Uitspraak
RECHTBANK limburg
[verzoeker] , te [woonplaats] , verzoeker
de burgemeester van de gemeente Roerdalen, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 24 september 2019 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker, de verhuurder van een woning in Roerdalen. De burgemeester van Roerdalen had op 24 juli 2019 besloten om de woning te sluiten voor een periode van zes maanden, omdat er 12,5 kilogram gedroogde henneptoppen en zes xtc-pillen in de woning waren aangetroffen. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat hij vreesde voor financiële schade en imagoschade door de sluiting van de woning.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat aan de formele eisen voor het treffen van een voorlopige voorziening is voldaan. Er is echter geen sprake van een financiële noodsituatie, aangezien verzoeker geen betrokkenheid heeft bij de aangetroffen drugs. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de sluiting van de woning op grond van artikel 13b van de Opiumwet gerechtvaardigd is, maar dat de gevolgen voor verzoeker aanzienlijk zijn. Daarom heeft de voorzieningenrechter besloten om de sluitingsduur te beperken tot drie maanden in plaats van zes maanden, en heeft hij het bestreden besluit geschorst tot zes weken na de beslissing op het bezwaar.
De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat de burgemeester gehouden is om tijdens de bezwaarprocedure relevante documenten uit het strafdossier te verkrijgen, en dat er geen zorgplicht is voor de verhuurder zoals door de burgemeester is geschetst. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor een zorgvuldige afweging van belangen in bestuursrechtelijke procedures, vooral wanneer de gevolgen voor de betrokken partijen aanzienlijk zijn.