtovereenkomst, die oorspronkelijk op 1 augustus 2017 is ingegaan, werd aangegaan voor de duur van zes jaren met een jaarlijkse pachtprijs van € 8.500,-. De pachtkamer heeft vastgesteld dat de pachters zich niet als goede pachters hebben gedragen, wat heeft geleid tot een reeks incidenten, waaronder bedreigingen en mishandelingen. De pachtkamer heeft geoordeeld dat de pachters tekort zijn geschoten in hun verplichtingen, wat de ontbinding van de pachtovereenkomst rechtvaardigt. De ontbinding is vastgesteld per 1 december 2023, met de verplichting voor de pachters om het gepachte ontruimen en niet meer te betreden. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de verpachter direct kan overgaan tot ontruiming, ook als de pachters in hoger beroep gaan.