ECLI:NL:RBMNE:2023:369
Rechtbank Midden-Nederland
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke zaak met betrekking tot deskundigenkosten en rechtsbijstand
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 2 februari 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit als verweerder en een verzoekster, vertegenwoordigd door mr. J.J.J. de Rooij. De zaak betreft een proceskostenveroordeling na het intrekken van een beroep tegen een besluit van de Minister, waarbij bestuurlijke boetes zijn opgelegd aan de verzoekster vanwege overtredingen van de Meststoffenwetgeving. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Minister in een herziene beslissing op bezwaar de opgelegde boetes heeft laten vervallen, waarna verzoekster het beroep heeft ingetrokken en verzocht om vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft in haar overwegingen de relevante artikelen uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb) besproken. De rechtbank oordeelt dat de verzoekster recht heeft op vergoeding van de kosten voor beroepsmatige rechtsbijstand en deskundigenkosten, maar niet alle geclaimde deskundigenkosten komen voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank heeft de kosten voor rechtsbijstand vastgesteld op € 837,- en de kosten voor deskundigen op € 2.626,50, wat resulteert in een totale proceskostenvergoeding van € 3.463,50. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat het griffierecht van € 354,- door de verweerder moet worden vergoed.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in hoger beroep te gaan tegen deze beslissing. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld, omdat partijen geen zitting hebben verzocht.