ECLI:NL:RBMNE:2017:102
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.J. Hofman-Wels
- Rechtspraak.nl
Homologatie van een akkoord in het kader van schuldsanering
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 10 januari 2017 uitspraak gedaan in een procedure betreffende de homologatie van een akkoord in het kader van de schuldsanering. De rechtbank heeft kennisgenomen van de eerdere beschikking van 27 december 2016, waarin het aangeboden akkoord was vastgesteld als ware het aangenomen. De homologatie van het akkoord werd behandeld op 6 januari 2017, waarbij de schuldenares, haar bewindvoerder en schuldeiser de heer [A] aanwezig waren. De heer [A] had bezwaar gemaakt tegen de homologatie, maar de rechtbank oordeelde dat er geen aanleiding was om het akkoord te weigeren, aangezien de overige schuldeisers geen bezwaar hadden gemaakt.
De rechtbank heeft in haar oordeel verwezen naar de weigeringsgronden in artikel 338 lid 2 jo. 153 lid 2 van de Faillissementswet. De rechter-commissaris had geen gronden van weigering van de homologatie geconstateerd en adviseerde de rechtbank om het akkoord te homologeren. De rechtbank heeft vervolgens het verzoek van de heer [A] tot tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling afgewezen.
In de beslissing heeft de rechtbank het akkoord gehomologeerd en het salaris van de bewindvoerder vastgesteld op € 2.381,60, inclusief onkosten en omzetbelasting, ten laste van de schuldenares. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. C.J. Hofman-Wels. Hoger beroep tegen deze uitspraak kan alleen worden ingesteld door een advocaat bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, met een termijn van acht dagen na de uitspraak.