Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
uitspraak van de meervoudige kamer van 4 januari 2022 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres,
CZ Zorgkantoor B.V., verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
- verweerder heeft het pgb herzien (verlaagd met € 24.715,36), en
- de herziening is het gevolg van het toerekenbaar handelen van eiseres.
“Indien het zorgkantoor/college het pgb heeft ingetrokken of herzien, omdat het te veel pgb heeft verstrekt en dit is veroorzaakt door toerekenbaar handelen van de persoon die ten laste van het pgb zorg/maatschappelijke ondersteuning/jeugdhulp levert, heeft het zorgkantoor/college een vordering op die persoon. De vordering bedraagt het bedrag gelijk aan het door de persoon, vanwege het toerekenbaar handelen, ten laste van het pgb ten onrechte ontvangen bedrag. Dit beding is onherroepelijk en blijft ook na beëindiging van deze overeenkomst van kracht.”
“Op basis van een uitspraak van de CRvB moeten wij bij terugvordering van het pgb altijd een belangenafweging maken. Het zorgkantoor dient op basis van de aangeleverde informatie een belangenafweging te maken. In deze belangenafweging heeft het zorgkantoor uw belangen en de feiten en omstandigheden in deze situatie meegewogen. Er is gekeken of er omstandigheden zijn waardoor voorbij kan worden gegaan aan het feit dat u uitbetaald heeft gekregen voor zorg die u niet hebt geleverd. Wij zijn van mening dat dit niet het geval is en dat wij in redelijkheid van onze bevoegdheid tot terugvordering gebruik kunnen maken.”