Uitspraak
RECHTBANK limburg
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 februari 2021 in de zaak tussen
[naam 1], te Venlo, eiser,
de Raad van bestuur van de Sociale Verzekeringsbank, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
13 jaar oud. Eiser heeft zowel de Nederlandse als de Turkse nationaliteit. Van 17 september 2010 tot 18 april 2011 heeft eiser bij zijn ouders in Turkije gewoond. Sinds 18 april 2011 woont eiser weer in Nederland. Op 18 april 2019 heeft eiser bij verweerder een aanvraag voor een remigratievoorziening ingediend, omdat hij wil remigreren naar Turkije.
17 september 2010 tot 18 april 2011 Nederland definitief heeft verlaten en of op grond daarvan de datum van vestiging in Nederland niet 9 december 1976 is, maar
18 april 2011 weer in Nederland gaan wonen. Sindsdien heeft eiser weer een zelfstandige woonruimte en ontvangt hij uitkering. Naar het oordeel van de rechtbank wijst dit alles niet op een verbreking van zijn duurzame band met Nederland in de genoemde periode. Het enkel uitschrijven bij de gemeente in Nederland per 17 september 2010 en een verklaring dat hij vervolgens zeven maanden in Turkije heeft gewoond, is daarvoor onvoldoende. Dat eiser zijn standpunt naar eigen zeggen niet meer kan onderbouwen, omdat de gemeente en de woningbouwvereniging maar zeven jaar documenten bewaren, komt voor zijn eigen rekening en risico. Het is aan eiser om zijn eigen administratie op orde te hebben.
Verweerder voert aan dat er nimmer is toegezegd dat eiser in aanmerking kwam voor een remigratievoorziening. De bewijsstukken zijn opgevraagd om de aanvraag van eiser zorgvuldig te kunnen beoordelen.
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 19 februari 2021.
Rechtsmiddel
BIJLAGE
(…)