Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
2 [gedaagde sub 2] ,
1.Het verloop van de procedure
- de dagvaarding;
- de akte van [eiser] van 9 augustus 2023 met producties 1 t/m 25;
- de conclusie van antwoord met producties 1 t/m 9;
- de akte van 18 juli 2024 van [eiser] met producties 26 t/m 29;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 18 juli 2024.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
De bevoegdheid
bepaaldis; voldoende is volgens [eiser] dat de wederpartij
bepaalbaaris. Dat de wederpartij bepaalbaar was, was volgens [eiser] zeker het geval: de contractspartij was [gedaagde sub 2] , dan wel een andere vennootschap uit de “ [gedaagde sub 2] group.” [eiser] verwijst in dat verband nog naar de gewoonte om in een zakelijke vastgoedtransactie te vermelden dat wordt gehandeld in naam van “na te melden meester.”
de koper een natuurlijk persoon isdie
niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, een koopovereenkomst van een
tot bewoning bestemde onroerende zaaktot stand komt indien die overeenkomst schriftelijk is aangegaan.
1.228,00(2,0 punten × tarief € 614,00);