Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BESLISSING
gevangenisstraf van 2 maanden;
nietzal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat de verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd:
- dat veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- dat veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- dat veroordeelde medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
- dat veroordeelde zich binnen vijf werkdagen na het onherroepelijk worden van het vonnis moet melden bij de reclassering op de Vivaldiplantsoen 200 te Utrecht tussen 13:00 en 16:30 uur. Hierna moet veroordeelde zich blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
- dat veroordeelde wordt verplicht actief deel te nemen aan een behandeling bij een (forensische) zorginstelling en mee moet werken aan begeleiding van de Laagdrempelige Opvang of een soortgelijke instelling nader door de reclassering aan te wijzen.
taakstraf van 200 uren;