In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 20 september 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen de Vereniging Nederlandse Toonkunstenaarsbond (eiseres) en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard-Geleen (verweerder) over de niet-ontvankelijkheid van bezwaren tegen subsidiebesluiten. Eiseres, vertegenwoordigd door mr. M. Blom, heeft beroep ingesteld tegen de besluiten van verweerder die de bezwaren van eiseres en haar leden tegen eerdere subsidiebesluiten niet-ontvankelijk verklaarden. De subsidieverzoeken betroffen bijdragen voor muziekonderwijs en cultuureducatie, ingediend door Stichting Artamuse. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente Sittard-Geleen in 2013/2014 besloot dat het muziekonderwijs en de cultuureducatie per 1 januari 2015 via cultuurbedrijf De Domijnen gesubsidieerd zou worden, wat leidde tot een fusie tussen Artamuse en De Domijnen die tot op heden niet heeft plaatsgevonden.
De rechtbank heeft overwogen dat eiseres niet als belanghebbende kan worden aangemerkt, omdat zij geen rechtstreeks belang heeft bij de subsidiebesluiten. De rechtbank heeft daarbij verwezen naar de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de vereisten voor het zijn van belanghebbende. Eiseres heeft aangevoerd dat haar leden belanghebbenden zijn, maar de rechtbank oordeelde dat de belangen van de leden niet voldoende objectief bepaalbaar zijn en dat er geen rechtstreeks verband is tussen de subsidieverlening aan Artamuse en de rechtspositie van de leden van eiseres. De rechtbank heeft de beroepen van eiseres ongegrond verklaard en de beroepen die namens de leden zijn ingesteld niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.