ECLI:NL:RBMNE:2015:9439
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van huurovereenkomst en pachtovereenkomst in horecasituatie met koopoptie
In deze zaak heeft de kantonrechter op 10 juni 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eisers] en [gedaagde] over de ontbinding van een huurovereenkomst en een pachtovereenkomst. De eiseres, als verhuurder van een horecabedrijf, vorderde de ontbinding van de onderhuurovereenkomst en ontruiming van de bedrijfsruimte, omdat de gedaagde geen gebruik had gemaakt van de koopoptie in de pachtovereenkomst. De pachtovereenkomst had een looptijd van vijf jaar met een optie tot koop voor een bedrag van € 490.000,00. De kantonrechter oordeelde dat de onderhuurovereenkomst en de pachtovereenkomst onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. De kantonrechter stelde vast dat de dwingendrechtelijke bepalingen van het huurrecht ook van toepassing zijn op de pachtovereenkomst, waardoor de pachtovereenkomst doorloopt, ook na de oorspronkelijke einddatum van 1 april 2015. De vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst werd afgewezen, omdat er geen sprake was van een toerekenbare tekortkoming van de gedaagde. De kantonrechter verklaarde dat de pachtovereenkomst niet eerder eindigt dan op het moment dat de onderhuurovereenkomst rechtsgeldig eindigt, en veroordeelde de gedaagde tot betaling van de pachtprijs van € 1.261,19 per week vanaf 1 april 2015, te indexeren op basis van het CPI voor de gezinsconsumptie.