Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.Het verloop van de procedure
3.De vordering van de Gemeente en de standpunten van partijen
4.De feiten die vaststaan
de tussen koper en verkoper lopende huurovereenkomsten die betrekking hebben op de commerciële ruimtes van het verkochte, worden per de datum van de akte van overdracht met wederzijds instemming beëindigd. Koper dient ervoor zorg te dragen dat op dat moment aan alle huurverplichtingen is voldaan”.
het gekochte was tot vandaag bij koper als huurder in gebruik. Deze huur eindigt van rechtswege door vermenging. Verkoper en koper hebben met betrekking tot de aldus geëindigde huur niets meer van elkaar te vorderen. Een eventueel gestorte huurwaarborgsom is ter gelegenheid van de koop afgerekend. Het zelfde geldt voor eventueel verschuldigde of vooruitbetaalde huurtermijnen”.
5.De beoordeling
verkoper verleent koper kwijting voor de betaling van de hiervoor vermelde koopprijs. Verder verlenen verkoper en koper elkaar voor zover van toepassing kwijting voor de overige bedragen die als gevolg van de koopovereenkomst en deze levering verschuldigd zijn”. De daar geformuleerde kwijting is naar het oordeel van de kantonrechter niet relevant voor de vraag of de hier in deze procedure nog de aan de orde zijnde huur verschuldigd is. De op pagina 10 genoemde kwijting spreekt namelijk specifiek over de koopsom en de bijkomende kosten. Het gaat daarbij duidelijk niet over iets anders, zoals de huur.
verkoper en koper hebbenmet betrekking tot dealdus geëindigdehuur niets meer van elkaar te vorderen. Een eventueel gestorte huurwaarborgsom is ter gelegenheid van de koopafgerekend. Het zelfde geldtvoor eventueel verschuldigdeof vooruitbetaaldehuurtermijnen” [1] .
alles overziende moeten er echt nog té veel dingen gebeuren, de risico’s stapelen zich op en zorgvuldigheid gaat in deze boven snelheid. (..) Het zorgvuldig uitwerken van een degelijke vastgoedtransactie is een hele kluif (..)”.Met andere woorden: de Gemeente hechtte veel waarde aan zorgvuldigheid. Door dat uitdrukkelijk en herhaald te benoemen, wekte zij de verwachting dat zij zorgvuldig te werk zou gaan in hetgeen nog geregeld en uitgezocht moest worden.
de openstaande postenlijst” zou sturen. De Gemeente ging er toen van uit dat er nog € 140.000,00 aan huur over het jaar 2020 openstond. In het verslag van de daaropvolgende bespreking van 18 februari 2021 is vermeld dat er vanaf 1 januari 2021 geen huurfacturen meer zijn gestuurd in afwachting van een collegebesluit daarover in verband met de actuele coronasituatie en een te nemen generiek besluit daarover. Daarbij is gemeld dat sprake is van een huurachterstand over 2020 (”
zie overzicht”). Daarbij schrijft de Gemeente: “
Dit zal nog afgerekend dienen te worden voor de akte van levering,
[de eigenaar] gaat de bedragen controleren, indien alles klopt zal hij dit betalen” [7] . Dat overzicht is niet in deze procedure overgelegd, maar wel de brief die dateert van (pas) 22 juli 2021 [8] . De Gemeente gaf daarin aan dat er nog € 295.052,03 aan huur openstond. Vast staat dat dit bedrag en de gedeeltelijke huur voor augustus 2021, vóór het passeren van de akte door Fooddrôme is voldaan. Naderhand bleek dat in dat bedrag niet de in artikel 20 van de huurovereenkomst vermelde huurverhogingen waren opgenomen.
koper dient ervoor zorg te dragen dat op dat moment aan alle huurverplichtingen is voldaan” en gesteld dat artikel 18.6 van de toepasselijke algemene bepalingen aangeeft dat “
een geïndexeerde huurprijs is opeisbaar verschuldigd, ook al wordt van de aanpassing aan huurder geen afzonderlijke mededeling gedaan”. Het beroep daarop leidt niet tot een ander oordeel van de kantonrechter, omdat Fooddrôme expliciet heeft gevraagd naar wat zij nog moest betalen aan huur en de Gemeente daarop zelf die bedragen heeft berekend en aan Fooddrôme heeft opgegeven.