3.3Het oordeel van de rechtbank
Partiële vrijspraak feit 1, artikel 11 van de Opiumwet
Aan de verdachte is onder 1 de deelname aan een criminele organisatie ten laste gelegd die als oogmerk had het uitvoeren, verhandelen, aanwezig hebben of voorbereiden van misdrijven die zien op hard- en softdrugs.
Op grond van het dossier kan de rechtbank niet vaststellen dat er sprake was van strafbare feiten die zien op softdrugs, artikel 11 of 11a van de Opiumwet. De rechtbank zal de verdachte dan ook van dit gedeelte van de tenlastelegging vrijspreken.
Aangehouden kopers/dealers
Het proces-verbaal van bevindingen:
Er werd een onderzoek ingesteld naar eerdere aanhoudingen van mensen die in Maastricht verdovende middelen hadden gekocht van een persoon of groepering welke door de kopers ‘Tony’ genoemd werd.
Op 6 februari 2015 werd in Maastricht [naam 1] verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij [naam 1] werd 22,4 gram heroïne, 8,6 gram cocaïne, een telefoon en een geldbedrag van € 465,- aangetroffen. Als verdacht van het kopen van heroïne van [naam 1] werd aangehouden [naam 2] (geboren te [geboorteplaats 2] (België). Bij [naam 2] werd 2,4 gram heroïne aangetroffen. [naam 2] verklaarde dat hij telefonisch verdovende middelen besteld had bij Tony in Maastricht, die te bereiken was op het telefoonnummer [telefoonnummer 1] . [naam 2] was in het gezelschap van [naam 3] . [naam 3] verklaarde dat hij samen met de man die door de politie was aangehouden met de bus vanuit België naar Nederland was gekomen en dat de man toen via de telefoon verdovende middelen had besteld bij iemand in Maastricht.
Op 3 juli 2015 werd in Maastricht waargenomen dat [naam 4] iets overgaf aan [naam 5] . Bij de staandehouding van [naam 5] bleek het te gaan om 0,4 gram cocaïne. [naam 5] verklaarde dat hij naar Maastricht was gekomen en dat hij telefonisch een kleintje coke had besteld bij Tony. Hij had hiervoor het telefoonnummer [telefoonnummer 1] gebeld. Er kwamen steeds verschillende mensen die de verdovende middelen afleverden.
Op 13 november 2015 werd in Maastricht [naam 6] aangehouden als verdacht van het in bezit hebben van verdovende middelen. Bij hem werd 2,7 gram heroïne aangetroffen. [naam 6] verklaarde dat hij de verdovende middelen had gekocht door telefonisch contact op te nemen met Toni die te bereiken was onder telefoonnummer: [telefoonnummer 2] . Er kwamen echter steeds andere mensen verdovende middelen leveren. Uit onderzoek bleek dat het telefoonnummer van [naam 6] vanaf 20 oktober 2019 tot en met 11 oktober 2020 veelvuldig contact had met de telefoonnummers [telefoonnummer 3] , [telefoonnummer 2] , [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 5] .
Op 25 juli 2016 werd [naam 7] in Maastricht aangehouden als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij [naam 7] werd 36,8 gram heroïne, een telefoon en een geldbedrag van € 1.025,- aangetroffen. [naam 7] verklaarde dat hij de verdovende middelen die hij had verkocht van iemand anders had gekregen, dat hij de naam van deze persoon niet wilde noemen en dat hij werd gedwongen om de verdovende middelen te verkopen omdat hij schulden had. Als verdacht van het kopen van heroïne van [naam 7] werden [naam 8] (geboren te [geboorteplaats 3] (België)) en [naam 9] (geboren te [geboorteplaats 4] (België)) aangehouden. Bij [naam 8] werd 5,2 gram heroïne aangetroffen. [naam 8] verklaarde dat hij Tony belde en dat de dealer verdovende middelen afleverde. Het telefoonnummer waar [naam 8] Tony onder kon bereiken was [telefoonnummer 2] .
Op 23 februari 2017 werd [naam 10] aangehouden als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij [naam 10] werd 63,3 gram heroïne en 9,4 gram cocaïne aangetroffen. [naam 10] verklaarde dat hij de verdovende middelen verkocht voor de organisatie Tony. Hij was door Tony zelf benaderd, omdat hij verslaafd was en niet meer bij Tony had gekocht. Hem werd toen het voorstel gedaan om zelf te gaan verkopen, waar [naam 10] mee akkoord ging. [naam 10] kon Tony bereiken onder meer op het telefoonnummer: [telefoonnummer 2] . [naam 10] kreeg van Tony de plaats door waar hij moest leveren en hoeveel hij moest leveren. [naam 11] werd verdacht van het kopen van heroïne van [naam 10] . Bij [naam 11] werd 2,6 gram heroïne aangetroffen. [naam 11] verklaarde dat zij Tony belde op het telefoonnummer: [telefoonnummer 5] en dat de dealer de verdovende middelen afleverde.
Bijlage: het proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 10] :
V: Wie is Tony?
A: Een Marokkaan of Turk.
A: Best een grote neus, een heftige neus, hij is lang en smal. Korte zwarte haren, soms een baardje.
Op 23 april 2017 werd [naam 12] aangehouden in Maastricht als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij van [naam 12] werd 21,2 gram heroïne, 5,5 gram cocaïne, een telefoon en € 495,- aangetroffen. Van [naam 12] had verdovende middelen verkocht aan
[naam 13] (geboren te [geboorteplaats 5] (België)). [naam 13] verklaarde dat hij 5 gram heroïne had gekocht en deze had besteld bij Tony. Tony was te bereiken op het telefoonnummer [telefoonnummer 5] . [naam 13] kocht al jaren verdovende middelen bij Tony. [naam 13] had Tony zelf ongeveer 3 jaar geleden voor het laatst gezien. Tony is een Marokkaan, smal postuur en een grote kromme neus. Tony pakt wel altijd de telefoon op als hij hem belt. Uit onderzoek bleek dat het telefoonnummer van [naam 13] vanaf 7 november 2019 tot en met 3 oktober 2020 veelvuldig contact had met de telefoonnummers [telefoonnummer 5] , [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 2] .
Op 15 juni 2017 werd in Maastricht [naam 14] aangehouden als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij hem werden 26,6 gram heroïne, 1,5 gram cocaïne, een telefoon en € 110,- aangetroffen. [naam 14] verklaarde dat hij werkte voor de organisatie genaamd Tony. [naam 14] werd gedwongen om voor deze organisatie te verkopen, omdat hij een tijdje geleden opgepakt was en de toen ontstane schuld moest terugbetalen. Hij was door mensen die werkzaamheden voor Tony verrichten mishandeld. [naam 14] had verdovende middelen verkocht aan [naam 15] (geboren te [geboorteplaats 5] (België)). Bij [naam 15] werd 2,7 gram heroïne en 0,5 gram cocaïne aangetroffen. [naam 15] verklaarde dat hij vanuit België met Tony had gebeld en dat hij vervolgens in Nederland verdovende middelen had gekregen en al 2 jaar verdovende middelen kocht bij Tony. Hij wist dat het Nederlandse telefoonnummer eindigde op [telefoonnummer 6] .
Op 17 mei 2018 werd in Maastricht [naam 16] aangehouden als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij hem werd 19 gram heroïne en 9,7 gram cocaïne aangetroffen, alsmede diverse telefoons en een geldbedrag van € 280,-. Als verdacht van het kopen van 21,1 gram heroïne van [naam 16] werd aangehouden [naam 17] . [naam 17] verklaarde dat zij Tony belde en dat [naam 16] de verdovende middelen afleverde. [naam 17] kocht al ongeveer 5 jaar bij Tony verdovende middelen. Het telefoonnummer waar [naam 17] Tony op kon bereiken was [telefoonnummer 5] .
Op 21 maart 2019 werd in Maastricht aangehouden [naam 18] als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij hem werden 1,5 gram cocaïne en 42,4 gram heroïne aangetroffen. Als verdacht van het kopen van 0,4 gram cocaïne van [naam 18] werd aangehouden [naam 19] (wonende te [geboorteplaats 6] , België) en [naam 20] (wonende te [geboorteplaats 6] , België). [naam 19] verklaarde dat hij de verdovende middelen besteld had bij Tony. Uit onderzoek in de printgegevens bleek dat het telefoonnummer van [naam 19] vanaf 30 november 2019 tot en met 31 oktober 2020 veelvuldig in contact was geweest met de telefoonnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 5] , [telefoonnummer 3] en [telefoonnummer 2] .
Op 19 februari 2020 werd in Maastricht aangehouden [naam 21] als verdacht van het handelen in verdovende middelen. Bij hem werden 28,3 gram heroïne, 3,3 gram cocaïne en 1,3 gram hennep aangetroffen. Als verdacht van het kopen van 2,9 gram heroïne van [naam 21] werd [naam 22] (geboren te [geboorteplaats 7] (België)) aangehouden. [naam 22] verklaarde dat hij verdovende middelen kocht bij Tony in Maastricht. Hij kocht al zeker 5 jaar verdovende middelen bij Tony. Het nummer waar hij Tony op kon bereiken stond in zijn telefoon. Hij had eerst een ander nummer, maar sinds een week had hij het volgende nummer van Tony gekregen via een sms-bericht: [telefoonnummer 3] . Uit onderzoek bleek dat het telefoonnummer dat bij [naam 22] in gebruik was tussen 15 november 2019 tot en met 31 oktober 2020 contact had met de telefoonnummers [telefoonnummer 7] , [telefoonnummer 5] en [telefoonnummer 4] .
Op 8 oktober 2020 werd in Maastricht [naam 23] aangehouden als verdacht van het in bezit hebben van verdovende middelen. Bij hem werd 5 gram heroïne aangetroffen. [naam 23] verklaarde dat hij de verdovende middelen gekocht had door telefonisch contact op te nemen met Tonie. Hij werd vervolgens vanuit België naar het adres [adres 2] te Maastricht gestuurd. Aldaar trof hij buiten de bewoner nog vier personen aan die verdovende middelen wilden hebben. Hierna kwam een man binnen die iedereen van verdovende middelen voorzag. Deze man was niet Tonie, maar de dealer van Tonie. [naam 23] had de volgende telefoonnummers waarop hij Tony kon bereiken in zijn telefoon staan: Fa: [telefoonnummer 8] , Fa1: [telefoonnummer 2] en Fa3: [telefoonnummer 3] . Uit onderzoek bleek dat het telefoonnummer dat bij [naam 23] in gebruik was tussen 21 oktober 2019 en 8 oktober 2020 veelvuldig contact had met de voornoemde telefoonnummers. [naam 23] herkende [medeverdachte 1] als zijnde Tonie.
Bijlage: het proces-verbaal verhoor verdachte [naam 23] , d.d. 9 oktober 2020:
A: […] Dit was niet de persoon waarvan ik gekocht had in de woning. Dit was niet Tony zelf. Die ken ik wel. Die heb ik in het verleden persoonlijk ontmoet. Tony is begonnen op 16-jarige leeftijd en dit is 16 jaar geleden. Dit is een Marokkaan. Volgens mij heet Tony eigenlijk [naam 24] .
[…]V: Was dit ook de persoon die u sprak toen u een afspraak maakte om verdovende middelen te kopen?
A: Nee, dat was Tony. Die stem herken ik. Zoals gezegd heb ik dat nummer ook al een hele tijd. In die 16 jaar dat ik gebruik spreek ik ook steeds met Tony. Zodoende herken ik hem ook.
Bijlage: het proces-verbaal verhoor verdachte [naam 23] , d.d. 9 oktober 2020:
V: Wat kun je ons vertellen over het uiterlijk van ‘Tony’?
A: Een smal gelaat, Marokkaans, ongeveer 1,70 meter groot, normaal van postuur, […]
V: Wij tonen jou een foto van een persoon. Herken je deze persoon?
A: Ja dat is hem. Dat is de voor mij bekende Tony.
A: Ik herken hem voor 100% […].
Op het adres [adres 2] te Maastricht is woonachtig [naam 25] . [naam 25] is te bereiken op telefoonnummer [telefoonnummer 9] . Dit telefoonnummer werd tussen 26 september 2020 te 07:51 uur en 1 oktober 2020 te 20:14 uur afgeluisterd. Uit onderzoek bleek dat dit telefoonnummer tussen 26 september 2020 en 1 oktober 2020 meerdere malen contact had met het telefoonnummer [telefoonnummer 1] en tussen 2 oktober 2019 en 8 oktober 2020 veelvuldig contact had met de telefoonnummers [telefoonnummer 2] en [telefoonnummer 1] .
Bij onderzoek aan voornoemde zaken bleek dat het overgrote deel van de aangehouden kopers van verdovende middelen bestelden bij ‘Tony’ in Maastricht. Dit gebeurde telefonisch waarna zij een plek kregen te horen waar zij verdovende middelen verstrekt kregen. De mensen die de verdovende middelen verstrekten waren zeer wisselend en het betroffen veelal jonge mannen. Zij maakten veelal gebruik van mobiele telefoons van het merk Nokia waar alleen mee gebeld kon worden berichten konden worden verzonden.
Bij het uitlezen van inbeslaggenomen telefoons werd vastgesteld dat er veelal sms-berichten verzonden werden naar de leveranciers van de verdovende middelen, waarbij gecodeerd de afleverplaats alsmede de hoeveelheid en soort verdovende middelen werd doorgegeven. Hierbij werden afkortingen gebruikt voor de soort en hoeveelheid verdovende middelen, te weten:
K = klein bolletje heroïne
G = groot bolletje heroïne
M = bolletje heroïne
Als afleverplaatsen werden veelal de volgende afkortingen gebruikt waarbij de volgende plaatsen horen:
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
- [opsomming afleveradressen]
Tijdens de aanhouding en waarnemingen door de politie bleek dat de voornoemde plaatsen regelmatig gebruikt werden als plaatsen waar verdovende middelen werden afgeleverd.
Het proces-verbaal van bevindingen:
Op 1 september 2015 werd in Maastricht [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 2] 1989, aangehouden. Bij [medeverdachte 1] werd 28,1 gram heroïne en 3,3 gram cocaïne aangetroffen. De potentiële koper van de verdovende middelen, [naam 26] , verklaarde dat hij de dealer die hij in zijn telefoon had staan onder vermelding [bijnaam 1] en het telefoonnummer [telefoonnummer 5] gebeld had.
Het proces-verbaal van bevindingen:
Op 24 september 2016 werd ik, verbalisant, aangesproken door de mij bekende [naam 27] en een onbekend gebleven jongen. Zij verklaarden spontaan over het drugsnetwerk rondom Toni. Zij vertelden mij dat Toni op dit moment geleid wordt door [medeverdachte 1] . Ik hoorde dat ze zeiden dat [medeverdachte 1] op het moment in Marokko verbleef.
Het proces-verbaal verhoor getuige [naam 23] bij de rechter-commissaris, d.d. 21 december 2020:
Ik kocht toen drugs van een zekere Tony. Tony was de vaste persoon waar ik drugs van kocht. Ik heb Tony ook in het echt gezien. In het begin bezorgde Tony de drugs zelf en later stuurde hij jongens om de drugs te bezorgen. Ik heb Tony persoonlijk ontmoet. Dat was een aantal jaren eerder, toen ik voor de eerste keer bij hem bestelde. Ze geven je een nummer met de naam Tony. Ik heb als nieuwe klant Tony een paar keer persoonlijk ontmoet. Hij stelde zich voor als Tony. Daarna kwamen andere mensen. Tony had tegen mij gezegd dat hij voor zichzelf ging starten en hij gaf mij daarna een ander telefoonnummer. Ik heb het telefoonnummer van Tony opgeslagen onder ‘Fa’. Ik had Fa1, 2 en 3. Ik kocht alleen bij Tony. Bij het wisselen van het nummer kreeg ik een sms’je. Het nummer van Tony heb ik ongeveer drie jaar voor mijn aanhouding gekregen. Toen ik Tony leerde kennen was hij rond de 20 jaar en hij is nu rond de 35 jaar. Hij was heel jong toen hij startte.
Het proces-verbaal van bevindingen (gebruikersgegevens bestelnummers):
Van het telefoonnummer [telefoonnummer 8] werden gegevens verstrekt door de provider Lebara. Het telefoonnummer bleek geactiveerd te zijn op 21-08-2014 om 17.37 uur.
Van het telefoonnummer [telefoonnummer 7] werden gegevens verstrekt door de provider Lebara. Het telefoonnummer bleek geactiveerd te zijn op 02-09-2015 te 15.14 uur.
Van het telefoonnummer [telefoonnummer 4] werden gegevens verstrekt van de provider Lebara. Het telefoonnummer bleek geactiveerd te zijn op 18-03-2017 te 16.19 uur.
Het proces-verbaal van bevindingen (IMSI-catcher):
De telefoonnummers [telefoonnummer 10] , [telefoonnummer 11] , [telefoonnummer 8] , [telefoonnummer 3] en [telefoonnummer 12] zijn blijkens de inzet van de nummervergaring – op 4 augustus 2020 en op 25 augustus 2020 – in gebruik bij [medeverdachte 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen (bestelnummers i.c.m. [medeverdachte 1] ):
Op 21 augustus 2020 volgde ik, verbalisant, live de verkeersgegevens van de telefoonnummers: [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 3] , [telefoonnummer 7] en [telefoonnummer 13] . Ik zag dat de genoemde telefoonnummers zich tussen 13:30 uur en 15:15 uur vanuit Maastricht richting Tegelen verplaatsten. Omstreeks 15:10 uur namen wij positie op de [straat 1] te Maastricht. Wij hoorden dat de telefoonnummers op dat moment masten in Maastricht aanstraalden in het gebied van de [straat 1] . Ik zag vlak na dit bericht een lichtgrijs gekleurde [automerk 1] vanaf de [straat 1] de [straat 2] inrijden. Ik zag dat het kenteken begon met de Nederlandse combinatie [kenteken 1] . Ik herkende de bestuurder als [medeverdachte 1] . Ik heb meerdere foto’s van [medeverdachte 1] gezien en herkende hem aan zijn gezicht. Ik zag dat [medeverdachte 1] een telefoon in zijn hand hield.
Het proces-verbaal van bevindingen (beelden observatie woning [medeverdachte 1] ):
Uit verkregen informatie van de RDW blijkt dat verdachte [medeverdachte 1] eigenaar is van een [automerk 1] , kenteken: [kenteken 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen (masten telefoon [medeverdachte 1] op 26 augustus 2020):
Op 26 augustus 2020 werd tussen 10:03 en 14:40 uur een observatie verricht op de verdachte [medeverdachte 1] . Hierbij werd gezien dat de verdachte bestuurder was van het voertuig voorzien van Nederlands kenteken [kenteken 1] . Hij bezocht coffeeshop [naam 28] , een woning in een flatgebouw op de [adres 3] en theehuis [naam 29] gelegen aan de [adres 4] te Maastricht.
Naar aanleiding van vorenstaande werd een onderzoek gedaan in de printgegevens van de besteltelefoonnummers. Hierbij werd geconstateerd dat de besteltelefoonnummers [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 3] op 26 augustus 2020 tussen 10:00 uur en 14:40 uur van dezelfde zendmasten gebruikmaakten. Hierbij wordt opgemerkt dat beide telefoonnummers vermoedelijk in één telefoon zaten. Tevens werd op 26 augustus 2020 tussen 10:00 uur en 14:40 uur geconstateerd dat de besteltelefoonnummers [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 2] van dezelfde zendmasten gebruikmaakten. Hierbij wordt opgemerkt dat beide telefoonnummers vermoedelijk in één telefoon zaten.
De route die blijkens de gegevens van de zendmasten kon worden vastgesteld, kwam overeen met de route die de verdachte [medeverdachte 1] die dag tussen genoemde tijdstippen reed.
Het proces-verbaal van bevindingen (observatie mast/baken op 14 september 2020):
Op 14 september 2020 omstreeks 14:22 uur gaf het baken de [straat 3] te Maastricht aan. Wij reden richting de [straat 3] en ter hoogte van de [straat 4] zag ik het voertuig met kenteken [kenteken 1] de rotonde naderen vanaf de [straat 5] . Wij zagen dat er twee personen in het voertuig zaten. Vanaf dit moment hebben wij de gegevens van het baken vergeleken met de mastgegevens van de telefoonnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 3] , [telefoonnummer 11] , [telefoonnummer 7] en [telefoonnummer 12] . De telefoonnummers straalde omstreeks 14:30 uur aan op de masten: [straat 1] , [straat 6] en [straat 7] . Alle masten bevinden zich in Maastricht West. De [straat 4] is onder alle masten mogelijk. Omstreeks 16:00 uur hebben wij [medeverdachte 1] herkend als bijrijder in het bebakend voertuig.
Het proces-verbaal van bevindingen (reis naar Marokko):
Uit de analyse van de verkregen verkeersgegevens en opgenomen telecommunicatie hebben wij het navolgende bevonden:
Op 18 september 2020 te 22:57 uur wordt een mast aangestraald op de [straat 8] te Hillegom. Dit betreft het laatste contact van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] , waarbij mastgegevens worden vermeld. Hillegom is nabijgelegen aan Schiphol Airport.
Op 18 september 2020 te 22:57 uur wordt een mast aangestraald op het [park] te Vijfhuizen. Dit betreft het laatste contact van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] , waarbij mastgegevens worden vermeld. Vijfhuizen is nabijgelegen Schiphol Airport.
Op 19 september 2020 te 10:33 uur wordt een mast aangestraald op het Skicentrum in Hoofddorp. Dit betreft het laatste contact van het telefoonnummer [telefoonnummer 3] waarbij Nederlandse mastgegevens worden vermeld. Hoofddorp is nabijgelegen aan Schiphol Airport. Op 20 september 2020 te 12:45 uur verkrijgen wij via de verkeersgegevens dat de mast met nummer 604-01-347-5517 wordt aangestraald door het telefoonnummer [telefoonnummer 3] .
Op 18 september 2020 te 01:45 uur wordt een mast aangestraald op de [straat 1] te Maastricht. Dit betreft het laatste contact met het telefoonnummer + [telefoonnummer 12] . Op 20 september 2020 te 01:19 uur verkrijgen wij via de verkeersgegevens dat de mast met nummer 604-00-50100-50470 wordt aangestraald door het telefoonnummer + [telefoonnummer 12] .
De landcode 604 behoort toe aan Marokko. De telefoonnummers + [telefoonnummer 12] en [telefoonnummer 3] zijn gezien de weergegeven landcode in Marokko op voornoemde momenten.
Van de telefoonnummers [telefoonnummer 2] en [telefoonnummer 1] zijn vanaf 19 september 2020 te 23:10 uur wel nog inkomende contacten te zien, maar zijn geen (Nederlandse) mastgegevens meer verkregen. Het niet krijgen van mastgegevens, maar wel inkomende oproepen, doet vermoeden dat de genoemde telefoonnummers buiten het Nederlandse telefoonnetwerk zijn.
Het proces-verbaal van bevindingen (tapgesprekken [naam 25] ):
In de periode van 25 september 2020 tot en met 1 oktober 2020 werden gesprekken gevoerd met het telefoonnummer van [naam 25] ( [telefoonnummer 9] ) opgenomen en afgeluisterd. Het telefoonnummer [telefoonnummer 9] had meerdere malen contact met het telefoonnummer [telefoonnummer 1] .
Taplijn TA007 (sessienummer 36 op 27 september 2020)
[telefoonnummer 14] belt naar [telefoonnummer 8]
- [telefoonnummer 14] vraagt of hij langs kan komen, maar niet die van gisteren die was niet goed
- [telefoonnummer 1] vraagt wat dan niet goed was
- [telefoonnummer 14] zegt was gewoon niet goed hij smaakte anders, hij wil die wat hij normaal krijgt
- [telefoonnummer 1] zegt komt in orde
- [telefoonnummer 14] zegt is goed
Taplijn TA007 (sessienummer 152 op 1 oktober 2020)
[telefoonnummer 14] belt naar [telefoonnummer 8]
- [telefoonnummer 1] : Jow
- [telefoonnummer 14] : Ken je langskomen
- [telefoonnummer 1] : Ja, hij komt eraan, komt eraan. Tot zo
Het proces-verbaal van bevindingen (terugkomst naar Nederland):
Uit de printertap van het telefoonnummer [telefoonnummer 15] blijkt dat op 9 oktober 2020 te 22:51 uur de mast 604-00-9030-52701 wordt aangestraald. 604 betreft de landcode Marokko. Op 10 oktober 2020 te 00:08:58 uur wordt een mast in Maastricht, omgeving [straat 1] , aangestraald.
Uit de printertap van het telefoonnummer [telefoonnummer 8] blijkt dat op 9 oktober 2020 geen mast wordt aangestraald. Op 10 oktober 2020 te 00:09:36 uur wordt de mast op de [straat 1] te Maastricht aangestraald.
Uit de printertap van het telefoonnummer [telefoonnummer 7] blijkt dat op 9 oktober 2020 geen mast wordt aangestraald. Op 10 oktober 2020 te 00:09:31 uur wordt de mast op de [straat 1] te Maastricht aangestraald.
Uit de printertap van het telefoonnummer [telefoonnummer 12] blijkt dat op 9 oktober 2020 te 12:16 uur de mast 604-01-4451-51318795 wordt aangestraald. 604 betreft de landcode Marokko. Op 10 oktober te 00:10 uur wordt de mast 424-03-2332-34838 aangestraald. 424 betreft de landcode Verenigde Arabische Emiraten.
Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek frequente bellers [naam 25] en [naam 30] ):
In het onderzoek zijn verschillende bestelnummers bekend waarop drugs worden besteld. Op de verkeersgegevens van de bestelnummers [telefoonnummer 8] , [telefoonnummer 4] , [telefoonnummer 7] en [telefoonnummer 15] komen onder andere de volgende telefoonnummers voor: [telefoonnummer 30] en [telefoonnummer 14] . Het telefoonnummer [telefoonnummer 30] is te herleiden naar de naam [naam 30] en het telefoonnummer [telefoonnummer 14] staat op naam van [naam 25] .
Deze twee telefoonnummers komen in veelvoud en recent voor op de verkeersgegevens van de bestelnummers. De telefoonnummers bellen op verschillende tijdstippen op de dag met de bestelnummers.
In de periode van 20-03-2020 tot en met 25-11-2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 25] , [telefoonnummer 14] , 701 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 8] .
In de periode van 24-08-2020 tot en met 28-10-2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 25] , [telefoonnummer 14] , 30 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 7] .
In de periode van 09-10-2020 tot en met 19-11-2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 25] , [telefoonnummer 14] , 152 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 15] .
In de periode van 5-05-2020 tot en met 28-11 -2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 30] , [telefoonnummer 14] , 352 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 8] .
In de periode van 18-02-2020 tot en met 13-11-2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 30] , [telefoonnummer 14] , 398 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 7] .
In de periode van 10-10-2020 tot en met 16-11-2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 30] , [telefoonnummer 14] , 39 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 15] .
In de periode van 17-02-2020 tot en met 10-11-2020 heeft het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 30] , [telefoonnummer 14] , 357 keer contact met bestelnummer [telefoonnummer 4] .
Het proces-verbaal verhoor verdachte [naam 25] d.d. 14 december 2020:
V: Maar u kocht via het Toni-netwerk?
A: Ja.
[…]
M: Uit het onderzoek blijkt dat u in het bezit bent van het telefoonnummer: [telefoonnummer 14] en dat dit telefoonnummer tussen 2 oktober 2020 en 8 oktober 2020 veelvuldig contact had met de telefoonnummers [telefoonnummer 3] , [telefoonnummer 2] en [telefoonnummer 1] .
A: Dat zijn nummers als je hun moest bellen voor wat te bestellen, dan moest je hun bellen. […] Dat zijn allemaal telefoonnummers die in de loop van de tijd door hen gebruikt zijn.
Het proces-verbaal verhoor verdachte [naam 25] d.d. 15 december 2020:
V: We tonen je foto 3. Wie is de persoon op die foto?
A: Dat is hem. Tony. Ik weet zijn echte naam niet maar dat zullen jullie wel weten.
[…]
Foto 3 betreft [medeverdachte 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen (Whatsappgesprek tussen [naam 25] en [telefoonnummer 16] ):
In de twee verhoren met [naam 25] vertelde hij dat hij de dag voor het verhoor op 14 december 2020 contact heeft gehad met Tonie via een Whatsappgesprek op een telefoonnummer in Dubai ( [telefoonnummer 16] ). De gesprekken tussen [naam 25] en Tonie vinden plaats tussen 30 november 2020 en 13 december 2020
30 november 2020
[telefoonnummer 16] : Hey [naam 25] . Maatje alles goed.
[naam 25] : Wie ben je, nummer is me niet bekend?
[telefoonnummer 16] (geluidsfragment): Hé maatje [naam 25] je heb me een paar maanden niet gehoord man herken je men stem nu of niet?
[telefoonnummer 16] : Herken je mijn stem?
[naam 25] : Ben je Tony? Is dat het nummer van Dubai?
[telefoonnummer 16] (geluidsfragment): Ja [naam 25] jongen ik ben het jongen ik ben het als je me nodig hebt vanaf morgen zijn jongens weer bereikbaar ja. Stuur me naar deze nummer dan stuur ik ze naar je toe.
[naam 25] (geluidsfragment): Hé Tonie alles goed? Hier is ook [naam 34] , alles goed met je?
[telefoonnummer 16] (geluidsfragment): Ja het gaat wel man met omstandigheden maja kopje omhoog jongen. De andere jongens zijn allemaal weg (…) ook een tijdje weg.
[naam 25] (geluidsfragment): Hé hallo, het is vervelend wat gebeurd is man. We missen je. Maar uhh kwaliteit is heel slecht op het ogenblik. Echt heel slecht. Wordt tijd dat je terugkomt man.
[telefoonnummer 16] (geluidsfragment): Komt in orde jongen vanaf morgen hebben jullie weer kwaliteit, vanaf morgen.
12 december 2020
[telefoonnummer 16] : Ik heb nieuwe straks oude goede materiaal
[telefoonnummer 16] : In de namiddag
[naam 25] : Ok
[naam 25] : Laat me weten wanneer
[telefoonnummer 16] : Oke
[naam 25] : Kan je iemand langssturen
[telefoonnummer 16] : Okee
Het proces-verbaal van bevindingen (stemherkenning [medeverdachte 1] ):
Door ons verbalisanten werden geluidsfragmenten beluisterd van:
- het opgenomen telefoongesprek met Tonie en [naam 30] (sessienummer 147 van 29 september 2020. [naam 30] belt met Tonie, het drugsbestelnummer [telefoonnummer 1] , om 100 bruin te verkopen aan een “Duitser”) (p. 4022);
- het opgenomen telefoongesprek met Tonie en [naam 25] (sessienummer 36 van 27 september 2020. [naam 25] belt met Tonie, het drugsbestelnummer [telefoonnummer 1] , en vraag waar hij blijft en dat de kwaliteit slecht was de laatste keer) (p. 4054 en 4055);
- de Whatsappspraakberichten verstuurd door Tonie aan [naam 25] (een door de digitale opsporing veiliggesteld bericht van ‘Tonie’ uit de inbeslaggenomen telefoon van [naam 25] . [naam 25] heeft contact met Tonie, in Dubai, over het leveren van verdovende middelen) (p. 6665 t/m 6668);
- het getuigenverhoor van de verdachte [medeverdachte 1] uit 2017 op verzoek van Belgische autoriteiten.
Door ons werd op alle voornoemde geluidsfragmenten dezelfde stem herkend. Wij hoorde dit aan het stemgeluid, de intonatie en de woordkeuze. Wij herkende de stem als zijnde de stem van de verdachte: [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 2] 1989 te Maastricht.
De verklaring van verdachte [verdachte] , afgelegd ter terechtzitting van 4 juli 2024:
Ik deed wat er gevraagd werd. Ik weet niet hoe ik erin terecht ben gekomen. Dat is beetje bij beetje en voordat ik het wist was het te laat en is het uit de hand gelopen. Het begon met kleine dingen uithelpen. Op de actiedag was ik een paar maanden bezig. Ik zat zelf financieel moeilijk en in een zware tijd. Ik deed mensen bevoorraden, ik beheerde het geld en hield dat bij me. Ik had twee kleine kinderen dus ik was een vertrouwenspersoon. Ik had zelf niet veel te zeggen. Dat wat de politie heeft opgeschreven over mijn rol klopt wel ongeveer. Ik was er niet dagelijks mee bezig. Ik ging alleen als het nodig was. Ik kreeg te horen wat ik moest doen via een app of een belletje. Ik heb ook drugs klaargemaakt/versneden in die panden. Ik kreeg het binnen, versneed en verpakte het. Dan werd het opgehaald. Soms haalden de dealers het op, soms niet. Ik nam ook geld in ontvangst en dat nam ik mee naar mijn eigen woning. Het geldbedrag dat is aangetroffen in mijn woning is daarvan. Het totaalbedrag van € 255.510,- is van ongeveer 3 maanden. Per dag kwam er € 1.000,- tot € 3.000,- bij. Ik verstopte het geld achter de bank en het geld zou opgehaald worden. Ik deed zelf heel soms afleveringen aan de klanten. Ik ben de [straat 9] gaan schoonmaken. Het was niet de bedoeling dat dat daar zou liggen. Het pand aan de [straat 9] was er eigenlijk voor als we niks te doen hadden. Ik had een sleutel van de [straat 3] . Het klopt dat [telefoonnummer 17] mijn telefoonnummer was. Ik kende bepaalde jongens van jongs af aan. In de periode voor september 2020 was ik daar nog niet mee bezig. Het klopt dat ik in die auto ( [kenteken 1] ) heb gereden. Het klopt dat ik in het pand in de [straat 3] en het pand op de [straat 10] ben geweest. Als ik belde wist ik waar de verdovende middelen op de [straat 10] lagen.
Het proces-verbaal van observatie ( [automerk 1] [kenteken 1] op 9 september 2020):
Op 9 september 2020 stapte [verdachte] als bestuurder uit de [automerk 1] [kenteken 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen (gegevens baken [automerk 1] [kenteken 1] ):
De registratie van het baken op de auto [automerk 1] [kenteken 1] laat in de periode van 26 augustus 2020 tot en met 18 september 2020 in grote lijnen zien dat dit rond 11:00/12:00 uur actief wordt en dan tot laat in de avond vrijwel onderbroken blijft rijden in de wijken van Maastricht West. Uit eigen waarnemingen en waarnemingen van team observatie van de politie is te zien dat de Renault vrijwel altijd in de nachtelijke en vroege ochtend uren op de [adres 5] in België op de oprit geparkeerd staat. De bewoner van dit pand betreft verdachte [verdachte] .
Het baken komt vanaf 26 augustus 2020 tot het vertrek van verdachte [medeverdachte 1] uit Nederland op 18 september vrijwel dagelijks op de [straat 3] in Maastricht. Dit vrijwel dagelijkse bezoek bestaat uit meerdere bezoeken over de dag verspreid. Op het adres [adres 6] te Maastricht staat ingeschreven: [naam 31] , geboren op [geboortedatum 3] 1988 te [geboorteplaats 8] .
Uit onderzoek werd geconstateerd dat [medeverdachte 1] als bestuurder en als bijrijder optrad. Er werd ook meerdere malen waargenomen dat [medeverdachte 1] tegelijkertijd met verdachte [verdachte] in voornoemd voertuig zat.
Het proces-verbaal van bevindingen (samenvatting tapgesprekken [telefoonnummer 17] ):
In het onderzoek werd het telefoonnummer [telefoonnummer 17] – in gebruik bij [verdachte] – afgeluisterd. Het telefoonnummer [telefoonnummer 17] had veelvuldig contact met het telefoonnummer [telefoonnummer 18] , afgegeven aan [naam 31] . Bij het telefoonverkeer tussen beide nummers wordt SMS-verkeer verstuurd, waarbij informatie wordt uitgewisseld over verdovende middelen en geld: ‘Heb je me kleding kast gezien broer, alles vol bruin’, ‘Gelukt geld ligt bij laminaat gelijk links als je binnenkomt kamer’ en ‘Mtje bij mij geld ligt in keuken la’.
Het proces-verbaal van bevindingen (beschrijving beslag [verdachte] ):
Op 25 november 2020 vond op het adres [adres 5] te Lanaken (België) een doorzoeking van de woning van verdachte [verdachte] plaats. Bij deze doorzoeking werd de voor de woning geparkeerd staande personenauto van het merk [automerk 1] , kenteken [kenteken 1] inbeslaggenomen. In de woning werd een geldbedrag van € 241.370,- aangetroffen, bestaande uit bankbiljetten, gesorteerd op waarde.
Het proces-verbaal van bevindingen (wisseling IMEI-bestelnummers):
De bestelnummers [telefoonnummer 8] , [telefoonnummer 15] en [telefoonnummer 7] gaven vanaf 10 oktober 2020 weer mastgegevens in Nederland weer. De IMEI-nummers verschillen ten opzichte van de IMEI-nummers in de periode voor 19 september 2020.
Het proces-verbaal van bevindingen (opwaarderen 10 oktober 2020):
Op 10 oktober 2020 te 18:44 uur is – op de camerabeelden van het [tankstation] te Maastricht – te zien dat een persoon het tankstation binnenloopt en om 18:45 uur contant betaald aan de kassa. De persoon op de camerabeelden wordt herkend als zijnde: [naam 32] . Op de camerabeelden is te zien dat er een aankoop wordt gedaan van twee opwaardeerkaarten. Uit de verkregen klantgegevens is te zien dat op hetzelfde tijdstip twee opwaardeerkaarten worden gebruikt; een voor het telefoonnummer [telefoonnummer 1] en een voor het telefoonnummer [telefoonnummer 2] . Uit de printgegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 3] en telefoonnummer [telefoonnummer 2] bleek dat beide telefoonnummers op 10 oktober 2020 actief werden en als eerste mast, de mast gelegen op de [straat 1] te Maastricht, aanstraalden. De woonplaats, [straat 11] , van [naam 32] valt onder deze mast.
Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek mastgegevens):
In de periode van 10 oktober 2020 tot en met 19 oktober 2020 blijkt dat de bestelnummers [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 7] zowel overdag als in de avonduren en nachtelijke uren aanstralen op de zendmast gelegen aan de [straat 1] te Maastricht. Naar aanleiding van een onderzoek door het observatieteam met de IMSI-catcher op 27 oktober 2020, is vastgesteld dat de genoemde bestelnummers in het bezit zijn van verdachte [naam 32] .
Het proces-verbaal van bevindingen (tapgesprekken [naam 32] ):
De telefoon met het IMEI-nummer [IMEI-nummer] werd in de periode van 2 november 2020 tot en met 25 november 2020 opgenomen en afgeluisterd. De telefoon was op dat moment in gebruik bij [naam 32] . In de telefoon zat de simkaart met het telefoonnummer [telefoonnummer 19] . De gebruikers van de telefoonnummers waar contact mee gemaakt werd, werden aangestuurd waar zij verdovende middelen moesten afleveren en hoeveel verdovende middelen zij moesten afleveren.
Het proces-verbaal van bevindingen ( [naam 32] noemt zich Tonie vanaf 10 oktober 2020):
Van de bestelnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 2] en [telefoonnummer 3] werden in de periode van 19 november 2020 tot en met 21 november 2020 gesprekken opgenomen en afgeluisterd. Hieruit bleek dat [naam 32] degene was die de bestelnummers in gebruik had en ook daadwerkelijk de gesprekken voerde. In deze gesprekken werd [naam 32] door de beller meerdere malen ‘Tonie’ genoemd, dan wel noemde [naam 32] zichzelf ‘Tonie’.
Taplijn TA014 (sessie 93 op 21 november 2020)
[telefoonnummer 8] belt naar [telefoonnummer 20]
- [telefoonnummer 1] vraagt of alles goed is, hij zegt dat […] de jongens van hem nu ook in België bezorgen tot aan de deur.
- [telefoonnummer 20] vraagt o jullie komen nou tot België ofwat?
- [telefoonnummer 1] zegt ja die jongens werken en in Maastricht en ik heb ook twee jongens die zijn ook in België, die leveren gewoon tot aan de deur bij u, is gewoon voor dezelfde prijs, zelfde materiaal, alleen het enige wat ik vraag, minimaal voor 50 euro bestellen, dat ze niet voor minder komen
[…]
- [telefoonnummer 1] zegt […] dit is Tony waarmee je spreekt.
Taplijn TA015 (sessie 89 op 19 november 2020)
[telefoonnummer 21] belt naar [telefoonnummer 15]
- [telefoonnummer 21] : Tony, ik ben om 4 uur kwart na 4 daar. Hij moet een melkje en koffie hebben en vraagt of dat gaat. Bij de Aldi. Hij moet nog 5 euro van de week terug krijgen. Is goed. Tot dan.
Taplijn TA016 (sessie 10 op 19 november 2020)
[telefoonnummer 7] belt naar [telefoonnummer 22]
- [telefoonnummer 22] : Tony!
[…]
- [telefoonnummer 2] : Zeg, die jongens van mij die leveren, sinds vandaag komen die ook in België aan de deur bij jullie leveren he.
Het proces-verbaal van bevindingen (relaas tapgesprekken bestelnummers):
Op alle drie de telefoonnummers ( [telefoonnummer 8] , [telefoonnummer 2] en [telefoonnummer 23] ) werden alleen gesprekken gevoerd die betrekking hadden op het bestellen en leveren van verdovende middelen. Veel van de potentiële klanten zijn mensen die gebruik maken van Belgische telefoonnummers. Tijdens de gesprekken worden de afkortingen gebruikt die betrekking hebben op de hoeveelheid en soort verdovende middelen te weten: K = kleine heroïne, G = grote heroïne en M = melk = cocaïne.
Ook worden plaatsen afgesproken waar al eerder door de organisatie Tonie verdovende middelen werden afgeleverd en waar nu ook weer verdovende middelen worden afgeleverd.
In de periode van 19 en een deel van 20 november 2020 vonden ongeveer 70 gesprekken plaats waarbij leveringen van verdovende middelen plaatsvonden.
Het proces-verbaal van bevindingen (aantreffen telefoons [naam 32] ):
Op 25 november 2020 werden in de woning van [naam 32] een aantal telefoons aangetroffen: een telefoon van het merk Nokia, voorzien van een simkaart met het telefoonnummer [telefoonnummer 24] ; een telefoon van het merk Nokia, voorzien van twee simkaarten met de telefoonnummers [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] ; een telefoon van het merk Nokia, voorzien van een simkaart met het telefoonnummer [telefoonnummer 3] .
Het proces-verbaal van bevindingen (bevindingen Iphone [naam 32] ):
Uit het lopende onderzoek is te zien dat de handel in verdovende middelen van omstreeks 11:00 uur tot laat in de avond actief is. [verdachte]
(de rechtbank begrijpt [verdachte] )vraagt in Whats-app op 9 oktober 2020 te 08:03:29 uur, “Wie gaat actief vandaag", “ [bijnaam 2] ". [naam 32] antwoordt dan, “ [bijnaam 3] tot 4 uur”, [bijnaam 4] ”.
Het proces-verbaal van bevindingen (bevindingen m.b.t. baken [adres 7] Maastricht):
De [automerk 2] , kleur zwart en voorzien van het kenteken [kenteken 2] staat volgens de Rijksdienst voor Wegverkeer sinds 30 oktober 2020 op naam van verdachte [naam 32] .
[naam 32] komt vrijwel dagelijks met zijn [automerk 3] voorzien van het kenteken [kenteken 3] aan op de stash plaats aan de [adres 7] te Maastricht. Op 16 november 2020 werd door politiemedewerkers gezien dat de verdachte [naam 32] , de voordeur van de woning aan de [adres 7] opende met een sleutel en deze vervolgens binnenging.
Het proces-verbaal van bevindingen (doorzoeking [automerk 2] ):
In de [automerk 2] van [naam 32] wred een sleutelbos aangetroffen met drie sleutels. Uit nader onderzoek op het politiebureau te Maastricht bleek dat één van de sleutels op de cilinder past van de voordeur van de [adres 7] te Maastricht.
Het proces-verbaal forensisch indicatief onderzoek verdovende middelen:
Op 25 november 2020 werd in een woning gelegen aan de [adres 6] te Maastricht een hoeveelheid vermoedelijk verdovende middelen en een kluis met inhoud aangetroffen. Ik ontving 2 papieren zakken met daarin ieder 1 blokverpakking met inhoud en een in een kartonnen doos verpakte deels opengebroken kluis met inhoud.
Onderzoek blok 1 met SIN AAMP9511NL
Het nettogewicht betrof 999,48 gram (monster: SIN AANK8379NL).
Onderzoek blok 2 met SIN AAMP9512NL
Het nettogewicht betrof 874,92 gram.
Met behulp van de FirstDefender is een indicatief onderzoek uitgevoerd naar de mogelijke aard van het witte blok, hierbij werd een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Onderzoek 1 dichtgeknoopt transparant zakje met bruin poeder met brokken (SIN AAMP9605NL)
Het nettogewicht betrof 30,07 gram (monster: SIN AANK8314NL).
Onderzoek 1 dichtgeknoopt transparant zakje met daarin 15 bolletjes met bruine inhoud (SIN AAMP9601NL)
Subpartij 1, het nettogewicht betrof 6,43 gram (monster: SIN AANK8312NL),
subpartij 2, het brutogewicht betrof 47,09 gram (3 monsters: SIN AANK8311NL, SIN AANK8310NL en SIN AANK8309NL),
subpartij 3, het brutogewicht betrof 5,75 gram (monster: SIN AANK8308NL)
Onderzoek 1 open transparant zakje met witte brokken (SIN AAMP9599NL)
Het nettogewicht betrof 49,68 gram (monster: SIN AANK8307NL).
Onderzoek 1 seal met inhoud (SIN AAMP9598NL)
Het nettogewicht betrof 0,45 gram.
Met behulp van de FirstDefender is een indicatief onderzoek uitgevoerd naar de mogelijke aard van het witte poeder met brokjes, hierbij werd een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen met in de bijlagen NFI-rapporten:
AANK8379NL (blok, wit, uit 999,48 gram): bevat cocaïne.
AANK8314NL (poeder en brokjes, bruin, uit 30,07 gram): bevat heroïne.
AANK8312NL (poeder, bruin, uit 6,43 gram): bevat heroïne.
AANK8311NL (poeder, bruin, uit 47,09 gram): bevat heroïne.
AANK8310NL (poeder, bruin, uit 47,09 gram): bevat heroïne.
AANK8309NL (poeder, bruin, uit 47,09 gram): bevat heroïne.
AANK8308NL (poeder, bruin, uit 5,75 gram): bevat heroïne.
AANK8307NL (brokjes, wit, uit 49,68 gram): bevat cocaïne.
Het proces-verbaal van bevindingen (doorzoeking [adres 7] te Maastricht):
Op 25 november 2020 werd de doorzoeking geopend op de [adres 7] te Maastricht.
In de woning werd aangetroffen en inbeslaggenomen: verdovende middelen, geld (AAMP9703NL: € 11.075,-, AAMP9702NL: € 880,- en AAMP9699NL: € 2.185,-) en een wapen (een revolver Smith&Wesson met patronen).
Het proces-verbaal forensisch indicatief onderzoek verdovende middelen:
Op 25 november 2020 werd een hoeveelheid vermoedelijke verdovende middelen aangetroffen op de locatie [adres 7] te Maastricht.
Onderzoekslocatie 1
Wij zagen dat er op het bovenste boord van een weggenomen laden onder de kookplaat, welke zich in de het midden van de keuken tegen de zijwand bevond, een stoffen zakje met inhoud lag. Ik zag dat in het tasje een vuurwapen, te weten een revolver, en diverse munitie lag.
Onderzoekslocatie 2
Wij zagen dat zich aan de rechterzijde van de keuken een bovenkast met twee openstaande deurtjes bevond. Op de bovenste plank van het linker kastdeel lagen twee verpakte voorwerpen. Het betrof 1 dichtgeknoopt transparant plastic zakje met daarin bruin poeder en brokken en 1 rechthoekig bruin blok eveneens verpakt in een dichtgeknoopt transparant plastic zakje.
Onderzoek bruine poeder met brokken (SIN AAMP 9707NL)
Het nettogewicht betrof 41,90 gram (monster: SIN AANK7737NL).
Onderzoek rechthoekige bruine blok (SIN AAMP9706NL)
Het nettogewicht betrof 247,42 gram (monster: SIN AANK7738NL).
Onderzoekslocatie 3
Aan de linkerzijde van de keuken zagen wij dat in het midden van de wand een oven geplaatst was. Boven deze oven waren twee gesloten bovenkasten aanwezig en tussen deze twee gesloten bovenkasten en de oven zagen wij dat er een houten plank weggenomen was. Deze houten plank lag op het aanrecht. In de opening waarvoor de houten plank bevestigd was geweest zagen wij een diversiteit aan verpakte voorwerpen.
Onderzoek 3 verpakkingen met geld (SIN AAMP9703NL, SIN AAMP9702NL en AAMP9699NL)
Van partij met SIN AAMP9702 werd de buitenste dichtgeknoopte transparante plastic zak veiliggesteld en gewaarmerkt met SIN AAMP9701NL. Deze veiliggestelde verpakking bevatte een hoeveelheid eurobiljetten en een briefje met daarop de tekst: 24 NOV BE €890.
Onderzoek gripzakje met inhoud (SIN AAMP9698NL)
Het nettogewicht betrof 3,74 gram.
Middels een M.M.C. heroïne test is een indicatief onderzoek uitgevoerd, hiermee werd een positieve indicatie voor de aanwezigheid van heroïne verkregen.
Onderzoek 1 klein transparant plastic zakje met wit poeder en brokjes (SIN AAMP9697NL)
Het nettogewicht betrof 15,93 gram.
Door zowel de FirstDefender als de TruDefender werd een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Onderzoek 1 klein transparant plastic zakje met wit poeder (SIN AAMP9696NL)
Het nettogewicht betrof 1,10 gram.
Door zowel de FirstDefender als de TruDefender werd een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Onderzoek 1 klein transparant plastic zakje met 2 bolletjes bruin poeder (SIN AAMP9695NL)
Het brutogewicht betrof 1,54 gram.
Middels een M.M.C. heroïne test is een indicatief onderzoek uitgevoerd, hiermee werd een positieve indicatie voor de aanwezigheid van heroïne verkregen.
Onderzoek 1 klein transparant plastic zakje met wit poeder en brokjes (SIN AAMP9694NL)
Het nettogewicht betrof 10,31 gram.
Door zowel de FirstDefender als de TruDefender werd een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Onderzoek 1 middelgrote plastic zak met witte inhoud (SIN AAMP9692NL)
Het nettogewicht betrof 60,13 gram.
Door zowel de FirstDefender als de TruDefender werd een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Onderzoek 21 bolletjes wit poeder en brokjes (SIN AAMP9690NL)
Het brutogewicht betrof 13,56 gram.
Door zowel de TruDefender werd driemaal een indicatie voor de aanwezigheid van cocaïne verkregen.
Onderzoek 12 bolletjes bruin poeder (SIN AAMP9689NL)
Het brutogewicht betrof 36,99 gram.
Middels een M.M.C. heroïne test is een indicatief onderzoek uitgevoerd, hiermee werd een positieve indicatie voor de aanwezigheid van heroïne verkregen.
Onderzoek 7 dichtgeknoopte verpakkingen met bolletjes met bruine inhoud (SIN AAMP9687NL)
Subpartij 1: 36 grote bolletjes. Het brutogewicht betrof 194,22 gram.
Middels een M.M.C. heroïne test werd een indicatief onderzoek uitgevoerd, hiermee werd zevenmaal een positieve indicatie voor de aanwezigheid van heroïne verkregen.
Subpartij 2: 66 klein bolletjes. Het brutogewicht betrof 189,50 gram.
Middels een M.M.C. heroïne test werd een indicatief onderzoek uitgevoerd, hiermee werd zevenmaal een positieve indicatie voor de aanwezigheid van heroïne verkregen.
Onderzoek 4 dichtgeknoopte verpakkingen met bolletjes met witte inhoud (SIN AAMP6986NL)
48 bolletjes met wit poeder en brokjes. Het brutogewicht betrof 37,40 gram (8 monsters: SIN AANK8377NL, SIN AANK8376NL, SIN AANK9375NL, SIN AANK8374NL, SIN AANK8373NL, SIN AANK8371NL, SIN AANK8370NL en SIN AANK8369NL).
In de 4 dichtgeknoopte transparante plastic zakjes waren diverse bolletjes met witte inhoud verpakt. Geheel willekeurig zijn daarvan 2 zakjes veiliggesteld en gewaarmerkt met SIN AAMP9610NL.
Het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen met in de bijlagen NFI-rapporten:
AANK7737NL (poeder en brokjes, bruin, uit 41,90 gram): bevat heroïne.
AANK7738NL (blok, bruin, uit 247,42 gram): bevat heroïne.
AANK8377NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8376NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8375NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8374NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8373NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8371NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8370NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
AANK8369NL (poeder en brokjes, wit, uit 37,40 gram): bevat cocaïne.
Het proces-verbaal vooronderzoek lab:
Onderzoek zakje met SIN AAMP9701NL.
Wij zagen dat het een onderste deel van een leeg transparant, kleurloos kunststof zakje betrof met daarbij het bovenste gedeelte van het zakje welke geknoopt was. Wij hebben het zakje onderzocht op de aanwezigheid van dactyloscopische sporen. Ik heb de knoop van het zakje bemonsterd op mogelijke aanwezigheid van humane biologische sporen. We hebben het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met SIN AANV1634NL en verzegeld.
De deskundigenrapportage forensisch DNA-onderzoek:
Uit de bemonstering van de knoop van het zakje (AANV1634NL) is een DNA-mengprofiel verkregen afkomstig van celmateriaal van minimaal twee donoren, van wie zeker één man. Er is een DNA-hoofdprofiel van een man. De frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van [medeverdachte 3] .
Het proces-verbaal vooronderzoek lab:
Onderzoek zakjes met SIN AAMP9610NL.
Wij zagen dat het twee lege transparante, kleurloze kunststof zakjes betrof welke beide verfrommeld waren. Wij hebben de zakjes onderzocht op de aanwezigheid van dactyloscopische sporen. Hierbij zagen wij op de buitenzijde van het zakje één mogelijk bruikbaar dactyloscopisch spoor welke is veiliggesteld, gewaarmerkt en gefotografeerd onder SIN AANA3499NL.
Het proces-verbaal individualisatie dactyloscopisch spoor:
Uit een door mij ontvangen rapport Dactyloscopisch Onderzoek van de Landelijke Eenheid Dactyloscopie, blijkt dat een vergelijkend onderzoek met een dactyloscopisch spoor (SIN: AANA3499NL) heeft geleid tot individualisatie van het spoor op een persoon onder de volgende personalia: [medeverdachte 3] , geboren op [geboortedatum 4] te [geboorteplaats 8] . Adres: [adres 8] te [woonplaats] .
Het proces-verbaal relaterende een onderzoek aan de voorwerpen: één revolver en munitie:
Op 24 december 2020, heb ik een onderzoek ingesteld naar de op de [adres 7] inbeslaggenomen voorwerpen.
SIN: AAOJ8946NL, revolver, goednummer 1372097
Dit voorwerp betreft een vijf schots revolver in het kaliber .38 SPL.
Merk: Smith & Wesson
Model: 60
Kaliber: .38 S&W SPL.
Dit voorwerp is een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3, gelet op artikel 2, lid 1 categorie III sub b van de Wet Wapens en munitie.
SIN: AAMP9515NL, munitie, goednummer 1372096
Deze munitie betreft: 22 kogelpatronen in het kaliber .38 spl.
Van deze 22 kogelpatronen zijn er 19 kogelpatronen van het type Hollowpoint van 3 kogelpatronen van het type Volmantel. De 22 kogelpatronen zijn geschikt om met het in dit proces-verbaal onder SIN: AAOJ8946NL beschreven vuurwapen te worden verschoten. De Hollowpoint kogels zijn expanderende projectielen.
19 kogelpatronen Hollowpoint: dit is munitie in de zin van artikel 1 onder 4 gelet op artikel 2, lid 2, categorie II sub 4 van de Wet wapens en munitie.
3 kogelpatronen: dit is munitie in de zin van artikel 1 lid 4 Wet wapens en munitie, gelet op artikel 2, lid 2, categorie III van de Wet wapens en munitie.
Nieuw bestelnummer [telefoonnummer 25] / medeverdachte [medeverdachte 3]
Het proces-verbaal van verhoor getuige [naam 33] , d.d. 8 januari 2021:
A: Ik heb altijd heroïne van via de telefoon besteld en het werd naar mij gebracht. Er kwam niet altijd dezelfde persoon het brengen.
V: Op welk telefoonnummer bestelde u?
A: [telefoonnummer 25] .
V: Hoelang heeft u dat nummer om te bestellen?
A: Een dag of 20.
V: Heeft hij alleen bij hem gekocht?
A: Ja, een ander telefoonnummer, maar dezelfde persoon.
V: Kent u ene Tonie?
A: Tonie is hun baas.
V: Hoelang bestelde u al verdovende middelen bij Tonie?
A: 3 maanden.
V: Krijgt u nu ook nog altijd via Tonie verdovende middelen?
A: Ja, als ik bel krijg ik de verdovende middelen.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [naam 19] , d.d. 9 januari 2021:
Ik koop al drie jaar verdovende middelen bij Tonie in Maastricht. Ik heb hem lang geleden gezien. Dat was een Marokkaanse man met een kromme neus. Nu is het overgenomen door iemand anders. Die persoon is te bereiken op [telefoonnummer 25] . Ik heb de persoon die nu verkoopt niet gezien, want loopjongens leveren de verdovende middelen.
Het proces-verbaal van bevindingen (observatie en aanhouding [medeverdachte 3] ):
Op 9 februari 2021 werd het drugsbestelnummer [telefoonnummer 25] door de IMSI-catcher gemeten en thuisgebracht op het adres [adres 8] te Maastricht. Dit betreft het GBA-adres van [medeverdachte 3] . Omstreeks 12:50 uur kwam een grijskleurige [automerk 4] aanrijden, voorzien van het Nederlandse kenteken: [kenteken 4] . In deze personenauto werden twee personen gezien, enkele minuten later kwam uit de woning, [adres 8] , [medeverdachte 3] gelopen en stapte in op de bijrijdersstoel van de [automerk 4] . Vervolgens werd het voertuig gevolgd tot aan de [straat 12] te Maastricht, waar [medeverdachte 3] uit het voertuig stapte en enige tijd uit beeld van het observatieteam verdween. Omstreeks 13:28 uur zag het observatieteam voornoemde [automerk 4] weer op de [straat 12] . [medeverdachte 3] stapte weer in op de bijrijdersstoel. Het voertuig reed vervolgens via de [straat 13] naar de wijk [wijk] . Aldaar werd de [automerk 4] geparkeerd op de [straat 14] . [medeverdachte 3] stapte uit en bezocht een Theehuis genaamd [naam 29] op de [straat 14] . Toen [medeverdachte 3] terugkeerde bij de [automerk 4] en instapte werd hij door de ondersteuningsgroep omstreeks 13.54 uur aangehouden.
Op 8 februari 2021 omstreeks 21:35 uur had het voornoemde drugsbestelnummer contact met een zendmast gelegen op de [straat 15] te Maastricht, stralende in de richting van o.a. de [straat 16] . Op 9 februari 2021 tussen 12:53 uur en 13.25 uur werd meerdere malen de zendmasten gelegen aan de [straat 17] en [straat 18] te Maastricht aangestraald door het drugsbesteltelefoonnummer. Deze masten stralen in de richting van de [straat 12] (de locatie waar de verdachte was gezien door het observatieteam).
Op 9 februari 2021 tussen 13:30 en 13:40 uur was enkele malen contact met zendmasten welke stralen langs de route waar de verdachte zich verplaatste met als laatste zendmast gelegen op de [straat 20] met als straal richting de [straat 14] te Maastricht (de locatie waar de verdachte werd gezien en later werd aangehouden).
Op 9 februari 2021 te 13:53 uur straalt het drugsbesteltelefoonnummer voor het laatst een zendmast aan zijnde de voornoemde mast gelegen op de [straat 19] . Gezien het feit dat hierna geen contacten meer waren met zendmasten, ondanks dat er stealth berichten werden verstuurd naar het telefoonnummer, bestond het vermoeden dat de telefoon was uitgezet.
[medeverdachte 3] werd op 9 februari 2021 omstreeks 13:54 uur aangehouden door de ondersteuningsgroep. Er werd tussen de voeten van [medeverdachte 3] aan de bijrijderszijde van voornoemde [automerk 4] een mobiele telefoon aangetroffen. Deze stond uit. Ik belde omstreeks 13:56 uur met het drugsbestelnummer echter kreeg direct de voicemail.
Het proces-verbaal van bevindingen (aanhouding [medeverdachte 3] ):
Bij de aangehouden verdachte [medeverdachte 3] werden 4 telefoons in beslag genomen.
Een witte Iphone zat in de linker broekzak van de verdachte. Een nieuwer model zwarte Iphone zat in de rechter broekzak van de verdachte. Een ouder model zwarte Iphone zat in de linker binnen zak van zijn zwarte North Face jas. Een ouder model Nokia lag tussen de benen van de verdachte in de personenauto.
Het proces-verbaal van bevindingen (inbeslaggenomen mobiele telefoon, Nokia):
Op 9 februari 2021 werd een mobiele telefoon, Nokia, inbeslaggenomen (goednummer: 1392187).
Het proces-verbaal van bevindingen (bevraging ICCID-nummer Nokia):
In de Nokia (goednummer: 1392187) zat een simkaart van de provider T-Mobile. Op deze simkaart stond het simkaartnummer, het zogeheten ICCID-nummer. Dit betrof het nummer: [ICCID-nummer] . Na vordering bij de provider verstrekte deze het telefoonnummer en de tenaamstelling behorende bij dit ICCID-nummer. Het telefoonnummer betrof: + [telefoonnummer 25] prepaid aansluiting zonder tenaamstelling.
Het proces-verbaal vooronderzoek lab:
Goednummer : PL2300-2020038766-1392187
SIN : AAOJ9726NL
Object : Telefoon (Nokia, zwart)
Ik heb de batterij, simkaart en binnenzijde telefoon bemonsterd op mogelijke aanwezigheid van humane biologische sporen. Ik heb de sporen veiliggesteld, gewaarmerkt met SIN AAOJ8145NL (gehele batterij), AAOJ8146NL (gehele simkaart) en AAOJ8147NL (gehele binnenzijde telefoon) en verzegeld.
Deskundigenrapportage Forensisch DNA-onderzoek d.d. 25 februari 2021:
Uit de bemonstering van de gehele batterij (AAOJ8145NL) is een DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal twee donoren, van wie zeker één man verkregen. Er is een DNA-hoofdprofiel afgeleid van een man. De frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van [medeverdachte 3] .
Uit de bemonstering van de gehele simkaart (AAOJ8146NL) is een DNA-profiel van een man verkregen. De frequentie van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van [medeverdachte 3] .
Uit de bemonstering van de gehele binnenzijde telefoon (AAOJ8147NL) is een DNA-profiel van een man verkregen. De frequentie van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van [medeverdachte 3] .
Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek Iphone 12 [medeverdachte 3] ):
Bij de aanhouding van [medeverdachte 3] werden mobiele telefoons inbeslaggenomen. Onder deze telefoons bevond zich een Iphone 12. Uit het Whatsappverkeer blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnummer 26] wordt gebruikt door de telefoon. Uit het extractierapport blijkt dat er een foto van de simkaarthouder van het drugsbestelnummer (+ [telefoonnummer 25] ) is gemaakt en opgeslagen op de Iphone 12.
Uit de mobiele telefoon blijkt dat er meerdere contacten zijn welke aan het onderzoek Roca te koppelen zijn.
[telefoonnummer 16] (Aaa) (Whatsapp). Betreft een +971 nummer, behorende thuis aan de Verenigde Arabische Emiraten. Het telefoonnummer is gekoppeld aan de verdachte [medeverdachte 1] . Met dit telefoonnummer neemt [medeverdachte 1] vanuit Dubai contact op met [naam 25] , waarbij aangegeven wordt dat vanaf 1 december 2020 weer verdovende middelen kunnen worden geleverd.
[telefoonnummer 17] ( [bijnaam 5] ) (Telegram en Whatsapp). Dit betreft het telefoonnummer van verdachte [verdachte] .
In de mobiele telefoon werden notities aangetroffen. In deze notities wordt een uiteenzetting gegeven van geldbedragen en hoeveelheden verdovende middelen behorende bij locaties/namen van personen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de gebruikelijke afkortingen voor hoeveelheden en soort verdovende middelen.
Notitie van 27 januari 2021
B doekoe :5,995
Cpap : 26,105+ 28,800
C covid
11x50g
6x10g
1x10gr
1xl00gr
1x2gr
Oude m 7 15 15
Klaver 439steen en 18poeder
Lahsab
Over c
4x10gr
1x7,50gr
10x50
=547,5gr
37mtjes van covid over
45mtjes zwarte klaver straat 40m =85
Zwarte klaver 317gr steen
Groene klaver 500gr
Pap: €81,535 +€7500
B over 6bankoes osso 2straat
Notitie van 6 februari 2021
706,5 gr c
47oude m
58nieuwe m
Pap c €9,280
[bijnaam 6] : €150ope
[bijnaam 8] 10gr: €200 €150ope
[bijnaam 8] 10gr: €300 €50ope
[bijnaam 7] 50gr: €1675
[bijnaam 7] 20gr: €150 open 520 en 100
[bijnaam 9] 50gr: €1675
[bijnaam 10] 50gr: €1600
[bijnaam 11] 10gr: €350
[bijnaam 18] 10gr :€150 ope 200
[bijnaam 12] 10gr: €360
[bijnaam 13] 25gr: 875
[bijnaam 14] 15gr: €540
[bijnaam 15] 25gr: €
[bijnaam 7] 100gr: €
[bijnaam 16] 5gr: €175
[bijnaam 17] 14,5gr: €580
Pap b €13.335
[bijnaam 19]
670gr
Het proces-verbaal van bevindingen (Iphone 7 [medeverdachte 3] ):
Op 9 februari 2021 werd bij [medeverdachte 3] een Iphone 7 inbeslaggenomen. Het IMEI-nummer betreft: [nummer 1] . In deze mobiele telefoon was sinds 19 december 2020 te 19:38:45 uur de applicatie SkyECC-v2 in gebruik.
Het proces-verbaal van bevindingen (SkyECC communicatie):
De volgende Sky ID’s zijn volgens het proces-verbaal en bevindingen ROCA vermoedelijk in gebruik zijn de genoemde verdachten:
[sky ID 1] ( [nummer 2] ): [medeverdachte 1] (door inzet van IMSI-catcher en vordering verkeersgegevens gekoppeld aan [medeverdachte 1] )
[sky ID 2] ( [nummer 1] ): [medeverdachte 3]
Ten tijde van de opmaak van dit proces-verbaal zijn niet alle berichten van de SkyECC server gekraakt. Sommige weergegeven gesprekken bevatten eenzijdige communicatie. Je ziet bij het gesprek wel welke Sky ID’s deelnemen aan het gesprek.
Op 3 december 2020 vindt communicatie plaats tussen [sky ID 2] en [sky ID 1] .
Verzender: [sky ID 2] (eenzijdige communicatie)
[bijnaam 20] had dat met hem gefikst
Bro [bijnaam 20] heeft m 1000 gegeven
[bijnaam 21] kwam uit op [telefoonnummer 22] ofzo
Wat blijft dan over
Moet die boy laden
Boys zijn actief in st truiden
Hoorde k het van [bijnaam 22]
Hij zegt heb gekocht van hun ma 1ste keer in me leven dat ik me Sannie weggooi
Hij zegt met jou heb k nooit problemen al 10 jaar wat ben k blij dat je er weer bent hahahah
Deze had 2g gepakt
S lauwe clannie
Dus hij [deallocatie 2] komen
2 klanies
4K
Moet die boy
Weer laden
S ineens druk
Ja hij heeft [deallocatie 1] gedaan
Dn gaat die meteen [deallocatie 2]
[deallocatie 1] en [deallocatie 2] zijn bekende deallocaties van ‘Tony’.
Op 16 en 17 december 2020 vindt communicatie plaats tussen [sky ID 2] en [sky ID 1] .
Verzender: [sky ID 2] (eenzijdige communicatie)
Notities
15DECEMBER
Pap: €2000 30 sarf
Sannie dag: 150 45
Sannie over: 11k 2g 12m
30leef
Panks 27
30leef
35tank
25olie
Loon €135
Medeverdachte [medeverdachte 2]
Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek telefoon in beslag genomen onder vader [medeverdachte 1] ):
Op 25 november 2020, werd bij een doorzoeking aan de [adres 9] te Maastricht een mobiele telefoon in beslaggenomen. De beslagene betreft [naam 35] , zijnde de vader van [medeverdachte 1] . In de telefoon staan in de contactlijst onder andere het nummer + [telefoonnummer 27] (Source Whatsapp) onder het contact [medeverdachte 1] , [medeverdachte 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek telefoon [medeverdachte 2] ):
Bij de aangehouden verdachte [medeverdachte 2] werd een mobiele telefoon inbeslaggenomen.
Het telefoonnummer behorende bij het telefoontoestel was: + [telefoonnummer 28] . Het telefoonnummer staat op naam van [naam 36] (zijnde de vriendin van [medeverdachte 2] ) maar zou in gebruik zijn bij [medeverdachte 2] .
In de telefoon staan 7 contacten: [namen] .
Onder het opgeslagen telefoonnummer: + [telefoonnummer 27] onder de naam ‘ [naam 37] ’ wordt via Whatsapp een profielfoto getoond waarop verdachte [medeverdachte 1] te zien is. In de periode van 10 oktober 2020 tot en met 20 november 2020 heeft de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 28] een Whatsappgesprek met het opgeslagen contact ‘ [naam 37] ’ met het telefoonnummer: [telefoonnummer 27] . In dit gesprek worden diverse videofilmpjes, audiogesprekken en foto’s verstuurd.
Op 27 oktober 2020 vraagt [naam 37] aan [telefoonnummer 28] of hij nog foto’s heeft van ‘die ossotje’. [telefoonnummer 28] verstuurd hierop foto’s naar [naam 37] . Het pand op de foto’s werd door een collega herkend als zijnde het pand gelegen aan de [adres 7] te Maastricht.
Op 27 oktober 2020 stuurt [telefoonnummer 28] naar [naam 37] het volgende:
‘Broer ik heb iets gevonden assie die kost 7 tot 8 nu echte marokkaanse als we 1 st laten komen van buiten betalen we 4,7 bel mij morgen praten we erover’.
Op 28 oktober 2020 stuurt [telefoonnummer 28] naar [naam 37] :
‘Broeder dat is een partij van 100st wat ik je stuurde als we een bestellen kunnen we die hier weg doen want hier is crisis en veelste duur’ ‘En als die goed draait laat ik gelijk alles hierna toe komen’
Enkele minuten later stuurt [naam 37] een audio gesprek naar [telefoonnummer 28] :
‘Walla broeder, weet je wat die ding is, ik doe niks met assie man, walla, ik doe echt niks met assie man bro, […].
Op 29 oktober 2020 stuurt [telefoonnummer 28] naar [naam 37] :
‘Broeder je zij tegen mij ik help jou ik wou andere afdeling van jou worden denk even erover na aub beginnen klein’.
Op 9 november 2020 geeft [telefoonnummer 28] aan dat hij iets wil vragen aan [naam 37] .
‘Die [bijnaam 20] laat toch niet… daar bij water.’ ‘Als ik weet is anders’.
[naam 37] antwoord: ‘Nee bro, zover ik weet niks broer. Ik zeg hem daar niks te leggen.’ ‘En als ik daar iets doen zou ik je zeggen’ ‘Heb meerdere appartementen bro waar ik die ding doe’ ‘Wil die ossi inrichten die boys hebben geen tijd’ ‘Wil daar gewoon rust chill osso van maken’ en ‘Ik zeg je eerlijk vertrouw daar ook niet te leggen’
[telefoonnummer 28] antwoord: ‘Die andere zij tegen mij we zien hun nooit maar soms met zak naar buiten fhimt’
[naam 37] antwoord: ‘Ik ga niet iets leggen als te veel mensen van die osso weten’, ‘Nee man bro anders zou ik je zeggen toch’ ‘Daar wordt niks gemaakt of gedaan’
[telefoonnummer 28] antwoord: ‘Heb daar paar x doekoe laten tellen. Gewoon boys wat kopen daar geld laten tellen. Geen junks’.
Op 10 november stuurt [naam 37] naar [telefoonnummer 28] een zogenaamd ‘forwarded’ bericht:
[naam 37] (forwarded): ‘Ik ga vandaag alles verplaatsen na borg dat weet je dat. Jaa broer die spullen enzo ga vandaag da boven klaarmaken.’
[naam 37] : ‘Onze Afgaanse broeder. Stuurt mij dit nu net. Moet ff tijdelijk ff switchen’
Op 10 november 2020 geeft [telefoonnummer 28] vervolgens aan:
‘Broeder wollah risico voor mij dit is mijn brood fhimt als iets gebeurt ben ik alles kwijt ik maak al minder winst omdat jij 2 appartementen hebt gepakt’
[naam 37] antwoord: ‘Ik geef je wel extra’.
[…]
[telefoonnummer 28] zegt: ‘Wollah wil je ermee helpen broeder alleen ik kan je nu niet helpen met dat ik kan die eerste huis regelen voor je’ ‘Laat me weten als je de eerste huis wil gebruiken regel ik dat’.
[naam 37] : Okee ik ga je zo laten weten ben aan het rijden.
[telefoonnummer 28] zegt later tegen [naam 37] dat hij het voor hem geregeld heeft en dat hij alleen een afspraak hoeft te maken hoe en wat.
[naam 37] zegt dat dat goed is en vraagt of hij iemand langs kan sturen om te gaan kijken
[telefoonnummer 28] zegt dat dat kan en zegt: ‘Jij moet afspraak maken over papieren met hem hoe je gaat doen en als ze bezig zijn gaat hij voor staan voor veiligheid’ En vraagt vervolgens: ‘Wie gaat erna toe broer anders ga ik voor de zekerheid mee’
[naam 37] zegt: Ja die boys zijn bezig. Ik laat je weten bro’
Hierop volgt een gesprek over het wanneer gaan kijken. Hierin geeft [naam 37] aan dat het pas iets voor een week is. Dat vandaag te laat is, dat de boys hele tijd rennen en erna meteen thuis rust pakken.
Op 17 november 2020 stuurt [telefoonnummer 28] :
‘Wollah zijn geen acties dit wollah broer’ ‘Ik kom binnen ik ruik die shit ik maak middelste open ligt helemaal vol met die shit’ ‘Open en bloot’.
[…]
[telefoonnummer 28] zegt: : Maar eigenlijk, het gaat niet om junks of dit, die spul die moet ik hier niet binnen hebben, dat heb ik toch met je afgesproken. Ik zeg je ‘die ene huisje,’ ik geef je die andere huis kun je dat doen en er wordt gewoon schijt aan mij en alles ligt gewoon bloot op tafel. Nee broer, dat gaat niet man, beter niet meer man.
[…]
Vervolgens stuurt [telefoonnummer 28] : ‘Ik ga zo afghaan eerste huis laten zien saff bro’ ‘Waar ze chill dat elke keer kunnen doen dan’.
[…]
[naam 37] stuurt naar [telefoonnummer 28] dat hij zich niet druk moet maken en ‘Dat is geen drugs’
[…]
[telefoonnummer 28] stuurt vervolgens naar [naam 37] :
‘Precies zoals alles daar ligt broer je ziet net als adres toch ik heb die andere huis ernaast geregeld zodat we alles netjes doen’ ‘Deze pand moet open blijven zodat we nog kunnen werken’.
[naam 37] : ‘1 deze dagen moet je met hem gaan, met mij hoef je daar niet druk om te maken a sahbe’.
[telefoonnummer 28] stuurt naar [naam 37] : Hij komt zo na mij toe doen we dat opruimen dat laat ik hem alles zien snel’ ‘Ik weet ik denk aan mijn brood en aan die van jou bro’
[naam 37] : ‘Safe bro’.
[telefoonnummer 28] : ‘Bro [bijnaam 23] heeft alles gezien je moet alleen afspreken hoe vaak en tamam saffi broer’ ‘Veiliger kan ik het niet maken voor jou’.
Vervolgens hebben [naam 37] en [telefoonnummer 28] op 17 november 2020 een gesprek over een pand(en)/paardenstal waar ze samen tot een bedrag proberen te komen of waarvan [telefoonnummer 28] een percentage wilt krijgen. Diverse ‘huurprijzen’ worden genoemd en er wordt besloten dat [naam 37] dat wekelijks gaat betalen. [naam 37] wil het liefst een maandelijks bedrag geven en komen wanneer het moet, dat hij soms een kleine sessie tussendoor heeft van max 2 uur werk. [naam 37] zegt tegen [telefoonnummer 28] dat hij toch ziet hoe ‘de boys’ zijn, rustig, dat ze binnen blijven tot ze klaar zijn en alles wegnemen. Dat ze niks daar laten behalve oven, zand en bak. Over waar/welk pand te gaan werken en waar te ‘chillen.’ Ze hebben het over panden die [naam 37] wel/niet wil en over de duur van gebruik. Tevens heeft [telefoonnummer 28] het erover dat hij zijn broer nodig heeft, die houdt alles voor hem in de gaten zodat er geen problemen komen.
Het opgeslagen telefoonnummer [telefoonnummer 29] onder de naam ‘ [bijnaam 23] ’ is in gebruik bij verdachte [verdachte] . In de periode van 22 september 2020 tot en met 20 november 2020 heeft de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 28] een Whatsappgesprek met ‘ [bijnaam 23] ’.
Op 26 oktober 2020 stuurt [telefoonnummer 28] naar ‘ [bijnaam 23] ’:
‘Broer huisbaas komt om 5 uur even hij moet fotos maken van de pand. Kun je dan de deur even open laten’.
[bijnaam 23] : ‘Ja is goed broer doe ik’.
[telefoonnummer 28] : ‘Broer die van middelste verdieping ook aub hij komt tussen 5 en 6 10 min erna kun je weer dicht doen bro’.
[bijnaam 23] vraagt of [telefoonnummer 28] er ook is, anders had hij aan hem de sleutel gegeven.
[telefoonnummer 28] antwoordt dat hij er gaat proberen te zijn. Hij geeft aan dat hij ‘die tweeling net gebeld heeft en dat de [bijnaam 23] de sleutel aan hen kan geven en als de huisbaas klaar is met foto’s maken [telefoonnummer 28] de sleutel terugbrengt naar [bijnaam 23] .
[bijnaam 23] zegt dat ‘die [bijnaam 20] ’ de sleutels heeft.
Verder gaat de gehele conversatie over hoe lang de ene nog bezig is en dat de ander aan het ‘water’ is.
Op 17 november 2020 vraagt [telefoonnummer 28] aan [bijnaam 23] :
‘Broer kun je 100e gooien bij mij aub’.
Het proces-verbaal van bevindingen (samenvatting tapgesprekken [telefoonnummer 17] ):
In het onderzoek werd het telefoonnummer [telefoonnummer 17] afgeluisterd. Uit onderzoek bleek dat het telefoonnummer in gebruik was bij [verdachte] .
Het telefoonnummer [telefoonnummer 17] heeft contact met het telefoonnummer + [telefoonnummer 28] . Het nummer is afgegeven aan [naam 36] . Zij heeft twee kinderen, waarvan de vader is: [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 5] te Maastricht. Uit de politie-administratie blijkt dat [medeverdachte 2] in april en juni 2020 op het adres [adres 7] te Maastricht verbleef.
Uit de printgegevens blijkt dat [verdachte] in de periode van 22 september 2020 tot en met 26 oktober 2020 meerdere malen contact heeft gehad met dit telefoonnummer.
TAO11 (sessienummer 13698 op 17 november 2020)
- [telefoonnummer 28]
Ik zeg ik regel jou die eerste huis, ik heb nog die eerste huis voor jullie geregeld als jullie iets moeten doen, snap je? Maar wat doen jullie, jullie brengen alles naar mijn huis hierzo man.
[…]
Ik maak open broer, ik zie alles open en bloot gewoon man.
[…]
Ik heb met [naam 38] afgesproken tegelijkertijd, ik zeg luister, hij vroeg mij die shit. Ik zeg broer ik wil dat niet daarbinnen bij mij. Ik zeg luister, ik geef jou die eerst huisje, gelijk daarnaast … dingewordtn. Ik geef je die eerst huisje, dat jij daar die shit kan doen en toch vind ik die shit hier.
[…]
De eerste huis, die heb ik ter beschikking voor dat.
[…]
Nee, nee nee nee nee, kijk je hebt toch drie huiz… uhhh deze waar jij nu inzit is het derde huis toch?
- [naam 39] zegt tussendoor: Ja, oke. Heb je nog meer?
- [telefoonnummer 28]
Je moet die eerste huis, bij die pad gelijk, de eerste huis […]
[…], met [naam 38] afgesproken dat jullie een chille plaats hebben.
[…] Snap je, en dan ga ik echt niet die huur vragen die ik jullie nu vraag pik.
Feiten 1, 2, 3 en 5
Deelname criminele organisatie, uitvoer van, handel in en aanwezig hebben van heroïne en cocaïne en voorhanden hebben van een vuurwapen en munitie.
De rechtbank zal deze vier tenlastegelegde feiten gezamenlijk bespreken.
Juridisch kader
Van
deelnemingaan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Wetboek van Strafrecht (Sr) kan slechts dan sprake zijn als de verdachte behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in gedragingen dan wel gedragingen ondersteunt die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk, namelijk het plegen van misdrijven.
Het is niet vereist dat vast komt te staan dat de verdachte heeft samengewerkt met, of in ieder geval bekend is met alle andere personen die deel uitmaken van de organisatie of dat de samenstelling van het samenwerkingsverband steeds dezelfde is. De deelneming moet voor de verdachte op zichzelf worden beoordeeld. Het is dus bijvoorbeeld niet van belang of andere personen meer hebben gedaan of een belangrijkere rol vervulden dan de betrokkene.
Voor deelneming is voldoende dat de verdachte in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. De verdachte hoeft geen wetenschap te hebben van één of meer concrete misdrijven die door de organisatie worden beoogd.
Van een
organisatieals bedoeld in artikel 140 Sr is sprake als het gaat om een samenwerkingsverband, met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen de verdachte en ten minste één andere persoon.
Het gaat bij het misdrijf van artikel 140 Sr niet om het daadwerkelijk gepleegd zijn van misdrijven, maar om het
oogmerktot het plegen van misdrijven. Daarbij kan onder meer betekenis toekomen aan misdrijven die in het kader van de organisatie al zijn gepleegd, aan het meer duurzaam of gestructureerde karakter van de samenwerking – zoals dat kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie – en, meer algemeen, aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie.
Aan de hand van de bewijsmiddelen stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
Werkwijze
Sinds 2015 was binnen Maastricht en omgeving een drugsnetwerk actief dat ‘Toni’ heette.
Het netwerk had meerdere dealers in dienst die gebruikers in Maastricht, maar vooral ook Belgische gebruikers, van heroïne en cocaïne voorzag. Tevens leverde het netwerk aan huis in België. Binnen dit netwerk werd gebruik gemaakt van verschillende telefoonnummers via welke nummers de kopers hun bestellingen konden doorgeven. Dit betroffen onder andere de telefoonnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 15] , [telefoonnummer 2] , [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 5] . Tientallen jonge dealers werden dagelijks op pad gestuurd met Nokia telefoons. In de inbeslaggenomen telefoons van kopers en verkopers werden afkortingen aangetroffen die betrekking hadden op soorten en hoeveelheden verdovende middelen en dealplekken. Uit verklaringen van diverse dealers bleek dat zij onder druk waren gezet om voor Toni te werken, vanwege ontstane schulden. Uit de inbeslaggenomen telefoons kon ook worden opgemaakt dat onderling werd afgesproken wie die dag voor Toni zou werken. Het netwerk maakte gebruik van tussenpersonen die zorgden voor de bevoorrading en financiën en de besteltelefoons beheerden. Tevens werden overzichten bijgehouden met hoeveelheden (grammen), bedragen, namen, inkomsten en uitgaven. Ook had de organisatie de beschikking over meerdere panden van waaruit de handel werd gedreven. Dit betroffen de panden aan de [adres 6] in Maastricht, zijnde de woning van medeverdachte [naam 31] , en de [adres 7] in Maastricht. In deze panden werden grote hoeveelheden heroïne en cocaïne aangetroffen.
Organisatie
Deze werkwijze impliceert een bepaalde mate van organisatie, structuur en taakverdeling. [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] , [verdachte] , [medeverdachte 2] , maar ook [naam 32] en [naam 31] hebben zich in het belang van het doel van de organisatie, namelijk zo veel mogelijk geld verdienen, jarenlang beziggehouden met de export van en handel in harddrugs. Ieder had binnen de organisatie zijn eigen taak, zoals hierna uiteen zal worden gezet. Zij hebben daarbij nauw en bewust samengewerkt. Derhalve is er naar het oordeel van de rechtbank sprake geweest van een criminele organisatie zoals bedoeld in artikel 140 Sr.
Hierna zal de rechtbank per verdachte uiteenzetten waar zijn rol uit blijkt.
Medeverdachte [medeverdachte 1]
Oprichter
[naam 23] herkent de persoon op de foto die aan hem wordt getoond als zijnde Toni.
De rechtbank merkt hierbij op dat bij deze foto niet gerelateerd is wie de persoon op de foto is. Dit is echter dezelfde foto die aan [naam 25] is getoond en waarbij staat vermeld dat het [medeverdachte 1] betreft. Hieruit volgt naar het oordeel van de rechtbank dat [naam 23] heeft herkend als zijnde Toni.
Verder merkt de rechtbank over deze herkenning het volgende op.
De herkenning van [medeverdachte 1] door [naam 23] heeft plaatsgevonden op basis van een zogenoemde enkelvoudige fotoconfrontatie. De rechtbank stelt voorop dat bij het gebruik van de enkelvoudige fotoconfrontatie als bewijsmiddel grote behoedzaamheid is geboden. Dat een herkenning heeft plaatsgevonden op basis van een enkelvoudige fotoconfrontatie leidt er niet, althans niet zonder meer, toe dat die herkenning niet voor het bewijs kan worden gebruikt. Uitgangspunt is dat de resultaten van een rechtmatige enkelvoudige confrontatie voor het bewijs kunnen worden gebruikt, ongeacht de over het algemeen bestaande voorkeur voor het hanteren van een meervoudige confrontatie, en ongeacht het belang van de confrontatie in het geheel van de bewijsvoering (vgl. ECLI:NL:HR:2001:AB3244). De rechtbank stelt dienaangaande vast dat de bij de onderhavige confrontatie gevolgde werkwijze volgens de rechtbank geenszins onverenigbaar is met een eerlijke procesvoering. Immers, de omstandigheden waaronder de confrontatie aan de getuige is aangekondigd en vervolgens heeft plaatsgevonden, waren niet zodanig dat zij strekten tot beïnvloeding van deze getuige met het oog op de door hem af te leggen verklaring. Daarnaast geldt dat bestendige jurisprudentie bepaalt dat het aan de rechter die over de feiten oordeelt, is voorbehouden om binnen de door de wet getrokken grenzen, van het beschikbare materiaal datgene tot bewijs te bezigen wat deze uit het oogpunt van betrouwbaarheid daartoe dienstig voorkomt en terzijde te stellen wat hij voor het bewijs van geen waarde acht (vgl. o.a. ECLI:NL:HR:2006:AU9130 en ECLI:NL:HR:2021:1413). Voor wat betreft de betrouwbaarheid van de herkenning stelt de rechtbank dat daaraan in de eerste plaats bijdraagt dat de getuige bij de fotoconfrontatie heeft aangegeven dat hij zonder enige twijfel [medeverdachte 1] voor 100% herkent. Daarnaast draagt in zijn algemeenheid aan de betrouwbaarheid van de uitgevoerde confrontatie bij dat de getuige langere tijd te maken had met [medeverdachte 1] . Ten slotte acht de rechtbank op dit punt van belang dat de enkelvoudige herkenning in de onderhavige zaak als ondersteuning dient van het al aanwezige bewijs. Er is derhalve meer. Zo staan in de telefoon van [naam 23] de bestelnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 15] en [telefoonnummer 2] . [naam 23] verklaart dat Toni voor zichzelf is begonnen en hem toen deze drie telefoonnummers heeft gegeven. Al vanaf 2015 zijn deze bestelnummers gebruikt om verdovende middelen te bestellen, zo blijkt uit de vele kopers die zijn gehoord, waaronder [naam 1] die op 6 februari 2015 wordt aangehouden en verklaart te kopen bij Toni op het bestelnummer [telefoonnummer 1] . Uit de verklaringen van alle 51 aangehouden kopers over de periode van 2015 tot en met 2020 blijkt dat zij bestelden bij ‘Toni’ op een van de hiervoor genoemde nummers. Ook verklaren sommige kopers over Toni als zijnde een Marokkaanse man met een smal postuur en een grote kromme neus, welk signalement past bij [medeverdachte 1] .
Leider
In de jaren die hierop volgen beheert [medeverdachte 1] zelf de bestellijnen, maar heeft hij ook steeds meer een leidinggevende functie binnen de organisatie. Dit blijkt onder meer uit de verklaring van [naam 43] die in 2016 verklaart dat het netwerk Toni geleid wordt door [medeverdachte 1] , het gesprek van [medeverdachte 1] met [naam 25] op 30 november 2020 waarin [medeverdachte 1] aangeeft dat dat
zijnjongens vanaf morgen weer bereikbaar zijn en weer kwaliteit hebben en uit de verklaring van [naam 42] die in 2021 verklaart dat Toni de baas is.
Dat de verdachte een leidende rol had blijkt ook uit notities die sterk lijken op een boekhouding, waarin inkomsten en uitgaven zoals tanken, leefgeld en beltegoed worden bijgehouden. Deze notities zijn aangetroffen in de telefoon van [naam 32] en [naam 44] en dezelfde soort notities zijn in december 2020 via Sky-ECC door [medeverdachte 3] aan [medeverdachte 1] verzonden.
Hieruit leidt de rechtbank af dat door leden van de organisatie aan [medeverdachte 1] verantwoording diende te worden afgelegd over de inkomsten en uitgaven van de handel in verdovende middelen. Ook vanuit het buitenland, Marokko en de Verenigde Arabische Emiraten, geeft [medeverdachte 1] leiding aan de organisatie.
Zelfs na de actiedag, op 25 november 2020, waarop [naam 32] , [naam 31] , [verdachte] en [medeverdachte 2] worden aangehouden, zet [medeverdachte 1] als hij in Marokko en de Verenigde Arabische Emiraten verblijft, samen met de dan nog niet aangehouden [medeverdachte 3] , zijn criminele activiteiten voort. Dit blijkt uit de contacten die [medeverdachte 1] na 25 november 2020 heeft met [naam 25] en de nieuwe bestellijn die vanaf die datum door [medeverdachte 3] wordt beheerd.
Medeverdachte [naam 32]
Tot oktober 2020 beheerde [medeverdachte 1] zelf de hiervoor genoemde bestelnummers. Hierna is [naam 32] degene die de bestellijnen beheert. Hij wordt in de gesprekken en berichten Toni genoemd, noemt zichzelf Toni en zijn stem wordt in die gesprekken herkend.
Hij laat op 21 november 2020 weten dat hij ook jongens in België heeft die leveren tot aan de deur. Hieruit volgt naar het oordeel van de rechtbank dat [naam 32] dealers aanstuurt om in België te leveren. [naam 32] fungeert zodoende als een tussenpersoon tussen de straatdealers en de leider van de organisatie. Dit blijkt onder meer uit het gesprek dat hij op 9 oktober 2020 heeft met [verdachte] en waarin [verdachte] vraagt: “wie gaat vandaag actief” en waarop [naam 32] antwoordt “ [bijnaam 3] tot 4 uur en [bijnaam 4] ”. De sleutel van de [adres 7] ligt in zijn auto. Ook volgt zijn rol uit het feit dat hij degene is die opwaardeerkaarten koopt en daarmee de bestelnummers [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] opwaardeert. Ook bezoekt hij vanaf 25 oktober 2020 bijna dagelijks het pand aan [adres 7] in Maastricht.
Verdachte [verdachte]
Uit de bewijsmiddelen alsmede uit zijn verklaring ter terechtzitting volgt dat [verdachte] degene was die het geld en de voorraad verdovende middelen beheerde. Hij nam de verdovende middelen in ontvangst en versneed deze in beide panden, [adres 6] en [adres 7] te Maastricht. Daarna verpakte hij ze en gaf de pakketjes mee aan de straatdealers. Als zij terugkwamen van hun dienst gaven zij hun verdiende geld af aan [verdachte] die dit vervolgens naar zijn huis in Lanaken bracht, waarna het daar weer door derden werd opgehaald. Over het totaalbedrag van € 255.510,- heeft [verdachte] verklaard dat dit de opbrengst was van de handel in verdovende middelen gedurende ongeveer drie maanden.
Medeverdachte [medeverdachte 3]
is degene die, na de actiedag op 25 november 2020 waarop de medeverdachten werden aangehouden en de panden werden doorzocht, het nieuwe bestelnummer [telefoonnummer 25] in beheer heeft. Dat dit telefoonnummer aan [medeverdachte 3] toebehoorde leidt de rechtbank af uit het feit dat dit nummer behoorde bij de Nokia telefoon die wordt aangetroffen bij zijn aanhouding op 9 februari 2021, dat zijn DNA wordt aangetroffen op de batterij en het simkaartje in deze telefoon en het feit dat dit telefoonnummer op 17 december 2020 en op 21 januari 2021 dezelfde routes aflegt als [medeverdachte 3] .
Op dit nieuwe telefoonnummer konden kopers weer verdovende middelen bestellen. Dit blijkt uit de verklaring van [naam 19] die op 9 januari 2021 verklaart dat hij al drie jaren bij Toni koopt en dat het nu is overgenomen door iemand anders die te bereiken is op het nummer [telefoonnummer 25] en uit de verklaring van [naam 42] op 8 januari 2021 die verklaart dat hij dit telefoonnummer belde om verdovende middelen te bestellen. Hij had het nummer [telefoonnummer 25] sinds 20 dagen. Voorheen belde hij een ander nummer.
Tevens zijn in de keuken van het pand aan de [adres 7] te Maastricht DNA-sporen en vingerafdrukken van de verdachte aangetroffen op zakjes geld en is een vingerafdruk van hem aangetroffen op een van de zakjes cocaïne.
Medeverdachte [medeverdachte 2]
Vanaf 27 oktober 2020 is er contact tussen de telefoonnummers van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] .
De rechtbank kan deze telefoonnummers in verband brengen met deze verdachten omdat het telefoonnummer [telefoonnunner] wordt aangetroffen in de telefoon die [medeverdachte 2] bij zijn aanhouding bij zich heeft en bij het contact [naam 37] in zijn telefoon een foto van [medeverdachte 1] staat.
Tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] is op 27 oktober 2020 contact waarin [medeverdachte 1] vraagt om foto’s van een ‘ossotje’. Het is een feit van algemene bekendheid dat ‘osso’ straattaal is voor huis. [medeverdachte 2] stuurt vervolgens foto’s van het interieur van het pand aan de [adres 7] in Maastricht. Vervolgens heeft [medeverdachte 2] het over ‘assie’ die hij gevonden heeft. Het is een feit van algemene bekendheid dat ‘assie’ straattaal is voor hasj. Vervolgens stuurt [medeverdachte 2] ook een foto van iets dat lijkt op een pakket hasj. [medeverdachte 1] geeft op 28 oktober 2020 aan dat hij niks doet met ‘assie’. Uit het bericht dat [medeverdachte 2] op 29 oktober 2020 naar [naam 37] stuurt blijkt dat [medeverdachte 2] onderdeel wil uitmaken van de organisatie van [medeverdachte 1] .
Op 9 november 2020 geeft [medeverdachte 1] aan dat hij meerdere appartementen heeft waar hij dingen doet. Hij wil het huis waar hij naar op zoek is inrichten als chillplek. [medeverdachte 1] belooft [medeverdachte 2] dat hij er niets gaat leggen, geen junkies, alleen daar geld laten tellen. Vervolgens is uit de berichten op 10 november 2020 af te leiden dat [medeverdachte 2] daadwerkelijk een pand geregeld heeft voor [medeverdachte 1] . Op 17 november 2020 merkt [medeverdachte 2] dat in dit pand toch drugs liggen en geeft hij [medeverdachte 1] te kennen dat dit niet de afspraak was. Op 25 november 2020 worden in het pand aan de [straat 10] verdovende middelen aangetroffen. Hieruit concludeert de rechtbank dat [medeverdachte 2] het pand aan de [straat 10] heeft geregeld voor [medeverdachte 1] zodat hij het als ‘chillplek’ voor ‘zijn jongens’ kon gebruiken. Uiteindelijk is dit pand gebruikt als stashplek en om vanuit daar handel te drijven in verdovende middelen.
Conclusie wat betreft feiten 1, 2, 3 en 5
Ten aanzien van de feiten 1 en 3 is een periode in de tenlastelegging opgenomen van
1 januari 2015 tot en met 25 november 2020. De raadsman heeft bepleit om niet de gehele periode aan [verdachte] toe te rekenen, maar slechts vanaf september 2020. De rechtbank ziet dat de verdachte in de periode voorafgaand aan september 2020 (veelvuldig) contact heeft met enkele medeverdachten, maar dit is onvoldoende om te stellen dat hij daarmee lid was van de criminele organisatie of dat hij samen met hen handel dreef in verdovende middelen.
Wel acht de rechtbank, op grond van zijn eigen verklaring en het feit dat hij vanaf 9 september 2020 diverse malen optreedt als bestuurder van de [automerk 1] van [medeverdachte 1] en veelvuldig het pand aan de [adres 6] in Maastricht bezoekt, bewezen dat hij vanaf die datum deel heeft genomen aan de criminele organisatie Toni en dat hij zich samen met de medeverdachten schuldig heeft gemaakt aan de export van en handel in verdovende middelen en het aanwezig hebben van de voorraden verdovende middelen in beide panden op 25 november 2020. De rechtbank acht ook de export bewezen nu enerzijds uit de bewijsmiddelen blijkt dat de organisatie in België drugs bezorgde aan huis en anderzijds de clientèle van de organisatie grotendeels bestond uit mensen die woonachtig waren in België en die de drugs terug over de grens mee namen naar huis. In dat laatste geval is naar het oordeel van de rechtbank sprake van zogenaamde verlengde uitvoer.
De rechtbank merkt nog het navolgende op. Niet alle zakjes verdovende middelen aangetroffen in het pand aan de [adres 7] in Maastricht zijn door het NFI getest op de aanwezigheid van heroïne of cocaïne. Wel zijn zij door de politie onderworpen aan een indicatieve test die in alle gevallen positief was op heroïne dan wel cocaïne. De overige partijen aangetroffen verdovende middelen zijn wel door het NFI getest en positief bevonden op de aanwezigheid van heroïne dan wel cocaïne. Alle zakjes verdovende middelen werden aangetroffen in dezelfde ruimte, namelijk in de keuken, in een kastje en achter een plank tussen de oven en de bovenkasten. Dit maakt dat de rechtbank van oordeel is dat ook op basis van deze indicatieve testen, in combinatie met de resultaten van de testen door het NFI, alle aangetroffen zakjes verdovende middelen heroïne dan wel cocaïne bevatten.
Over het
voorhanden hebben van het aangetroffen wapen en de munitiestelt de rechtbank het volgende voorop.
Voor een veroordeling van het voorhanden hebben van een wapen of munitie is vereist dat de verdachte het wapen of de munitie bewust aanwezig had. De in de rechtspraak van de Hoge Raad in dit verband gebruikte aanduiding van "een meerdere of mindere mate van bewustheid" (vgl. o.a. ECLI:NL:HR:2020:504) geeft aan dat de verdachte zich bewust was van de (waarschijnlijke) aanwezigheid van het wapen of de munitie, zonder dat die bewustheid zich hoeft uit te strekken tot de specifieke eigenschappen en kenmerken van het wapen of de munitie of tot de exacte locatie van dat wapen of die munitie. Voor het bewijs van dergelijke bewustheid geldt dat daarvan ook sprake kan zijn in een geval dat het niet anders kan dan dat de verdachte zulke bewustheid heeft gehad. Voorts vergt het aanwezig hebben van een wapen of munitie dat de verdachte feitelijke macht over het wapen of de munitie kan uitoefenen in de zin dat hij daarover kan beschikken. Daarvoor hoeft het wapen of de munitie zich niet noodzakelijkerwijs in de directe nabijheid van de verdachte te bevinden. Door de raadsman is betoogd dat de verdachte de wetenschap noch de beschikkingsmacht had over het wapen, nu meerdere personen toegang hadden tot het pand, het wapen verstopt lag onder de kookplaat en de organisatie Toni niet bekend stond om gewelddadig optreden.
Uit de verklaring van [verdachte] blijkt dat hij in het pand aan de [straat 10] drugs versneed, dat hij wist waar in dat pand drugs lag als hij een belletje kreeg en dat hij het pand heeft schoongemaakt omdat het niet de bedoeling was dat daar iets lag, maar dat ze daar juist kwamen om uit te rusten. Op grond van die verklaring stelt de rechtbank vast de [verdachte] veelvuldig in het pand aan de [straat 10] kwam en de zaken daar, samen met [naam 32] , heeft beheerd. Het is een feit van algemene bekendheid dat grote en kostbare partijen verdovende middelen vaak beschermd worden met behulp van wapens. De rechtbank acht het niet aannemelijk dat de verdachte wel op de hoogte was van de (in de keuken verborgen) verdovende middelen maar niet van het (eveneens in de keuken verborgen) wapen en de munitie. De rechtbank is dan ook van oordeel dat het niet anders kan dan dat de verdachte op de hoogte moet zijn geweest van de aanwezigheid van het wapen en de munitie en daar ook, in zijn rol als beheerder van de voorraad, de beschikkingsmacht over had.
Zodoende heeft de verdachte zich eveneens schuldig gemaakt aan het samen met anderen voorhanden hebben van het wapen en de munitie aangetroffen in het pand aan de [adres 7] .
Witwassen
De officier van justitie heeft betoogd dat niet vast te stellen is wat de herkomst van de aangetroffen geldbedragen is. De rechtbank volgt deze redenering niet en concludeert op grond van de bewijsmiddelen dat de geldbedragen direct afkomstig waren van de handel in verdovende middelen. De geldbedragen zijn immers aangetroffen in het pand waar verdachte [verdachte] woonachtig was (€ 241.370,-) en in het pand aan de [adres 7] in Maastricht (€ 14.140,-) in de keuken, in de directe nabijheid van de verdovende middelen, namelijk in een ruimte tussen de oven en de bovenkastjes. [verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat het totaalbedrag van € 255.510,- de opbrengst betrof van de handel in verdovende middelen gedurende ongeveer drie maanden.
Hieruit volgt dat de beide geldbedragen afkomstig waren van de handel in harddrugs door de organisatie Toni. De rechtbank moet vervolgens de vraag beantwoorden of de aanwezigheid van deze geldbedragen een bewezenverklaring voor witwassen, subsidiair eenvoudig witwassen oplevert.
Primair, witwassen
De verdachte heeft geen handelingen verricht die hebben bijgedragen aan het verbergen of verhullen van de criminele herkomst van het geld. Het aantreffen van het geld achter een plank tussen de oven en de bovenkasten in de keuken in het pand aan de [straat 10] en het aantreffen van het geld achter de bank in de woning van [verdachte] , voldoet niet aan het vereiste verhullingselement. Derhalve kan niet bewezen worden dat er sprake is geweest van witwassen als bedoeld in artikel 420bis Sr, zoals aan de verdachte primair wordt verweten.
Subsidiair, eenvoudig witwassen
Wel acht de rechtbank op grond van vorenstaande het aan de verdachte subsidiair verweten, het eenvoudig witwassen, 420bis.1 Sr, wettig en overtuigend bewezen. Hij heeft deze geldbedragen samen met anderen verworven en voorhanden gehad terwijl hij wist dat deze van enig eigen misdrijf afkomstig waren, namelijk de handel in verdovende middelen.