Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] ,
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding en de daarbij overgelegde producties 1 tot en met 3;
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in voorwaardelijke reconventie en de daarbij overgelegde productie;
- de conclusie van antwoord in reconventie en de daarbij overgelegde producties 4 tot en met 13;
- de comparitie van partijen d.d. 27 mei 2020 en het daarvan opgemaakte proces-verbaal;
- de aanhouding voor de duur van vier weken ten behoeve van het treffen van een minnelijke regeling en de verwijzing naar de rol van 24 juni 2020 voor akte uitlaten beide partijen, op welke roldatum partijen hebben laten weten dat zij geen minnelijke regeling hebben bereikt.
2.De feiten
3.Het geschil
In conventie
4.De beoordeling
In conventie
- I) gedurende dertig achtereenvolgende jaren voor de inwerkingtreding van de wet voor een ieder toegankelijk is geweest, of
- II) gedurende tien achtereenvolgende jaren voor de inwerkingtreding van de wet voor een ieder toegankelijk is geweest en tevens is onderhouden door het Rijk, een provincie, een gemeente of een waterschap, of
- III) de rechthebbende daaraan de bestemming openbare weg heeft gegeven.
De voorgestelde regeling geldt alleen voor openbare wegen. Zij begrijpt daaronder niet die wegen, welke slechts daarom voor een ieder toegankelijk zijn, omdat de rechthebbende – in de regel de eigenaar – het publiek niet weert. Het kan nuttig of nodig zijn mede ten aanzien van zulke wegen voorschriften te geven in het belang van de veiligheid van het verkeer. De strekking van dit ontwerp echter brengt beperking mede tot die wegen, die meer duurzaam de belangen van het openbaar verkeer dienen, zodat het publiek daarover verkeert niet slechts bij gedogen van de eigenaar, doch als daartoe gerechtigd”.
1.086,00(2,0 punten × tarief € 543,00)